Wessel te Gussinklo De hoogstapelaar recensie waardering en informatie over de inhoud van de roman. Op 28 februari 2019 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de nieuwe roman van Wessel te Gussinklo De hoogstapelaar.
Wessel te Gussinklo De hoogstapelaar Recensie
Hoogstapelaar, wat denk je daar eigenlijk bij? Volgens Wikipedia is het een opschepper, blaaskaak, dikdoener. Ik moest dat even opzoeken. Nou, Ewout, de hoofdpersonage van Wessel te Gussinklo is ook daadwerkelijk een behoorlijke blaaskaak. Hij is een jongen van 17 jaar, eentje die maar niet wil deugen, maar wel eentje die volgens zichzelf de wijsheid in pacht heeft. Wijsheid over wie je moet zijn, in ieder geval, hoe je moet zijn, wat je moet uitstralen. Geen mietje, geen watje, maar iemand die gewoon gezag uitstraalt. Niet om wat hij kan, wat hij gepresteerd heeft, maar gewoon om hoe hij zich manifesteert. Te Gussinklo neemt de lezer 371 bladzijden lang mee in het hoofd van deze jongen, deze tiener, deze onzekere, eenzame jongen die dagelijks met zichzelf in gesprek is, met zichzelf oefent, thuis, in zijn eentje voor de spiegel, hoe je dat doet, man van de wereld zijn, of in ieder geval met zekerheid uitstralen dat je dat bent, of in ieder geval hard op weg bent dat te worden. Wat ontroerend, wat dapper, wat ongelooflijk knap hoe deze roman de lezer, en ook Ewout zelf langzaam maar zeker meevoert de duistere diepte in.
Geen mietje, geen watje, maar iemand die gewoon gezag uitstraalt
Ewout Meyster, een onzekere puber woont samen met zijn moeder die een boekhandel runt in het benedenhuis. Vader is doodgeschoten in de oorlog. Een mislukkeling dus. Tot zijn 14de is hij een brave jongen. Gaat met moeder wekelijks mee naar de kerk, vertelt haar over zijn innerlijk leven, over zijn schoolleven. Zij zijn een twee-eenheid. Hij is een brave jongen. Hij is slim, helaas een beetje klein een beetje iel, maar goed met woorden. Maar ineens, in de kerk, realiseert hij zich dat God niet kan bestaan, dat al dat gedoe, al dat bidden, je verlaten op God en dat het dan wel ergens goed gaat komen, dat dat allemaal bullshit is. Dat je er helemaal alleen voor staat in het leven. En dat je het niet maakt met goed presteren, goed je best doet, diploma’s halen. Nee, wat je uitstraalt dat is wat je bent, wat je kunt worden. Dus ja, hij gaat niet meer deugen, maar vooral verbaal en natuurlijk door zijn uitstraling, man van de wereld worden.
Maar natuurlijk kan hij dat niet in z’n eentje. Hij heeft zijn omgeving nodig om bevestiging te krijgen van zijn metamorfose. Daar praat hij niet over met z’n vrienden. Nee, hij gebruikt zijn omgeving door hen erop te wijzen dat zij nog lang niet zover zijn als hij. Zij moeten leren anders te lopen, zwaarder, donkerder, te praten. Hun haar moet langer, of met minder krullen. Ze moeten leren anders te lopen, meer als een man, zelfverzekerder, meer als hij. Een grote bek krijgen, de leraren op school aftroeven met quasi kennis van Sartre, Camus. Ja, hij zal het ze wel leren.
Maar diep van binnen is hij vaak jaloers op de jongens om hem heen. Zij hebben al baardgroei, een stoer ontwikkeld mannenlijf, en hij is en blijft een schrielkip. En ja, hij wordt natuurlijk elke keer van school getrapt, niet te handhaven, ook niet op het internaat.
Dus daar zit hij, thuis, in z’n eentje, te piekeren over hoe het verder moet, spaart hij stiekem belangrijke woorden, indrukwekkende uitspraken van o.a. Sartre, Camus en later Merleau Ponty. Heeft hij het thuis al helemaal in z’n hoofd hoe hij later over straat zal lopen. Quasi nonchalant, zijn lange lokken voor zijn ogen, zijn lange sjaal slordig om zijn nek geslagen. Mensen overbluffen met goed gevonden teksten. Ja, iedereen zal van hem onder de indruk zijn. Op straat, in de kroeg, zijn vrienden, ja, wie eigenlijk niet.
Hoe loopt dit af met deze jongen, waar ik in ieder geval een zwak voor kreeg. Wordt hij een mietje? Houdt hij het vol zo zijn leven vorm te even? Lukt het hem te worden wie hij moet zijn? Wil zijn? Blijven zijn vrienden hem trouw? Blijft hij zichzelf trouw en hoe ziet dat er eigenlijk uit?
Ontroerend. diepgaand zelfonderzoek van een volwassen wordende puber in een uitmuntende roman
God, wat een boek. Wat knap dat Te Gussinklo voor zo’n diepgaand zelfonderzoek van een volwassen wordende puber zulke overtuigende woorden heeft gevonden. Een ontroerende roman die met de maximale ∗∗∗∗∗ (uitmuntend) is gewaardeerd.
Recensie van Mieke Koster
De hoogstapelaar
- Schrijver: Wessel te Gussinklo (Nederland)
- Soort boek: coming-of-age roman
- Uitgever: Uitgeverij Koppernik
- Verschenen: 28 februari 2019
- Omvang; 376 pagina’s
- Uitgave: Paperback / Ebook
- Waardering NRC: ∗∗∗∗∗ (Sebastiaan Kort)
- Winnaar Bookspot Literatuurprijs 2019
- Waardering redactie: ∗∗∗∗∗ (uitmuntend)
Inhoud van de nieuwe roman van Wessel te Gussinklo
Ewout Meyster is zeventien en denkt de wereld en het leven begrepen te hebben, en dat zal hij zijn naïeve vriendjes wel eens tonen. Verbazen wil hij hen, maar ook de wereld, met zijn ‘optredens’ op straten en pleinen. In gesprekken met zijn vrienden legt hij uit hoe je een echte persoonlijkheid wordt, en wat je moet doen om belangrijk te worden en niet ‘onbenullig’ te blijven. Voor Ewout is het belang van deze gesprekken erin gelegen dat hij, zichzelf spiegelend aan de ‘onbenullige’ vriend tegenover hem, zijn eigen superioriteit oefent en tegelijkertijd bewezen ziet.
In De hoogstapelaar zien we de terugkeer van Ewout Meyster. Met De verboden tuin (1986) probeerde hij de paradijselijke wereld van zijn eerste kinderjaren te hervinden. In De opdracht (1995) oefende hij als veertienjarige om populair en indrukwekkend te zijn tussen de oudere jongens in het zomerkamp. In De hoogstapelaar waant Ewout zich de situatie geheel meester, maar tegelijkertijd is hij onderhevig aan de krachtige tegenwind van zijn depressies en zijn angsten.
advertentie
Bijpassende Boeken en Informatie