Rob van Essen Alleen de warme dagen waren echt recensie en informatie over de inhoud van de dichtbundel. Op 15 september 2022 verschijnt bij uitgeverij Atlas Contact de eerste bundel met gedichten van de Nederlandse schrijver Rob van Essen.
Rob van Essen Alleen de warme dagen waren echt recensie en informatie
Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van Alleen de warme dagen waren echt. Het boek is geschreven door Rob van Essen. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het poëziedebuut van de Nederlandse schrijver Rob van Essen als dichter.
Recensie van Tim Donker
Een fantastiese titel alleen is niet genoeg. Het lange haar en de bril en het duffe ringbaardje alleen zijn niet genoeg. Een redelijk gedicht op het achterplat alleen is niet genoeg. Ik wil dit zo graag geweldig vinden. Ik wil dit zo graag briljant vinden. Maar dan zegt de Rob, zegt de Van Essen: “alles was geschreven en er daalde / een grote rust neer op de wereld // achter hun bureau vergingen de schrijvers / langzaam tot stof dat door achteloze voeten / van huisgenoten over vloeren werd verspreid / en later over straat // met de regens stroomde het / via roosters de riolen binnen / waar je soms nog ’s nachts / als je goed luistert niets kan horen”
en denk ik hum denk ik ach denk ik tsja.
Het is het openingsgedicht in Alleen de warme dagen waren echt (fantastiese titel) en ik denk hum & ach & tsja. Wat lees ik hier immers? De uiterste bagatellisering van (de waarde van) het schrijven. Denk ik. Klassiek is wat levenskrachtig is (zegt dingens) (wie?) (de hysterische uitgeverij geloof ik), maar hier vergaat alles tot stof, hier heeft uiteindelijk niets enige (houdbare) zeggingskracht. Alles is al gezegd, alles is al geschreven & het is verkruimeld en weggewaaid. Niets is er nog over. Waarom zou je een bundel hiermee openen? Waarom zou je als eerste een brevet van onvermogen afgeven, niet alleen voor jezelf maar voor alle schrijvers en dichters. Voor het geschreven woord. Als het alles geen (blijvend) belang heeft, waarom zou ik deze bundel dan eigenlijk nog lezen? Zelfs voor wie goed luistert heeft het niets te zeggen toch? Of moet ik “goed” cursiveren: als je goed luistert kun je niets horen, luister eens een beetje slechter, lees met je slechte oog, probeer niet zo fanatiek het allemaal te verstaan? Of is dit een of andere vorm van zelfspot wellicht, alle humor begint met zelfspot zei ik ooit tegen, ja tegen wie ook alweer?, maar ook zelfspot kun je te ver drijven misschien (alles kun je te ver drijven misschien) (en misschien is die Van Essen daar juist op uit: alles te ver drijven). Of neen, juist het tegenovergestelde allicht: de opgestoken middelvinger naar alle andere schrijvers: alleen hun woorden zijn zo vergankelijk. Maar als je pretendeert solidere woordbouwsels te kunnen creëren dan alle anderen, moet je wel met een hele goede bundel afkomen en is dit Alles was geschreven geen brevet van onvermogen maar daarentegen juist een onhaalbaar hoge lat. Of neen het tegenovergestelde juist: ook literatuur moeten we als louter vermaak, als wegwerpproduct gaan zien.
Shit, wat een irritant gedicht.
Ik kende hem niet, deze Rob, deze Van Essen. Toch heeft hij volgens het achterplat een rijk en indrukwekkend oeuvre, dat een volstrekt unieke plaats inneemt in de Nederlandse letteren. Sorry. Mijn fout. Ik heb het allemaal gemist. Dat rijke en indrukwekkende oeuvre. Die volstrekt unieke plaats (in de fucking Nederlandse letteren). Ik heb het helemaal over het hoofd gezien – er was een dichtbundel voor nodig om beter te kijken (Alleen de warme dagen waren echt is zijn eerste dichtbundel, zei ik dat al?). Tel ik veertien andere titels (allemaal proza dus)? Twee ervan zijn óók alvast fantasties. Hier wonen ook mensen en Een man met goede schoenen. Zeg nou zelf. Fantastiese titels, fantastiese titels.
Zoals ook dus Alleen de warme dagen waren echt (fantastiese titel, fantastiese titel) (waarom eigenlijk?) (hmm) (om de melankolie denk ik) (het doet denken aan) (vroeger, en) (eindeloze zomers, en) (de grote vakantie, en) (hoe het was als het warm was, echt warm) (en) (en, en, en, en eigenlijk was het precies andersom: die warme dagen, die echt warme dagen hadden iets dromerigs) (het licht scheen trager) (je bewoog je ronder) (de hoofden waren cinematografischer) (alsof alles net niet echt was) (alleen de warme dagen waren net niet echt)
(maar in bijna al mijn jeugdherinneringen schijnt de zon, dat dan weer wel)
(schreef ik eerst: …schrijnt de zon) (laten we het op een freudiaanse vertyping houden)
Alleen de warme dagen waren niet helemaal echt, en god weet dat ik dit goed wil vinden maar dat stomme openingsgedicht vind ik helemaal niet goed maar ik wil het zo graag dus ik lees door.
Ik wil fantasties. Ik wil subliem. Dus ik lees door.
En ik lees over een broodzak ter grootte van het universum, en ik lees over het zoemen van het geheugen, en ik lees over klasgenoten en dat jezus leeft, en over oude vrouw die in een natte winkelstraat uitglijdt over een flyer waarop korting korting korting staat (en dat stond des anderendaags nog in de krant ook) (dat van dat korting korting korting dan he).
Lees ik. Lees ik allemaal. En ik vind het aardig, aardig, aardig. Maar voor aardig aardig aardig lees ik dit verdorie toch niet. Ik lees dit om het fantasties te vinden.
En ik lees.
En dan. Is er. Een gedicht. Dat. Eerste liefde heet. En. Wel. Ja. Dat is het dan. Daar is het dan. Een fantasties gedicht. Een gedicht dat ik heel echt waar helemaal fantasties vind. Zijn herinneringen zijn ontsnapt uit de kliniek. En jullie kregen ruzie in de supermarkt bij het brood. En iemand wordt gebalsemd, en de herinneringen denken dat hij dood is en verlaten de kamer. Ja. Dat mag nu eens een briljant gedicht heten zeg.
En Kamer 346 en Deze episode vind ik goed niet fantasties maar goed en goed is meer dan aardig aardig aardig en langzamerhand begint me iets aan de poëzie van Van Essen te bevallen.
Iets?
Ja. Dat er maten van ingesneeuwdheid bestaan bijvoorbeeld. Wij zijn zo draadbloot. Versleten. Dan liggen de draden bloot. Zulk iets. En andere ietsen.
De ietsen die zijn dat er geen paarden onder het raam staan (weet je Lucky Luke nog?) zodat de lichamen te pletter slaan. De ietsen die zijn dat je je huis in brand moet steken om de ijskast te ontdojen. De ietsen die zijn dat hij überhaupt ijskast zegt en niet dat vervelende koelkast, hoed je voor mensen die koelkast zeggen, loop weg bij mensen die jouw ijskast “verbeteren” in koelkast.
Zulke en andere ietsen.
De planten smeken om dorst te krijgen zodat je water kunt geven. Of een foto maken van de eenzaamheid zodat je haar de volgende keer ten minste eindelijk eens op tijd zult herkennen. De ietsen die schrapen, die schuren, die dit een lofzang op de onvolmaaktheid laten zijn. De ietsen die tikjes geven, of soms al eens een behoorlijke mep. En anders strelingen misschien, of kietelingen. Noem het maar raak. Iets met verkeerde benen zou je kunnen zeggen maar daar hou ik niet zo van.
Andere ietsen zijn er ook. Vervelende ietsen. Want zoon soort dichter is hij wel. Om badinerend te doen over de waarde van alles dat geschreven werd ja, meteen aan het begin van zijn bundel. Kijk mij daar eens de rebel zijn. Maar het kan nóg vervelender, geloof het of niet. De Dood in de magere billen kijken, en dat het daar dan stinkt naar schimmel en kak (he bah Ome Willem). Want zoon soort dichter is hij wel. Of dat het gras gemaaid is door aliens. Dat zal dan wel grappig zijn. Of schokkend. Of rijk en indrukwekkend en uniek, weetikveel. Voor mijn ogen vergaan zulke woorden al lezende reeds tot stof. En als ik goed luister hoor ik niets.
Rob van Essen, dichter van ietsen. Fijne ietsen. Vervelende ietsen. Nikserige ietsen.
Rob van Essen, dichter met fantastiese titels.
Dichter met bril, dichter met haar, dichter met een duf ringbaardje.
Rob van Essen. Dichter van geniale gedichten. Naast Eerste liefde vond ik ook Wat leuk dat jullie even komen kijken nog geweldig. Dat huis met boekenkast, eethoek, kapstok, werkruimte en oorlog.
Of Zon en maan. Dat ging over mensen geloof ik.
Of Straatrumoer. O. Ja. Vooral Straatrumoer. Dat was mooi. Een gedicht over omwonenden. In swingend ritme. Ik zei toch al dat poëzie jazz kon zijn.
Maar het langste gedicht in de bundel gaat over David Bowie, de meest overschatte mens uit de geschiedenis van de popmuziek nee de meest overschatte mens ooit. En het is geen slecht gedicht nee het is een goed gedicht maar het had niet over David Bowie moeten gaan (niets zou over David Bowie moeten gaan – zelfs deze zin niet).
De winter komt. Meer is er niet.
En ik lees Rob van Essen, lees Alleen de warme dagen waren echt en ik denk dat hij het zou kunnen, dat hij het in zich heeft, ooit, hij, de Rob, de Van Essen, ooit: een dichtbundel schrijven met alleen maar fijne ietsen en geniale gedichten in. O. Die dichtbundel wil ik lezen.
Alleen de warme dagen waren echt
- Schrijver: Rob van Essen (Nederland)
- Soort boek: gedichten, poëzie
- Uitgever: Atlas Contact
- Verschijnt: 15 september 2022
- Omvang: 64 pagina’s
- Uitgave: paperback / ebook
- Prijs: € 19,99 / € 8,99
- Boek bestellen bij: Bol / Libris
Flaptekst van de eerste dichtbundel van Rob van Essen
Met ‘Alleen de warme dagen waren echt’ debuteert Rob van Essen als dichter. Elke overeenkomst met zijn romans en verhalenbundels berust op toeval, al is er ook hier sprake van ontregeling en herkenning, melancholie en ontroering. Van Essens poëzie is toegankelijk maar niet zonder verborgen betekenissen, met aandacht voor de mensen op straat en de bewegingen van het eigen hart. Leven, liefde, dood en doem – niets blijft onbesproken. Een melodische, troostrijke bundel waarin zomerse en winterse dagen elkaar afwisselen en het besef van eindigheid wordt bestreden met verdriet, aanstekelijke vrolijkheid en serene berusting.
Bijpassende boeken en informatie