Tag archieven: Querido

Anke Kranendonk – Brand

Anke Kranendonk Brand recensie en informatie nieuw 14+  jeugdroman van de Nederlandse schrijfster. Op 20 augustus 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido de nieuwste young adult boek van de uit Nederland afkomstige schrijfster Anke Kranendonk. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster en over de uitgave.

Anke Kranendonk Brand recensie van Jolien Dalenberg

Roman probeert het normale leven van een puber te leven. Biertjes drinken met zijn vrienden, leren voor school, zijn relatie met Celine. Als er vlakbij zijn school een gebouw in brand staat, waarvan hij de rook kan ruiken, lukt het niet helemaal meer met “gewoon doen”. Hij stottert zo nu en dan, voelt dat hij soms ineens dicht slaat. Zelfs de hort op met zijn vrienden, of in de buurt zijn van Celine, voelt niet meer goed. Het verlies van zijn zusje, nu vier jaar geleden, steekt meer en meer de kop op. Hij probeert er over te praten. Met zijn ouders, broers, vrienden, Celine. Maar de woorden willen niet komen. Als hij met een nieuwe vriend mee gaat naar een brandweeroefening, lijkt het verleden het heden in te halen.

Soms zijn er van die boeken, waar je uit nieuwsgierigheid even in bladert, en vervolgens niet meer kunt weg leggen. Zo’n boek is brand. Ontzettend toegankelijk geschreven, neemt Anke Kranendonk je mee in de gedachtewereld van Roman. Al vanaf de eerste zin, is het geloofwaardig en intrigerend. Wie is Roman? Wat houdt hem bezig. Hij blijkt een sympathieke jongen te zijn, met een groot trauma. De dynamiek van zijn gezin, wordt sterk beschreven. Niet door ellelange verhandelingen. Maar door een paar gebaren. Door wat er juist niet wordt gezegd. De afstand, de eilandjes, hoe iedereen op eieren loopt. Aan de oppervlakte lijkt er weinig aan de hand, maar dat er van alles broeit, is al snel duidelijk.

Deze spanning wordt knap opgebouwd. Je leeft mee met de personages, voelt je betrokken. Ondanks het feit dat Roman de hoofdpersoon is, en het verhaal vanuit hem vertelt wordt, krijgen ook de andere personages duidelijk vorm en inhoud.

Brand is een boek waarin in geen enorm plot speelt, maar wél een hoop gebeurt. Voor iedereen die boeken leest met boeiende, goed uitgewerkte personages, onderhuidse spanning, verpakt in een puberleven, zit hier goed. Ontroerend zonder vals sentiment, spannend zonder sensatiezucht. Het boek is gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Anke Kranendonk Brand

Brand

  • Auteur: Anke Kranendonk (Nederland)
  • Soort boek: jeugdroman (14+ jaar)
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 20 augustus 2024
  • Omvang: 160 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 17,99 / € 11,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)

Flaptekst van het nieuwste boek van Anke Kranendonk

Roman schrikt wanneer hij hoort dat er in de buurt van de school een gebouw in brand staat. Meteen komen de herinneringen van vier jaar geleden terug, toen zijn zusje omkwam in een brand. Thuis wordt over dit drama weinig gesproken. Iedereen rouwt op zijn eigen manier en in zijn eentje. Zelfs nu, wanneer haar verjaardag er staat aan te komen. De onverwachte vriendschap met een jonge brandweerman helpt Roman het stilzwijgen te doorbreken. Hij vindt eindelijk woorden voor hoe schuldig hij zich voelt over de dood van zijn zusje.

Een aangrijpend en tegelijk herkenbaar verhaal over een gewone puber met gewone puberproblemen, die daarbovenop ook een zwaar verlies te verwerken heeft.

Bijpassende boeken

Wytske Versteeg – Waar

Wytske Versteeg Waar recensie en informatie boek over de kunst van het (niet) weten. Op 17 september 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido het nieuwe boek met literaire non-fictie van de Nederlandse schrijfstere Wytske Versteeg. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster en over de uitgave.

Wytske Versteeg Waar recensie en informatie

  • “De meest waardevolle literaire bijsluiter bij de actualiteit […] die dit najaar het licht zal zien.” (NRC ••••• over Het gouden uur)
  • “Verdwijnpunt getuigt van grootse moed en een groot literair talent.” (Het Parool over Verdwijnpunt)
  • “Verplichte literatuur voor iedereen die echt wil begrijpen waar seksueel misbruik om draait. […] Dat het Versteeg lukt om haar ervaringen op ontroerende, sensitieve en volstrekt originele wijze invoelbaar te maken, maakt Verdwijnpunt tot een grootse prestatie.” (Trouw over Verdwijnpunt)

Wytske Versteeg Waar

Waar

Over de kunst van het (niet) weten

  • Auteur: Wytske Versteeg (Nederland)
  • Soort boek: literaire non-fictie
  • Uitgever; Querido
  • Verschijnt: 17 september 2024
  • Omvang: 224 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 22,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe non-fictie boek van Wytske Versteeg

Hoe weet je dat ik niet lieg? Er wordt vaak gezegd dat waarheid er in deze tijd niet meer toe doet, dat feiten hebben plaatsgemaakt voor meningen. Maar hoe bepaal je eigenlijk wat echt waar is? Wat is ervoor nodig om van gedachten te veranderen? En wat als het zinnetje ‘dat is jouw waarheid’ niet het eind van de discussie is, maar het begin van een gesprek?

Waar is een persoonlijke zoektocht naar de kunst van het (nog niet) weten, langs de poreuze grenzen tussen waarheid, waarneming en verbeelding. De duizelingwekkende reis voert langs wetenschappers en mediums, dichters en oplichters, kunstenaars en leugenaars. Het laat zien dat werkelijkheid altijd ook een kwestie van vertrouwen is. Hoe blijf je zoeken naar zachtheid terwijl de wereld verhardt? En als geen enkele wereldkaart helemaal klopt, hoe vind je dan een weg?

Wytske Versteeg (2 mei 1983) publiceerde eerder twee non-fictieboeken: Dit is geen dakloze en Verdwijnpunt. Daarnaast verschenen er vijf romans: De wezenlozen, Boy, QuarantaineGrime en in 2022 het veelgeprezen Het gouden uur. Ze won de VrouwDebuutPrijs, de BNG Bank Literatuurprijs en de Frans Kellendonk-prijs. Haar werk is in acht talen vertaald.

Bijpassende boeken en informatie

Pavlo en Viktorija Matjoesja – Niet nog een jaar zonder jou

Pavlo en Viktorija Matjoesja Niet nog een jaar zonder jou recensie en informatie over de inhoud van het boek met liefdesbrieven in oorlogstijd. Op 23 juli 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido het brievenboek van de Oekraïense auteurs Pavlo en Viktorija Matjoesja. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteurs, de vertaler en over de uitgave.

Pavlo en Viktorija Matjoesja Niet nog een jaar zonder jou recensie

Mochten er in de media een boekbespreking of recensie verschijnen van Niet nog een jaar zonder jou, Liefdesbrieven in oorlogstijd van de uit Oekraïne afkomstige Pavlo en Viktorija Matjoesja, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Pavlo en Viktorija Matjoesja Niet nog een jaar zonder jou

Niet nog een jaar zonder jou

Liefdesbrieven in oorlogstijd

  • Auteurs: Pavlo en Viktorija Matjoesja (Oekraïne)
  • Soort boek: brievenboek
  • Origineel: Letters of Love and War 
  • Nederlandse vertaling: Jan-Willem Reitsma
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 23 juli 2024
  • Omvang: 256 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,99
  • Boek bestellen bij: Bol Libris

Flaptekst van het brievenboek van Pavlo en Viktorija Matjoesja

Pavlo en Viktorija, een Oekraïens stel, behoren tot de nieuwe generatie die westers is opgegroeid en vloeiend Engels spreekt. Als Rusland Oekraïne de oorlog verklaart, vlucht Viktorija met hun vier kinderen naar Parijs. Pavlo kiest ervoor het leger in te gaan om zijn land te verdedigen. De brieven die zij elkaar schrijven zijn aangrijpend. Terwijl hij zich verscheurd voelt door de keuze tussen het eigen geluk en dat van zijn land, probeert zij hem er steeds meer toe te bewegen de strijd te staken. Hoe moet zij een nieuw leven in ballingschap zien op te bouwen met kinderen en een paar koffers?

Samen vormen hun brieven een indrukwekkend en intiem tweestemmig dagboek. Het zijn bijzondere documenten – over geweld en rouw, en vooral over de liefde.

Bijpassende boeken

Matthijs van Boxsel – Het Carnaval van het Zijn

Matthijs van Boxsel Het Carnaval van het Zijn recensie en informatie over de inhoud van het Handboek ‘Patafysica. Op 24 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij Querido het nieuwe boek van de Nederlandse auteur Matthijs van Boxsel en Handboek ‘Patafysica. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Matthijs van Boxsel Het Carnaval van het Zijn recensie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van het boek Het Carnaval van het Zijn, Handboek ‘Patafysica, van de Nederlandse schrijver Matthijs van Boxsel, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Waardering voor Encyclopedie van de Domheid

  • “Duizelingwekkend is het aantal in deze compilatie beschreven “domdaden”. Naadloos gaan eruditie en ironie in elkaar over.” (NRC Handelsblad)
  • “An illustrated hodgepodge of ruminations, anecdotes, aphorisms and esoterica, the book attacks its subject obliquely, spinning a theory of stupidity while cataloging its sightings. Of stupidity’s commentators past and present, Mr. Van Boxsel stands out for his exalted view of the phenomenon.” (The New York Times)

Matthijs van Boxsel Het Carnaval van het Zijn

Het Carnaval van het Zijn

Handboek ‘Parafysica

  • Auteur: Matthijs van Boxsel (Nederland)
  • Soort boek: literaire non-fictie
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 24 september 2024
  • Omvang: 512 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek
  • Prijs: € 29,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Matthijs van Boxel over ‘Patafysica

De oppervlakte van God, de zijwindgevoeligheid van de optelsom en de invloed van vissenstaarten op de golfslag van de zee: de ’Patafysica is een vrolijke wetenschap. Ze heeft het vermogen problemen op te lossen die door niemand als probleem worden ervaren, aldus Rutger Kopland.

In dit duizelingwekkende, volledig in kleur geïllustreerde handboek komt de rijke geschiedenis van de ’Patafysica aan bod, van grondlegger Alfred Jarry (1873-1907) tot de stichting van het Collège de ’Pataphysique in Parijs (1948) en het eerste Nederlandse lid, kunstenaar Jacqueline de Jong. Ook wordt voor het eerst de grote invloed van de ’Patafysica op de avant-garde blootgelegd: nog decennia later echode die door in het futurisme, kubisme, dadaïsme en surrealisme. Matthijs van Boxsel laat daarnaast de verre voorlopers van de ’Patafysica in Nederland zien: van schertsgenootschappen in de Republiek tot aan Multatuli, die gelezen bleek te zijn door Jarry. In een glasheldere stijl en in korte hoofdstukjes worden talrijke vermakelijke anekdotes verteld, worden er verassende verbanden gelegd en worden er (on)bekende denkers en kunstenaars geïntroduceerd.

Bijpassende boeken

Matthijs van Boxsel De topografie van de domheid RecensieMatthijs van Boxsel (Nederland) – De topografie van de domheid
non-fictie
Waardering redactie∗∗∗∗∗ (uitmuntend)
Prachtig boek, vol met beeldmateriaal,  fascinerende wetenswaardigheden en bovendien op voortreffelijke wijze geschreven en uitgegeven…lees verder >

Patrick Modiano – De danseres

Patrick Modiano De danseres recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Parijs roman van de Franse schrijver. Op 4 juli 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido de Nederlandse vertaling van de nieuwe roman van de uit Frankrijk afkomstige winnaar van de Nobelprijs voor de Literatuur in 2014 Patrick Modiano. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver, de vertaler en over de uitgave.

Patrick Modiano De danseres recensie

Zodra er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van De danseres, de nieuwe roman van de Franse schrijver en Nobelprijswinnaar Patrick Modiano, kun je er op deze pagina over lezen.

  • “Lees Modiano! Men kan de lof van deze Franse schrijver niet genoeg zingen.” (Algemeen Dagblad)
  • “Modiano raakt steeds aan het menselijke verlangen om het leven tot een geheel te maken.” (De Groene Amsterdammer)
  • “De prangende geschiedenissen van zijn personages kruipen diep onder ons vel.” (De Morgen)

Patrick Modiano De danseres

De danseres

  • Auteur: Patrick Modiano (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: La danseuse (2023)
  • Nederlandse vertaling: Paul Gellings
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 4 juli 2024
  • Omvang: 112 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook
  • Prijs: € 20,99
  • Boek bestellen bij: Bol Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Patrick Modiano

‘Waarom associeer ik Balletstudio Wacker toch met de herfstmaanden en het eerste begin van de winter, ’s morgens vroeg als het nog geen licht is, en aan het einde van de middag als het al donker is? Op die tijdstippen had je het gevoel samen te vallen met de stad. Je liep daar en je was niet meer dan een stofje in stoffige straten.’

Opnieuw levert Patrick Modiano een meesterwerk af voor liefhebbers van Parijs en de mooiste melancholische literatuur.

Bijpassende boeken en informatie

Jakub Małecki – Aangrenzende kleuren

Jakub Małecki Aangrenzende kleuren recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Poolse roman. Op 25 juni 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido de Nederlandse vertaling van de de nieuwe roman van de uit Polen afkomstige schrijver Jakub Małecki. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver, de vertaler en over de uitgave.

Jakub Małecki Aangrenzende kleuren recensie van Tim Donker

Het tastende gaan. In duisternis, en slechts vermoedend. Want je weet niet wat het is. Na al die bladzijden nog niet.

Dit is waar Małecki goed in is: zwijgen. Niets zeggen. En de lezer laten tasten. De lezer laten met zijn niet weten.

Want je weet niet, na al die bladzijden nog niet, waarom het boek zich eigenlijk in 1927 afspeelt. Misschien om een wat landelijk sfeertje te maken, een dorpser Koło (& hoe kosmopolities zou die stad tegenwoordig zijn dan?), misschien om het de aangrenzende kleuren te vergemakkelijken in elkaar over te lopen, misschien opdat iemand zijn leven te danken zou kunnen hebben aan rammen, misschien om iets met de Duitsers misschien.

En je weet niet, na al die bladzijden nog niet, waar het eigenlijk over gaat. Over Koło misschien, of hoe te leven. Dat de dingen toch maar gaan zoals ze gaan, en dat je het nooit kunt zeggen, het zou Wartbrücken kunnen zijn, of Koło, en nu, of honderd jaar geleden. Dat je het moet doen met wat je toegesmeten krijgt misschien, en dat je nooit honderd procent kleurecht zal blijven. Want onophoudelijk lopen de kleuren in elkaar over.

En je weet niet, na al die bladzijden nog niet, wie hier eigenlijk de hoofdrolspeler is. Het zou Krystian Dzierzba kunnen zijn. Meubelmaker, houtbewerker, bijenhouder. De laatste tijd maakt hij steeds meer meubels voor de doden, en steeds minder meubels voor de levenden. Dat doet iets met een mens, dat getimmer aan die kisten, en dat denken over het lot van degene die daar in komt te liggen. Hij houdt een lijst bij. De lijst van de “completen”.  Zo noemt hij de overledenen. Completen. Dus pas als je er niet meer bent, is het compleet. Maar nog altijd geef je je kleuren af. Krystian is alvast niet meer dezelfde. De obsessie met de vrouw die stierf van verlangen. Iwona Graczyk. Zo heet die vrouw. Waarom zou het boek niet over haar gaan dan? Getrouwd met Henryk Graczyk (oprichter en hoofdredacteur van Życie Koslkie, een of ander sufferdje dat meer reclame brengt dan nieuws), moeder, de eerste inwoonster van Koło die gestudeerd had, en gevallen, ooit, als een blok, voor de man die wel de Duivel of de Reus of de Zwerver genoemd wordt maar die feitelijk gewoon Adam Wrzos heet. En ik zou je niet uitlachen als je meende dat de werkelijke hoofdrol voor hem is weggelegd. Geboren in 1896 in een ruime schuur in het dorp Zapomnianowo in Kujawië. Zijn moeder, een dienstmeisje dat bezwangerd werd door een man die er vervolgens vandoor was gegaan, zwierf, alleenstaand, met Adam van huis tot huis op zoek naar tijdelijke betrekkingen. Na haar dood bleef Adam in zijn eentje rondzwerven. Iets anders kende hij niet. Hij woonde in een klooster toen “plotseling over de hoge omheining van de tuin van de franciscanen de wereldoorlog binnen [kwam]. Hij was stil en geheimzinnig, hij hield je uit je slaap en er was ook steeds meer van.” Met steeds meer oorlog was er uiteindelijk zoveel dat Adam, met de monniken, erin moest. De monniken verleenden de stervenden de laatste sacramenten, en omdat Adam bij hen was en ook voor monnik werd aangezien, deed hij maar hetzelfde: “Bedekt door een zwarte mantel, met een lantaarn in de hand liep hij te midden van de stervenden en herhaalde hij fragmenten van gebeden die hij luisterend naar de franciscanen tijdens honderden missen vanbuiten had geleerd. Hij gaf voor iemand te zijn die hij niet was en de mensen die op sterven lagen, pakten zijn handen, klampten zich aan zijn mantel vast en eisten dat hij sprak, zwoer, beloofde. Dus sprak, zwoer en beloofde hij wat ze maar wilden en daarna keerde hij terug naar zijn bed in de nabije, verlaten sacristie en lag een tijdlang in de duisternis te staren.” Na de oorlog, al zou er nooit meer echt een “na de oorlog” zijn, ging Adam in het bos wonen waar hij een andere zwerver ontmoette die hem zei dat vandaag of op zijn laatst vannacht God aan hem, Adam, zou verschijnen. God kon volgens Adam nooit de oude man met de baard van de franciscanen zijn; “als hij barmhartig, begrijpend en wijs was, [moest] het een vrouw van vijftig of wellicht ouder […] zijn”. Wie er echter na wat geritsel en breken van takken verscheen, was geen vrouw maar een puppy. Adam noemde de hond God, en hij en het beest bleven onafscheidelijk. Jaren later was er dan toch een vrouw. De onmogelijke verhouding met de getrouwde Iwona Graczyk tekende niet alleen haar, die stierf van verlangen naar haar onbereikbare Adam, maar ook Adam zelve. En uiteindelijk beweegt bijna heel Koło zich, eventjes, rondom Adam, dus waarom zou hij niet de hoofdrolspeler zijn? Of de suïcidale tiener Mikołaj Stein misschien, die op zijn beurt ook heel wat aanjaagt – zij het merendeels misschien ongeweten. Hij zag het wel, Mikołaj, want hij had zich uit de drukte teruggetrokken om te lezen in zijn kookboek. Dat doet hij graag, koken. Hij denkt alleen dat zijn vader zijn hobby zou afkeuren. Dit zal wenkbrauwen doen fronsen. Hij kan beter een sportman worden dan een kok. Zijn kookboek bewaart Mikołaj onder zijn bed; lezen erin doet hij stiekem, ’s ochtends vroeg, voor zijn vader zijn kamer in komt, of anders ver uit het zicht van alle anderen. En daar, uit het zicht, zag hij Weronika verkracht worden door twee wreedaards. En Mikołaj deed niets dan weggaan, vluchten van daar. Een ondraaglijk schuldgevoel hierover uit zich in verschillende zelfmoordpogingen maar steeds weer voorkomt iets de definitieve sprong van de brug. Een “iets” dat veelal bestaat uit zijn gebrek aan moed. De tragiek die Mikołaj aankleeft, een exempel misschien van hoe het leven steeds weer dreigt met je op de loop te gaan – dat zou wel eens de hoofdpersoon van Aangrenzende kleuren kunnen zijn. Of is het Mikołajs vader? De dokter die al zijn patiënten ongeacht hun aandoening het advies geeft te dansen, iets dat helaas een achtergrond blijkt te hebben, een achtergrond die helaas uit de doeken gedaan wordt, je had het mojer gevonden als het gewoon zo maar een idiosyncrasie was gebleven. Dokter Stein is een van de notabelen van Koło, ook daarom misschien die tijd want dat had je nog zo in die tijd, hij geeft een feest, men eet en drinkt en danst en onderhoudt zich, Mikołaj is daar niet bij, de vrouw van dokter Stein, Mikołajs moeder is er ook niet meer bij, al langer niet meer, ook dood, ook tragies, want dat is hoe het boek gaat. Waarom is Weronika niet de hoofdpersoon, het verkrachte meisje, bij de politie zo schandelijk behandelt toen ze aangifte deed dat ze haar heil zoekt bij reus/duivel/zwerver Adam die er veel kortere metten mee maakt, ze is de enige schrijver naast de schrijver zelve, haar stukken zijn zuiver en onbeholpen en aangrijpend en mooi en kontrasterend, waarom zou het boek daar niet om drajen? Waarom zijn de dementerende Aniela en haar man Iwo, de ouders van Krystian niet de feitelijke hoofdrolspelers, met hun verhalen over wat gekomen is en weeral gegaan, je kunt denken aan Iwo’s broer Lolek, de dronkaard wiens zelfmoordpoging wel succesvol was, waarom zou dat niet de kern van het boek vormen, of waarom zijn Pola en Misia en prinses Juhu het niet, de dochters van Krystian en Regina, of naja, twee dochters en een onzichtbaar vriendinnetje, heel het boek doorheen duiken ze op, en zomaar zijn ze de katalysator van de schokkende climax van het boek, of waarom is het Leokadia niet die zogenaamd de dorpsgek is maar ondertussen heel wat slimmer en in elk geval heel wat menselijker dan veel van de andere ingezetenen, of Regina, Krystians vrouw, de ruggengraat van het gezin en ach, wie weet, ook van Aangrenzende kleuren. Want iedereen gaat dood of pleegt zelfmoord of wordt onrecht aangedaan of verteerd door schuldgevoelens of verlangens of duistere geheime of onbestemde gedachten of oude demonen of pijnlijke herinneringen of het vage gevoel niet op de juiste plaats te zijn. En alles heeft effect; iedereen beïnvloedt iedereen; alles hangt met alles samen. Of, zoals in de overpeinzingen van Siemaszko, een schilder die een vergezicht van Koło in een soort Jeroen Bosch-achtig schilderij wil verwerken: “Altijd keek hij vol onrust toe hoe de aangrenzende kleuren langzaam in elkaar overliepen. Ze nemen elkaar op en waren daarna nooit meer hetzelfde als voor het contact met elkaar”; en daar hebben we niet alleen een kernachtige samenvatting van de thematiek van het boek te pakken maar ook -ha!- de herkomst van de titel (en we horen Peter Griffin al juichen!).

En je weet niet of het die is, of die, of nog weer een ander misschien. Of alle mensen samen.

En je weet niet hoe Aangrenzende kleuren getoonzet is. Primeert de poëzie, is het op zachte wijze muzikaal, of is het hard, filmies, in kouwe kleuren, aangrijpend, duister, zonder hoop, is het hard of is het juist troostrijk en liefdevol?

En je weet niet wat je ervan denken moet. Soms is er een prachtige zin. “Je komt een stad binnen en je kunt iedereen zijn”, is zoon zin. En “Toen verstreek er een opeenvolging van tijdseenheden die al lang geleden door mensen van namen waren voorzien. Een minuut, een kwartier, een uur, een dag, een week” – ook heel mooi. Sommige verhaalfiguren pakken je, andere stoten je af. Soms is Aangrenzende kleuren je een schilderij in warme kleuren, soms is het een verstild muziekstuk, soms is het film en soms dramt het teveel. In informatiespreiding is Małecki goed. Eigenlijk een beetje te goed. Hij werpt iets op, maakt een allusie, laat vermoeden dat er iets te vermoeden valt, en dan, soms flink wat pagina’s later, laat hij de lezer het pas in zijn geheel begrijpen. En eerst zorgt hij daarmee wel voor een prikkelend, mysterieus sfeertje, het tasten, de duisternis, en steeds de glimpjes licht, het is een beetje ongemakkelijk misschien, want altijd maar donkerbruiner kleuren je vermoedens. Maar de schrijver doet het net iets te vaak, dit achterhouden van gegevens die nodig zijn om te begrijpen wat er in welk geval speelt. Als een gramstorige vrouw die u met een welgeplaatste zucht hier, en een bedekte term daar laat weten dat ge er weer eens flink aan het naast kijken bent. Bega echter nooit de fout te vragen wat er aan schort, want dan is een bits “Moet je dat nog vragen?” uw deel (& wie dit alles niet precies woke vindt, staat het vrij om in de voorbije regels “vrouw”  te veranderen in “man”, of, beter nog waarschijnlijk (niet?), “persoon”). Zo ongeveer dreigt Małecki’s schrijven te gaan aandoen als een literair “truukje” dat tegen hem zou kunnen werken omdat de overdaad ervan misschien eerder dan nieuwsgierigheid onverschilligheid genereert: ook goed Małecki!, dan vertel je het toch lekker niet!, & stik er maar in, ik ben er klaar mee! Maar net voor het écht ambetant wordt, stopt de schrijver ermee, en raast het verhaal verder.

En dan is het uit en dan weet je niet. Dan weet je niet wat je er nu eigenlijk van gevonden hebt. Het was uit, het zoog je op, je nam het zelfs mee naar het zwembad, je kinderen gingen zwemmen, en jij zat daar, in je kleren, op stoel, nee jongens ik ga niet mee zwemmen vandaag niet, verdomde heet in dat zwembad, het zoog je in, je sleepte het mee, je las het overal en nu is het uit en je weet niet. Je weet niet wat je ervan vond. Je vond het fijn, denk je. Je vond het fijn om mee te lopen met de verhaalfiguren, je vond het fijn om even in Koło te zijn, al lijkt het je geen omgeving om dood gevonden te worden, je vond het fijn je te laven aan Małecki’s (soms misschien net iets té) poëtiese taal (laven, zeg je nou echt laven?, laven aan een taal?, echtwaar?), maar je weet niet of je het wel fijn vind om een boek fijn gevonden te hebben.

Wat is fijn een schaap is fijn.
En een ram is leuk.
Kan levensreddend zijn, las ik.

Maar het is altijd goed om dingen niet precies te weten. En van niet precies te weten dingen, geeft Małecki in Aangrenzende kleuren in ieder geval genoeg aan de lezer.

Jakub Małecki Aangrenzende kleuren

Aangrenzende kleuren

  • Auteur: Jakub Małecki (Polen)
  • Soort boek: Poolse roman
  • Origineel: Sa, siednie kolory (2023)
  • Nederlandse vertaling: Karol Lesman
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 25 juni 2024
  • Omvang: 288 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,99 | € 13,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van de Poolse schrijver Jakub Małecki

Kun je sterven van verlangen? Krystian raakt gefascineerd door die vraag als hij in de zomer van 1927 aan een doodskist werkt voor een naar verluidt van verlangen gestorven vrouw. Dan is er de depressieve dokterszoon, Mikołaj, en de oude dementerende Aniela, die geen heden meer heeft, maar ook geen toekomst. Maar achter het grauwe alledaagse leven en de ondefinieerbare gevoelens van deze dorpsgenoten bruist het van de emoties.

Wanneer Krystians dochter op zoek gaat naar de Duivel, de zwerver die eigenlijk Adam heet en met zijn hond God in de bossen leeft, zet dat alles in beweging. Hun lotgevallen vermengen zich en grijpen in elkaar – tenslotte is niemand een eiland, iedereen resoneert met iemand anders.

Bijpassende boeken

Nico Keuning – Groots en onbekommerd

Nico Keuning Groots en onbekommerd recensie en informatie over de inhoud van de biografie van Belcampo. Op 27 augustus 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido de biografie van de Nederlandse schrijver Belcampo, geschreven door Nico Keuning. Hier lees informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave.

Nico Keuning Groots en onbekommerd recensie

Mocht er in de media een boekbespreking, review of recensie verschijnen van Groots en onbekommerd, de biografie van schrijver Belcampo en geschreven door Nico Keuning, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Nico Keuning Groots en onbekommerd

Groots en onbekommerd

Leven en werk van Belcampo

  • Auteur: Nico Keuning (Nederland)
  • Soort boek: biografie
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 27 augustus 2024
  • Omvang: 400 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 29,99
  • Boek bestellen bij: Bol Libris

Flaptekst van de biografie van Belcampo

Belcampo, pseudoniem van Herman Pieter Schönfeld Wichers (1902-1990), geldt als de meest fantasierijke schrijver van de Nederlandse literatuur. Zijn even originele als geestige verhalen maakten hem tot een van de populairste auteurs van Nederland.

Nico Keuning volgt hem als buitenstaander in het gelovige Rijssen, als tbc-patiënt in Renkum en Davos, als student in Amsterdam, op zijn zwerftochten in het buitenland en als arts-schrijver in Groningen. Uit de vele brieven komt Wichers naar voren als een gedreven lezer en schrijver, een vrijheidsaanbidder en levensgenieter. Uit zijn vertelkunst rijst het beeld van een visionair, die moeiteloos aan de haal gaat met filosofie, wetenschap en techniek.

Groots en onbekommerd beschrijft het rijke, avontuurlijke leven van een schrijver, echtgenoot, vader, arts en kunstverzamelaar, die altijd in de breedste zin van het woord is blijven zwerven.

Bijpassende boeken en informatie

Arnon Grunberg – Zevenpoot

Arnon Grunberg Zevenpoot recensie en informatie over het nieuwe boek met een vertelling en geïllustreerd door Thé Tjong-Khing. Op 18 juni 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido de nieuwe vertelling van Arnon Grunberg met tekeningen van Thé Tjong-Khing. Hier lees je uitgebreide informatie over de inhoud van de vertelling, de auteur, de illustrator en over de uitgave.

Arnon Grunberg Zevenpoot recensie van Tim Donker

Kwam de les erna. Iedereen zuchten, hakkelen, hoe goed hoe mooi hoe geniaal het was. Dat waren dan de mensen die geacht werden je medestudenten te zijn. De gast die nogmaals naar voren bracht dat hij had horen zeggen dat Grunberg nu in New York woonde sloeg je (in gedachten natuurlijk) op zijn bakkes.

Eén eigenschap van de jaren negentiennegentig was dat ze eindig waren. Het werd 1999, en toen stopte het de jaren negentiennegentig te zijn, toen stopte het een millennium te zijn, een ander millennium brak aan en zette schreden en toen het zo’n beetje eindjeweegs op streek was kwam ik te wonen waar ik nu niet meer woon naast een mens die nu niet meer mijn buurman is. Sergio, zo noemde ik diene mens al heette hij anders. Gedurende een jaar of drie dacht ik dat hij mijn broer was. Hij was ook postbode. Hij hield ook van muziek en zijn muziekliefde en de mijne wandelden voor een deel gelijkstaps al hield hij naar mijn smaak een beetje teveel van postpunk en deed hij naar mijn smaak een beetje teveel mee aan de niet geheel terechte overwaardering van Joy Division als “meest zwartgallige muziek” ooit (is dat niet ook het maakgeloof vanwege het uiteindelijke zelfverkozen lot van die Curtis, mensen?) (en ook: hoe serieus kun je iemand muzieksmaak eigenlijk nemen als hij Vampire Weekend goed vind?). Hij was ook literatuurliefhebber, wat ik waarderen kon, alleen maar om de literatuur, zelfs al deed zijn smaak in boeken mijn wenkbrauwen vaker wel dan niet fronsen. Ja. Ook hij. Liefhebber van. Die eeuwige Grunberg. Ook weer, ook nu.

Weeral sloten zich de jaren tot een lange rij aaneen, en toen. Een stevige griep woekerde en men zag daarin een goede reden. Men zag aanleiding. Men zag manieren. Om in een virus een totalitaire staat te funderen. Iedereen leek dat goed te vinden. Iedereen meende dat gepast. Arnon Grunberg zei er echter sympathiekere dingen over & iets daarin nam me voor hem in, en ik dacht. Ik moet misschien toch eens. Ik moet misschien eens. Misschien moet ik toch eens meer van die man gaan lezen.

Hoe gaat dat met voornemens. Die steken in je kop, die vormen geen blokkades, die lossen weer op, zijn ineens geen voornemen meer.

Maar de voorzienigheid is er altijd. En de voorzienigheid drukt mij Zevenpoot in de hand.

Zevenpoot?

Ja. Zevenpoot. Een sage, of nee, een groteske over de aan achondroplasie lijdende achtbenige Mom. Hij is klein, erg klein, en hij heeft acht benen. Later zeven, vandaar de titel, het waren de kunstenmakers, de roekeloze kunstenmakers, altijd weer de kunstenmaker. Die Mom iets kostten. In dit geval een been.

Dit door Thé Tjong-Khing geïllustreerde leesboek nee voelboek nee veelboek is misschien zoveel als een kinderboek voor volwassenen, dat heet, een grootboek om zich terug klein te voelen.

Want stel je voor hoe het is. Stel je voor hoe het is als je twee mensen bent. Stel, je bent twee mensen, je bent, lawwezeggûh, wat naïef, je bent, lawwezeggûh, wat wereldvreemd. Maar je bent samen, en samen vorm je iets, je weet niet wat, is dat liefde?, en stel dat daar een kind van komt maar dat kind is niet zoals alle andere kinderen, het is kleiner, veel kleiner, en het heeft acht benen in plaats van twee.

Wat je dan doet.

Overgenomen worden. Is wat je dan doet. Door kunstenmakers, door instanties, door de overheid, door een nogal agressieve ietser.

Daarover gaat dit boek. Over de overgenomenheid van iedereen die niet goed begrijpt waardoor ze nu eigenlijk overgenomen zijn. Grunberg beschrijft dat goed. Grunberg beschrijft dat meesterlijk. Al vanaf het eerste hoofdstuk.

De gynaecoloog. Mevrouw Knoblauch die alleen nog maar zwanger is. Gemeten wordt, bekeken wordt, ingeschaald wordt, de gemeten mens, en dat wat in haar groeit ook. “Een arts is gewoon een mens die met andermans gezondheid speculeert”; sjee, een raker kenschetsing van de godganselijke medische stand las ik nergens; “een sterveling die zich tegen het menselijk noodlot aan bemoeit”, heet het later; een schone, een fijne relativering van het al te lang al te hoog geachte “idee” der dokter.

&. Wie geen dokter is, of geen titel heeft en überhaupt niet heel goed begrijpt wie hij is. “Mevrouw Knoblauch voelde zich niet in topvorm. Ze had een snotneus. De schilfers hingen eraan. Overigens heette ze niet mevrouw Knoblauch, ze heette Hilde Geertruide Sabine Maria Stampielinokovski-Marinowicz, maar aangezien vrijwel niemand de achternaam Stampielinokovski-Marinowicz kon uitspreken, had ze de naam van haar echtgenoot aangenomen. Dat was niet feministisch, maar als je Geertruide Sabine Maria Stampielinokovski-Marinowicz heet moet je soms concessies doen. Haar echtgenoot Maximilian Knoblauch was evenmin in topvorm. Zijn schouder deed pijn en over zijn rechterknie maakte hij zich ook zorgen. Hij had tijdens het voetballen een paar akelige trappen gekregen, zijn rechterknie en het linkerscheenbeen waren beplakt met pleisters. Hij voetbalde al jaren, maar zijn hobby kwam er voornamelijk op neer dat hij elke zondagmiddag getrapt en heel soms ook geslagen werd. Niet alleen door de spelers van de tegenpartij, dat kon hij nog billijken, maar soms ook door zijn teamgenoten. Een enkele keer trapte hij terug, maar dat haalde doorgaans weinig uit. De Knoblauchs hadden gelukkig een buurman met een EHBO-cursus. Zo’n man doet zo’n cursus niet voor niks. Die wil de buren graag een handje helpen met het ontsmetten en verbinden van wonden. De blessures van meneer Knoblauch hadden hem nader tot de buurman gebracht.”;

die. De mensen die altijd concessies moeten doen. De vertrapten. De verdrukten. De mensen die alleen maar wonden hebben om voor hen te spreken. Zulke mensen. Zulke mensen als de Knoblauchs zijn. En de wereld waarin zij wonen.

Zij geven geboorte aan een veel te klein kind dat veel te veel benen heeft.

Zij wonen in een wereld waar de supermarkt een slagveld is; de tram een door voetbalsupporters geteisterd oorlogsgebied is; en zo ongeveer alles en iedereen hen de baas is. Hun kind wordt tot kunstwerk gebombardeerd, de koning is een kat, witte privileges moeten te lijf gegaan worden, en iedereen, zelfs vijfjarigen, kan zonder het te weten een (potentiële) pedofiel zijn.

Grunberg neemt in deze groteske veel op de hak. De vermeende ruimdenkendheid van kunstenaars en intellectuelen; de belachelijkheid van hoogwaardigheidsbekleders; het “engagement” in kunst; de “verhevenheid” van woke; het “begrip” voor alles en nog niks van de intelligentsia – van al de dingen waar je als weldenkend mens graag deel van zou willen uitmaken laat de schrijver weinig heel. Dat maakt Zevenpoot tot een bijzonder humoristies boek. Al lezende lachte ik enkele malen luidop, bulderend – iets wat me niet heel vaak overkomt bij het lezen van een boek. De grijns ja, de gniffel ook, een flukse grinnik misschien maar de onbeschaamde bulderlach? Nee. Niet vaak.

Dus. Ten dele een revanche voor Grunberg. Op dat eertijdse Blauwe maandagen, en mijn eertijdse buurman. Ten dele zeg ik, want naar het einde toe lijken de zottigheden steeds meer te mogen gelden als een vrijbrief. Een vrijbrief voor steeds meer zottigheden, en daar gaat het boek toch een beetje inboeten aan zeggingskracht. Maar ik las een Grunberg en ik vond het leuk. Het was een middag, ergens in een tijd, de jaren negentiennegentig waren langvervlogen, ik las een Grunberg, ik vond het leuk, de zon scheen, de koffie smaakte me, ik had gelachen, en bijna, bijna ja, had ik een bericht naar mijn vroegere buurman gestuurd. Wat meer is dan de meeste boeken met me doen. Niet veel meer, maar toch zeker wel een beetje meer.

Arnon Grunberg Zevenpoot

Zevenpoot

  • Auteur: Arnon Grunberg (Nederland)
  • Tekeningen: Thé Tjong-Khing
  • Soort boek: vertelling
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 18 juni 2024
  • Omvang: 120 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Arnon Grunberg

‘Onze liefde overwint alles,’ zeggen mevrouw en meneer Knoblauch wanneer ze een piepklein zoontje met acht beentjes krijgen, ‘we houden van hem zoals hij is.’ Maar de buitenwereld heeft haar bedenkingen. Is de achtbener moderne kunst? Een medisch wonder? Een vreemdeling?

Onder de titel Wit privilege met zeven benen (eentje brak per ongeluk af) wordt hij tentoongesteld in het Stedelijk Museum. Toch wil het met zijn maatschappelijke acceptatie niet vlotten. Nadat de ouders hun spaargeld kwijtraken aan een alternatieve genezer, ervaart de jongen in Ter Apel barmhartigheid, misschien ook dankzij zijn vader, die hem heeft voorgehouden: waarheid is wat de mensen willen horen.

Uiteindelijk overwint de liefde alles, maar altijd anders dan je denkt.

Deze speelse en satirische vertelling, in de geest van Rabelais, is ook een zachtaardig commentaar op kunst, cultuur, ideologie en maatschappij. Wie van mensen wil houden moet de zotheid omarmen.

Bijpassende boeken en informatie

Rolf Bos – Russische spelen

Rolf Bos Russische spelen recensie en informatie boek over sport en politiek in het olympische jaar 1980. Op 6 juni 2024 verschijnt bij uitgeverij Querido het boek over de Olympische Spelen van 1980 van Rolf Bos. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave.

Rolf Bos Russische spelen recensie

  • “Het knappe van het boek is dat Rolf Bos de vreugdeloosheid reconstrueert, terwijl zijn boek toch prettig wegleest.” (NRC)

Recensie van de redactie

Dat sport en politiek in veel gevallen wel samengaan, in tegenstelling tot wat graag door sportbobo’s beweerd wordt, maakt het nieuwe boek van historicus en journalist Rolf Bos onomwonden duidelijk. De Olympische Spelen van 1980 kenmerkten zich door een boycot van de Verenigde Staten als reactie op de inval van de Sovjet-Unie in Afghanistan een aantal jaren eerder. Nederlandse sporters mochten wel gaan, alhoewel de regering onder premier Dries van Agt eigenlijk anders wilde.

Rolf Bos weet in zijn nieuwe boek de lezer mee te nemen naar de Spelen van Moskou. Hij beschrijft de grauwheid van de stad, de façade die het regime optrok, de vol van doping staande sporters uit een aantal Oost-Europese landen, de ervaringen van Nederlandse sporters die gingen zoals Gerard Nijboer die tweede werd op de marathon.

Maar Bos beperkt zich niet tot het verhaal van de Spelen. Door ook aandacht te hebben voor de politieke verwikkelingen in de jaren voorafgaand, de Koude Oorlog, het klimaat in Moskou tijdens het evenement en de nasleep ervan weet hij de boeiende geschiedenis in een breder perspectief te plaatsen. Russische Spelen is dan ook een boeiend en goed geschreven boek dat gewaardeerd is met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Rolf Bos Russische spelen

Russische spelen

Sport en politiek in het olympische jaar 1980

  • Auteur: Rolf Bos (Nederland)
  • Soort boek: geschiedenisboek
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 6 juni 2024
  • Omvang: 384 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 24,50 / € 12,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)

Flaptekst boek over de Olympische Spelen in 1980

‘Ik vind het terecht dat ik gegaan ben,’ zei marathonloper Gerard Nijboer in 1980 voor de camera van de NOS. ‘Toen ik bezig was met de voorbereidingen heb ik erg zitten twijfelen. Maar toen het Nederlands Olympisch Comité in mei definitief toezegde wel te gaan, heb ik voor mijzelf besloten: Gerard, je doet aan topsport, je móét gaan.’ Maar als het aan de regering-Van Agt had gelegen, was Nijboer thuisgebleven. En andere sporters ook. Want Van Agt wilde dat Nederland zich aansloot bij de door de Amerikanen ingestelde boycot tegen de Spelen in Moskou, waartoe werd opgeroepen vanwege de Sovjet-inval van Afghanistan, op het hoogtepunt van de Koude Oorlog.

In Russische Spelen reconstrueert Rolf Bos de gebeurtenissen rondom de Spelen van 1980 in Moskou. Ruim zestig landen volgden het Amerikaanse voorbeeld, maar een Nederlandse afvaardiging met daarbij Gerard Nijboer ging wel. Net als de Britse atleten Sebastian Coe en Steve Ovett, die legendarische gevechten leverden op de 800 en 1500 meter. Net als in zijn bestseller Een Duitse zomer laat Bos zien hoe troebel de relatie is tussen politiek en sport.

Bijpassende boeken

Ismail Kadare – Het Dromenpaleis

Ismail Kadare Het Dromenpaleis recensie en informatie over de inhoud van de Albanese historische roman uit 1982. Op 4 juni 2024 verschijnt bij Uitgeverij Querido de hernieuwde Nederlandse vertaling van de historische roman van de Albanese schrijver Ismail Kadare. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver, de vertaler en over de uitgave.

Ismail Kadare Het Dromenpaleis recensie van Tim Donker

Kafka zeggen ze, jaja je weet het wel, of ze zeggen kafkaësk, zoals die gast toen, die met dat haar en die bloes van hem altijd, hij drumde geloof ik in een blackmetalband maar dat nam me nauwelijks voor hem in, of, naja, zo’n kwade was het ook niet geloof ik, maar toen, in de klas en met die scenario’s, waar het heen ging, hij had iets voor ogen met een restaurant en een kok die gespecialiseerd was in de kafkaëske keuken, en dat vond die stapele wat grappig, die stond daar zo’n beetje stom hikkend te lachen daar vooraan in de klas achter dat stomme katheder van hem dat hij overal mee naar toe sleepte, ja dat was lachen he van die kafkaëske keuken, dat stomme hiklachje van hem, ik dacht aan, maar toen was het alweer later, je kunt van een naam een bijvoeglijk naamwoord maken, je kunt een bijvoeglijk naamwoord stukgebruiken, dan heeft het geen enkele betekenis meer, aan zijn vriendin had ik pas echt een gruwelijke hekel, ik haatte haar zo erg dat het bijna opwindend werd, of ook, maar dat was veel vroeger, nu open ik mijn mond om iets te zeggen, nu open ik mijn laptop om iets te schrijven, dat kun je toch niet zeggen man, dat is de grootste schrijver van de twintigste eeuw, dat is een van de allerberoemdste schrijvers allertijden, de gekendste hoogtepunten uit de wereldliteratuur staan op zijn naam, dat kun je toch niet zeggen, het spijt me maar ik vind Kafka eerlijk gezegd toch wel een heel klein beetje overgewaardeerd, ik kan het niet, het lukt me niet, ik snap het niet, en er hoeft in een boek maar een schimmig buro voor te komen, of iets met totalitaire overheidsinstanties, of zelfs maar hoe macht woekert, een labyrintische instelling, en hup daar is dat bijvoeglijk naamwoord dan weer, ooit leefde Kafka en nu is hij dood en sedertdien is alles maar kafkaësk te noemen, ik heb het geprobeerd, ik meen het, eerst, veel vroeger nog, met Het proces, toen woonde ik nog thuis, nu woon ik niet meer thuis, nee, flauw grapje, al zal deze woning nooit helemaal als mijn thuis voelen, maar toen, ik woonde met mijn ouders in dat gezegende huis aan die gezegende Boschdijk, mijn zussen woonden toen al op kamers, in Amsterdam, in Utrecht, weg waren ze, ik nog in het gezegende huis, daar, in bad, die badkamer was altijd een beetje koud, diep in het hete water gedoken las ik, probeerde ik te lezen, in Het proces, het greep me niet, ook later niet, beneden, op de bank, in mijn slaapkamer, voor het slapen gaan, in bed, in de trein, naar Utrecht of naar elders, ik heb het geprobeerd, het greep me niet, later dacht ik dat ik te jong was geweest, ik was zeventien of achttien toen, misschien had ik er niet de ontvankelijke leeftijd voor, maar later, veel later, eigenlijk vrij onlangs nog, probeerde ik het opnieuw, met kortverhalen, met verzamelde brieven, en het lukt me niet, ik kan het niet, zijn schrijven palmt me niet in, ik kom er niet doorheen, het is alsof ik veel te taai vlees sta te snijden en ik geraak er niet door en ik denk waarom zou ik zoveel moeite doen om vlees te snijden dat klaarblijkelijk volstrekt oneetbaar is, of, als u liever een meer vegetariese metafoor heeft, stel u een volmaakt oneetbare perzik voor, ik heb besloten het niet meer te proberen, maar wat dan met dat al te gangbare kafkaësk?, want neem dit nu, neem dit Dromenpaleis nu, Mark-Alem Qyprilli, een Albanese naam is dat, Köprülü in het Osmaans of Turks, een familie die van 1656 tot 1703 een belangrijke politieke rol speelde in het Ottomaanse Rijk, dit is misschien wel misschien niet histories verantwoord, maar Mark-Alem komt op een dag te werk in het Dromenpaleis, “de instelling waar dromen w[o]rden verzameld, geselecteerd en geïnterpreteerd”; het institutionaliseren van droominterpretaties dus, overal wordt gedroomd, iedereen droomt, in het hele Ottomaanse Rijk wordt gedroomd dat is dus al bijkans de hele wereld, en al die dromen komen naar het Dromenpaleis, mensen dienen hun dromen in, bij allerlei kleine dependances van het Dromenpaleis die doorheen het gehele rijk gevestigd zijn, ze komen terecht bij net die instelling waar Mark-Alem werkzaam is, en waar hij heel snel promotie maakt, de dromen worden eerst geselecteerd, weg gaan de dromen die niets te betekenen hebben, de dromen die misschien iets zouden kunnen zijn, misschien iets zeggen, gaan naar de afdeling Interpretatie, natuurlijk staat alles symbool voor, natuurlijk betekent elk beeld iets anders dan wat het beeld zelf betekent, zoals dat is met droomduiding, je moet het zien om te geloven, je moet het niet geloven, elke droom kan iets zeggen over iets subversiefs dat speelt, wie beraamt misschien een aanslag op de sultan, wie gelooft niet in de grootse glorie van het Ottomaanse Rijk, wie werkt tegen, wie denkt anders, je moet het zien om het te geloven, je moet het er wel eerst in leggen om het waar te laten zijn, het gaat, medewerkers zijn beter blind, Mark-Alem krijgt geen enkele vorm van inwerking, maar maakt toch promotie na promotie, hij doet maar wat, hij prutst maar wat, hij leest dromen, probeert ze te interpreteren en doet maar wat, hoe hoger hij komt, hoe harder hij werkt, hoe kleurlozer zijn wereld wordt, het Dromenpaleis wordt een wereld op zichzelf, want “[h]et is een instelling die, meer dan alle andere, volkomen irreëel, onpersoonlijk en zo blind als het noodlot opereert, kortom: het werkt precies zoals je van een overheidsinstantie kunt verwachten”, zegt oom Kurt over het Dromenpaleis, mensen die droomden over potentiële gevaren voor het Ottomaanse rijk, die dus, precognitief, onheil voorkwamen, worden verhoord, dagenlang, wekenlang, in speciale kamers, met vragen die ertoe doen en vragen die er niet toe doen, een groenteboer die droomde krijgt vragen over zijn groente, over van alles, want alles kan van betekenis zijn, betekenis is alleen daar waar je het wil zien, afgesloten kamers, verstoken van daglicht, niet zelden gaan ze er pas in lijkzak weer uit, en Mark-Alem die daar is, die door de labyrintische gangen dwaalt, van de ene afdeling naar de andere, komt er nog een verhaallijn doorheen, als zijtak eerst, zo leek het, de etentjes van de Qyprilli’s, opgeluisterd, vaak, met zangers van heldendichten die de roem van de familie van extra glans voorzien, een droom, notabene één die Mark-Alem zelve twee keer onder ogen kreeg, vertelt, als je het zien wil, van het ondermijnende effect van die etentjes, van die zangers, en de sultan reageert, op een avond, waarop ook Mark-Alem aanwezig is, worden de zangers vermoord, door agenten van de sultan, wordt oom Kurt gearresteerd, door agenten van de sultan, en later wordt oom Kurt ter dood veroordeeld en onthoofd maar dat, hoewel het vaart geeft aan de roman, is, als u het mij vraagt, u vraagt het mij niet, het interessantste niet aan Het dromenpaleis, het interessantste is hoe overheden hun gluiperige klauwen uitslaan tot in uw kop, en dat is allang geen dystopisch toekomstvisioen meer, het internet van lichamen, de sociale druk om u te laten inspuiten met een serum waarvan niemand de gevolgen op langere termijn kan voorspellen, het hameren op oorlogsdreiging en wat u daarmee te maken heeft, de overheid zit allang in uw kop, het voorjaar komt, hoe overheersing werkt, kafkaësk zegt men dan jajaja je weet het wel, maar Het Dromenpaleis is de roman die Kafka alleen maar kon wensen geschreven te hebben, Het Dromenpaleis is “kafkaësk” voorbij, alle bijvoeglijke naamwoorden voorbij, realistischer dan je willen zou, dichterbij dan je hoopt, ongemakkelijk, pijnlijk, briljant, deze roman brengt mij ertoe, nu moet het, kafkaësk wordt kadareïaans, want Kadare, hij, is Kafka lang ja allang voorbij.

Ismail Kadare Het Dromenpaleis

Het Dromenpaleis

  • Auteur: Ismail Kadare (Albanië)
  • Soort boek: Albanese roman, historische roman
  • Origineel: Pallati i ëndërrave (1982)
  • Nederlandse vertaling: Roel Schuyt
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 4 juni 2024
  • Omvang: 232 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman uit 1982 van de Albanese schrijver Ismail Kadare

De twintigjarige Mark-Alem, telg van een oud geslacht van hoogwaardigheidsbekleders, krijgt een baan aangeboden bij het Dromenpaleis. In deze kafkaëske instelling beoordelen en interpreteren medewerkers de dromen die men dagelijks in alle delen van het Ottomaanse Rijk verzamelt en noteert. Elke week kiezen ze daar een meesterdroom uit om aan de sultan te presenteren. Die keuze is gebaseerd op de relevantie voor het voortbestaan van het rijk.

Mark-Alem zoekt zijn weg in het bureaucratische labyrint. Wanneer hij verraderlijk snel stijgt op de hiërarchische ladder, wordt hij tegen wil en dank onderdeel van het overheidsapparaat.

In een sprankelende nieuwe vertaling uit het Albanees door Roel Schuyt.

Bijpassende boeken