Tag archieven: Rachel Zucker

Rachel Zucker – SoundMachine

Rachel Zucker SoundMachine recensie en informatie over de inhoud van het nieuwe boek van deze Amerikaanse dichteres. Op 3 september 2019 verschijnt de nieuwe bundel van de Amerikaanse dichteres Rachel Zucker.

Rachel Zucker SoundMachine Recensie

Oké. Ik ga je iets zeggen. Soundmachine is geen dichtbundel. Soundmachine is een roman. Ondanks dat het uitkomt bij poëzie-uitgever Wave, en ondanks dat het wél als dichtbundel geafficheerd wordt. Dat is het eerste dat ik je ga zeggen. Het tweede is: Soundmachine is het mooiste boek van 2019. Wereldwijd en onafhankelijk van wat er nog uit zal komen dit jaar. Zo. Dat ga ik je zeggen. Nee. Dat heb ik je net gezegd.

Als het een roman is, dan gaat het ergens over. Zullen de mensen zeggen. Als het een roman is, moet je in je recensies niet teveel verraden over de plot. Zegt iemand. Hij zit in mijn tuin. We drinken koffie. Het is heet. Niet de koffie ofja die ook maar de dag. Het is extreem heet die dag.

Rachel Zucker Soundmachine Recensie en Review

Er is geen plot, denk ik, en het gaat nergens over. Met nergens bedoel ik overal. Soundmachine gaat over alles. Over ouderschap, en liefde, en dood, en onvermogen, en ziekte, en schrijven, en niet-schrijven, en slapeloosheid, en huwelijk, en identiteit, en sex, en literatuur. Over dit alles, en over nog veel meer gaat Soundmachine. Er is zelfs van een zekere ontwikkeling sprake en mede hierom hecht ik eraan het boek als een roman te beschouwen maar het barst uit zijn kaften van de poëzie dus het kan ook best een dichtbundel zijn. Dat soort boek is het, en ik vind het mooi.

En ik zit en ik denk Waarom vind ik het mooi? Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik eraan hecht het boek als een roman te beschouwen maar ik als een ander (Wave bijvoorbeeld, of Zucker zelve) zou vol houden dat het een dichtbundel is niet met hem in discussie zou gaan.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik eraan hecht het boek als een roman te beschouwen maar ik als een ander zou volhouden dat het een lang, fragmentarisch opgezet essay is misschien met hem in discussie zou gaan.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat één der (teksten? gedichten? hoofdstukken?) “hoofdstukken” (van nu af aan zal ik ze hoofdstukken noemen) de krankzinnig lange en even wrange als grappige titel draagt I can barely stand to go to weddings & dare not drink lest I say to the bride or groom “How terrible to love so much that only the fantasy of the annihilation of humanity is a comfort because preferable to the loss of the one beloved” (een titel die een gedicht van Huub Beurskens in herinnering riep), en dat dat geen moment gaat over bruiloften maar wel, onder andere, over met een groepje van je studenten naar het Louvre gaan of met je kinderen naar L’Orangerie of naar Le Jardin en over schilderijen en draaimolens.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat de “I” en haar kinderen en, zelfs, studenten ineens in Frankrijk zijn zonder dat duidelijk is waarom. Vakantie? Studiereis? Emigratie? En dat het, lezende, eigenlijk niet uitmaakt of zelfs volkomen logisch is.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik niet eens zou kunnen zeggen waar de hoofdstukken daarvoor zich dan eigenlijk hadden afgespeeld. New York zou kunnen, landelijk Amerika evenzeer. Of waren we al die tijd al in Parijs? En is “afspelen” wel het goede wordt voor teksten als deze, en is het niet toch een dichtbundel misschien?

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het hoofdstuk Hours days years unmoor their orbits zonder enige twijfel een gedicht is en een heel mooi gedicht ook:

Tonight I’m cleaning baby portobellos just for you, my young activist.

I’m wiping the dirty tops with a damp cloth as carefully as I used to rinse raspberries for you to adorn your fingertips before eating each blood-red prize.

Today you look me in the eye & your long, shagged hair hides your smile.

I don’t expect you to remember or understand the many ways I’ve kept you alive or the life my love for you has made me live.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind vanwege het rustige, bezwerende ritme. Dat allereerst visueel is: veel witregels, korte tekstblokjes. Soms zelfs maar één regel lang. De stilte. Het wit. De bedachtzaamheid. Het fragmentarisme. Want het visuele ritme werkt inhoudelijk door. Poëtisch wisselt af met prozaïsch, alledaags met bijzonder. Er zijn rapportages over niks: hoe er niet is gewerkt vandaag, niet is geschreven, niets is gedaan. Er zijn doodnormale praatjes met de kinderen, er is een dagje op het strand. Maar daardoorheen kunnen komen, en soms maar in een paar zinnen: dood, ziekte, depressie; zeer filosofische gedachten over het ik, over schrijven, over literatuur. De wisseling tussen banaliteiten en bijzonderheden is nergens koket, larmoyant of obsceen en door het beheerste ritme doet het heel natuurlijk aan. Een dag waarop je iets ingrijpends meemaakt kan immers eindigen zoals alle dagen altijd al eindigden en zullen eindigen.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat er geen plot is om te verklappen maar zelfs als er een plot was en ik dat verklappen kon dan zou dat nog geen reden zijn om het boek ongelezen te laten want niets is zo goed als Soundmachine zelf lezen, zelfs al heeft iemand je dat hele boek zitten navertellen.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het niet na te vertellen is.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat Rachel Zucker erin slaagt te schrijven over de effecten van iemands dood op een manier die tegelijk droevig en mooi alsook op een grimmige manier grappig is: “Everyone wonders when everyone else will fall apart. Everyone is relieved at how everyone else is holding up but no one believes this can or even should last, this holding up, which is not to say that anyone wants anyone else not to hold up unless holding up is a kind of falseness that will result in some kind of worse future falling apart in which case perhaps everyone else should go ahead & fall apart before everyone else goes home because everyone is very worried about what will happen when everyone goes home.”; het iedereen, de clichés, het denken van anderen voor anderen: dat alles is aanwezig in deze passage en toch daaronder voelbaar het verdriet, de spanning, de angst.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat er een scéne is waarin de “I” met Alice Notley door Parijs loopt. Met Alice Notley door Parijs. Met ALICE NOTLEY door Parijs, men moest zijn rechterarm veil hebben om met Alice Notley door Parijs te kunnen lopen. Want we hebben het hier wel over de schrijfster van The Descent of Alette – met gemak één van de allerbeste boeken ooit geschreven. En Parijs, o wacht ik heb niks met die stad. Maar goed, er wordt dus gelopen met Alice Notley door een wereldstad en hoe kun je daarover schrijven? Je kunt daar op heel veel verschillende manieren over schrijven. Op een onderdanige manier, of bewonderend, of lyrisch, of juist heel wereldwijs omdat het allemaal niet zo heel veel voorstelt (gewoon een vrouw, gewoon een stad), of op een pocherige hee-kijk-mij-eens-met-Alice-Notley-door-Parijs-lopen manier. En al die manieren zou het lelijk maken. Maar Rachel Zucker trapt in geen van deze valkuilen en ik weet niet hoe ze het doet maar ze schrijft op de enige aanvaardbare manier over met Alice Notley door Parijs lopen: niet vererend en niet alsof het een wandelingetje met eender wie eender waar is, maar met precies de juiste hoeveelheid nadruk.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat er ook een audioproject bij dit boek hoort en ik vind het mooi om dat te weten en die wetenschap maakt Soundmachine op een bepaalde manier rijker maar ik heb het audioproject nog niet gehoord en ik hoef het ook niet perse te horen, maar ik wil het ook niet perse niet horen en dat soort paradoxen ben ik normaal gaan vinden toen ik Soundmachine las en daarom vind ik het boek zo mooi.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het bijna ondraaglijk open en eerlijk is, bekentenissenliteratuur. Hoewel ik dat niet weet. Niet weten kan. We weten genoeg om te weten dat we de ik in het boek niet moeten vereenzelvigen met de ik van de schrijfster, zelfs al kun je de twee ikken naadloos op elkaar passen.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het een duidelijk spel speelt met het lyrisch ik: “I” wordt “she”, of nog steeds een “I” maar dan wel een grammaticale derde persoon: I watches, I wonders, I hasn’t told the Husband.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het heel soms wat zeurderig kan zijn zonder dat dat het boek minder mooi maakt (zoals een zeurdag nog niet betekent dat je een rotleven hebt).

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik maar blijf stuiten op zinnen van dit kaliber: “I almost wrote love cancer Wayne Jackson Arielle 40K Yaddo MacDowell Guggenheim Daniel enraged ashamed exposed torture elitist crazy obnoxious privilege narcissistic libidinous lusty but stopped myself just in time.” en als ik zinnen van dit kaliber lees dan ben ik een heel klein beetje gelukkig.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het me in afstand toch nabij kan zijn. Schrijft Rachel Zuker: “What I want is a socially acceptable financially viable reason to be away from my children for weeks & weeks & weeks & weeks.” Ik ben nu zes jaar lang vader en ik kan niet één ding bedenken dat ik me ooit meer heb gevoeld dan vader. Ik voel me vader boven man, misschien zelfs wel boven mens (wat het dan ook moge inhouden je “mens” te voelen). Ik ga nooit zonder gemengde gevoelens van huis voor ergens een etentje, een drinkentje, een optredentje. Op het laatste moment ben ik steeds weer in staat om alles af te zeggen omdat ik eigenlijk veel liever zoals elke avond mijn kinderen op bed leg en voor ze lees en voor ze zing, bezigheden die me zoveel dierbaarder zijn dan etentjes of drinkentjes of optredentjes. Als mijn kinderen thuis zijn, wil ik voor ze zorgen en met ze praten en met ze spelen; ik ga niet eens graag in bad als mijn kinderen thuis zijn hoewel in bad gaan één van de dingen is die ik het liefste doe. Geen gedachte, dus, kan verder van me afstaan dan de hoger geciteerde gedachte uit Soundmachine. Maar ik voel me erdoor niet vervreemd van het boek. Ik ben niet geschokt of geërgerd. Het is meer zoals een goede vriend die dan midden in een gesprek iets zegt waarmee je het zo oneens bent als oneens maar zijn kan maar je houd niet op daar te zitten, daar te drinken, daar vrienden te zijn.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat de goede vriend dingen waarmee je het zo oneens als oneens maar zijn ook maar zo weer kan relativeren met andere uitspraken, later op de avond. Ja, het was werkelijk later toen, en het was donker, en mijn glas bevatte een goede port, en op de stereo een plaat van Ah Cama-Sotz, en alles was goed toen ik bij Rachel Zucker las: “Husband is mostly Father. She is Mother only. Woman never. Writer underwater.”, en dan blijkt oneens zo oneens toch niet te zijn.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het me soms sterk aan het werk van David Markson doet denken.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het me heel vaak helemaal niet aan het werk van David Markson doet denken.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het maakte dat ik iets van Olena Kalytiak Davis wilde lezen, en dat werd The Poem She Didn’t Write & Other Poems en ja daar staat inderdaad een gedicht in over kinderen naar school brengen en als U wilt weten waar deze opmerking op slaat, moet U Soundmachine zelf maar lezen, en The Poem She Didn’t Write & Other Poems erachteraan.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat er bijna op het einde van het boek een hoofdstuk is getiteld We cannot make them happy behave passionate patient safe sorry en dat ook dat hoofdstuk een gedicht is, of misschien is “poëem” een beter woord omdat het staat en gaat en is, en het is experimenteel, hypnotiserend, verwarrend, verontrustend hallucinant maar ook ontroerend en eenvoudig wonderschoon.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik nog nooit iets als dit gelezen heb.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik graag zou hebben dat de hele wereld Soundmachine ging lezen.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het roman is en dichtbundel en een filosofische onderzoeking maar evenzeer een daad: het lezen van dit boek is een zeer fysieke ervaring. Je keel wordt dichtgesnoerd. Je maag wordt samengedrukt. Je hoofd wordt murw gebeukt. Je hersens worden opgeblazen. Je gevoel voor humor –waar dat dan ook zit- wordt gekieteld. Je lijf wordt verwarmd. Je hart wordt verkild. Je deint en schudt en kolkt en huilt en lacht.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik er appjes over stuur aan mijn zus, een persoon waarmee ik normaliter nooit praat over boeken, poëzie, literatuur, recensies of schrijven.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat dit –wat?-; dit “genre-nonconforming prosem” (ah!) intertekstueel en op bachtiniaanse wijze dialogisch is (dialogizität): een letterlijk “schrijven naar”: “Bernadette? You should know who Bernadette is. You? Yeah, you. There is no writing without writing to. Therefore you. Audience, I’m sorry to drag you into this but you’re always awake, that’s the best thing about you. Bernadette Mayer is probably asleep. Charles Bernstein too. I hope Laurel is. And Jenny George.” en ja, lezertjes, ik WEET wie Bernadette Mayer is.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik een heel klein beetje droevig was toen ik het uit had. Een beetje zoals aan het eind van –

een relatie?
een vakantie?
een affaire?
een droom?
de straat?

Nah. Misschien zoiets als aan het eind van een ziekzijn. Niet een ernstig ziekzijn. Niet een pijnlijk ziekzijn. Maar een langdurig ziekzijn. En iedereen is gaan spreken tegen je vanuit je ziekzijn en omwille van je ziekzijn. Niet met jou, maar met je ziekzijn spreken ze. En dan op een dag ben je niet meer ziek en je staat daar, tussen de mensen. Je bent niet langer de zieke, je bent nu de ex-zieke. Alsof je hele leven gaat moeten beschouwd worden in relatie tot de zieke die je ooit was.

Zoiets. Maar dan positiever.

Misschien is het zoiets als dit. Als: je luistert naar een cd. De muziek die je hoort is totaal nieuw voor je, iets als dit lijkt in niets op alles wat je ooit eerder gehoord hebt. Het is indringend, het is overweldigend, het is bloedmooi. De muziek blijft bij je, ook als de cd allang afgelopen is. Het blijft in je hoofd, het blijft in je bloed misschien. Dagen. Of weken. En dan op een dag merk je dat de muziek niet meer daar is, dat je gewoon weer bent wie je was voor je die nieuwe cd hoorde.

Zoiets. Maar dan abrupter. Want het boek is uit nu, en het lijkt alsof ik het al jaren in mijn bezit heb.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat het lijkt alsof ik het grootste deel van mijn leven geleefd heb met Soundmachine.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik totaal niet kan uitleggen waarom ik Soundmachine zo mooi vind.

Ik denk dat ik Soundmachine zo mooi vind omdat ik Soundmachine zo mooi vind.

Recensie van Tim Donker

SoundMachine

  • Schrijfster: Rachel Zucker (Verenigde Staten)
  • Soort boek: poëzie, proza
  • Uitgever: Wave Books
  • Verschijnt: 3 september 2019
  • Omvang: 272 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Gebonden Boek

Bijpassende Boeken en Informatie