Tag archieven: Koppernik

Robert Walser – Sprookjes

Robert Walser Sprookjes recensie en informatie over de inhoud van het boek met toneelteksten van de Zwitserse schrijver. Op 8 augustus 2024 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van het boek Komödie. Märchenspiele und szenische Dichtung van de uit Zwitserland afkomstige schrijver. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver, de vertaler en over de uitgave.

Robert Walser Sprookjes recensie

Mochten er in de media een boekbespreking, recensie en review verschijnen van Sprookjes het boek met toneelteksten van de Zwitserse schrijver Robert Walser, dan besteden we er op deze pagina aan.

Robert Walser Sprookjes

Sprookjes

Dramoletten

  • Auteur: Robert Walser (Zwitserland)
  • Soort boek: toneelteksten
  • Origineel: Komödie. Märchenspiele und szenische Dichtung (1986)
  • Nederlandse vertaling: Ard Posthuma
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 8 augustus 2024
  • Omvang: 120 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 19,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek met toneelteksten van Robert Walser

Vier minitoneelstukken van de onnavolgbare Zwitserse einzelgänger. In Sprookjes zijn de ‘dramoletten’ van de Zwitserse schrijver Robert Walser verzameld. Deze korte theaterteksten, verteld in Walsers onnavolgbare, speelse taal, zetten de traditionele opvattingen van het sprookje op hun kop en transformeren de gebroeders Grimm in metatheater.

Sneeuwwitje vergeeft de boze koningin dat ze haar probeerde te vermoorden. Assepoester twijfelt aan haar prins en vindt het leuk om gehaat te worden door haar stiefzusters; het Sprookje zelf is een personage dat haar aanmoedigt om binnen de grenzen van het verhaal te blijven. Doornroosje, de koninklijke familie en haar volgelingen zijn er niet blij mee dat ze in hun slaap worden gewekt door een absurde, pretentieloze Walserachtige held. Maria en Jozef zijn verbaasd over wat hun kindje Jezus te wachten staat.

Robert Walser (15 april 1878, Biel, Zwitserland – 25 december 1956, Herisau, Zwitserland) was een Zwitserse schrijver. Zijn oeuvre – dat naast De rover klassiekers kent als De wandelingDe bediende en Jakob von Gunten – wordt door collega’s als Franz Kafka, Hermann Hesse, J.M. Coetzee en W.G. Sebald hooglijk geprezen.

Bijpassende boeken

Stig Dagerman – Natte sneeuw

Stig Dagerman Natte sneeuw recensie en informatie van het boek met de verzamelde verhalen van de uit Zweden afkomstige schrijver. Op 14 november 2024 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van Nattens lekar, het boek met de verzamelde verhalen van de Zweedse schrijver Stig Dagerman. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver, de vertaler en over de uitgave.

Stig Dagerman Natte sneeuw recensie

  • “Dagerman kan in één zin zoveel emotie oproepen.” (Colm Tóibin)
  • “Er zijn schrijvers (Kafka en lorca komen direct in gedachten) die de status van heilige krijgen […]. Zo’n schrijver, in het bijzonder voor zijn landgenoten, is de Zweedse schrijver Stig Dagerman.” (Times Literary Supplement)
  • “Een schrijver met een buitengewone urgentie en kracht.” (Siri Hustvedt)

Stig Dagerman Natte sneeuw

Natte sneeuw

Verzamelde verhalen

  • Auteur: Stig Dagerman (Zweden)
  • Nawoord: Donald Niedekker
  • Soort boek: verhalen
  • Origineel: Nattens lekar (1947)
  • Nederlandse vertaling: Bernlef, Bart Kraamer
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 14 november 2024
  • Omvang: 576 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 29,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst boek met de verzamelde verhalen van de Zweedse schrijver Stig Dagerman

In Natte sneeuw zijn voor het eerste alle korte prozateksten van de Zweedse schrijver Stig Dagerman verzameld. Het eerste deel van de uitgave bestaat uit de zeventien verhalen die Dagerman in 1947 zelf samenstelde voor de bundel Nachtspelletjes. Daarna volgen de verhalen die tijdens zijn leven nooit in boekvorm zijn gepubliceerd, zoals het befaamde ‘Onze behoefte aan troost is onverzadigbaar’ en ‘Een kind doden’, dat hij schreef voor een campagne van de Zweedse versie van Veilig Verkeer Nederland. Het afsluitende deel bevat prozafragmenten die ontwerpen waren van groter boekprojecten die nooir werden voltooid, waaronder de proloog “Duizend jaar bij God’, de de opmaat vormde voor de grote roman over Carl johan Love Almqvist in ballingschap waaraan hij werkte op het moment van zijn overlijden.

Met deze uitgave wordt zichtbaar dat Dagerman naast een groot romanschrijver ook een unieke verhalenverteller was. Met een nawoord van Donald Niedekker.

Stig Dagerman (Älvkarleby, Zweden, 5 oktober 1923 – Danderyd, Zweden, 5 november 1954) debuteerde op tweeëntwintigjarige leeftijd en publiceerde in de drie jaar daarna onder meer de verhalenbundel Natte sneeuw, de romans De slang, Het eiland der verdoemden en Het verbrande kind en het reisverslag Duitse herfst. Hij wordt beschouwd als een van de grootste Zweedse schrijvers. Op 5 november 1954 pleegde hij zelfmoord in de garage van zijn huis als gevolg van de depressies waaronder hij gebukt ging.

Bijpassende informatie

Willem du Gardijn – Het koor van de 300 moordenaressen

Willem du Gardijn Het koor van de 300 moordenaressen recensie en informatie van de inhoud van de roman over Oost-Berlijn in de DDR. Op 24 oktober 2024 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de nieuwe roman van de Nederlandse schrijver Willem du Gardijn. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver en over de uitgave.

Willem du Gardijn Het koor van de 300 moordenaressen recensie

Als er in de media een boekbespreking, review en recensie van Het koor van de 300 moordenaressen, de nieuwe roman van de Nederlandse schrijver Willem du Gardijn, verschijnen, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Recensies en waardering van de roman het Einde van het lied van Willem du Gardijn.

  • “Een krachtig drieluik over sterven en verlies.” (de Volkskrant, ∗∗∗∗)
  • “Ik las het allemaal ademloos en zonder reserves, bewonderend ook, ik kwam bij dit boek weer toe aan mijn kinderlijk stille lezen van vroeger waar ik zo smartelijk naar terug kan verlangen.” (Kees ’t Hart, De Groene Amsterdammer)

Willem du Gardijn Het koor van de 300 moordenaressen

Het koor van 300 moordenaressen

  • Auteur: Willem du Gardijn (Nederland)
  • Soort boek: Nederlandse DDR roman
  • Uitgever: Uitgeverij Koppernik
  • Verschijnt: 24 oktober 2024
  • Omvang: 232 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Willem du Gardijn

De vriendinnen Anna en Maksa, die werken bij Die Fleisch Union Berlin, worden door een functionaris van de partij uitgenodigd voor een gesprek. De intimiderende ontmoetingen zetten een keten van gebeurtenissen in gang die niet anders dan noodlottig lijkt te kunnen eindigen.

In Het koor van de 300 moordenaressen roept Willem du Gardijn, in zijn geroemde stijl, de donkergrauwe wereld van Oost-Berlijn in de jaren tachtig van de vorige eeuw op. Ondanks de grove ernst van de communistische ideologie en het verraad door je naasten schetst hij een intrigerend claustrofobische wereld die toont dat het zelfs in de meest uitzichtloze tijden saamhorigheid een ontsnapping kan bieden.

Willem du Gardijn (1964) studeerde in Utrecht en Berlijn. In 2008 publiceerde hij de roman Monografie van de mond. Daarmee werd hij genomineerd voor de Academica Literatuur Prijs. In 2011 verscheen zijn buitengewoon goed ontvangen verhalenbundel Negen raven. In 2016 volgde de roman Bevrijding. In de herfst van 2018 verscheen de verhalenbundel Het grote vakantiepark. Met deze verhalenbundel stond du Gardijn op de longlist van de Bookspot Literatuurprijs. Zijn laatste roman Het einde van het lied (2021) stond op de longlist van de Libris Literatuur Prijs en de Boekenbon Literatuurprijs 2022.

Willem du Gardijn Het einde van het lied RecensieWillem du Gardijn (Nederland) – Het einde van het lied
Nederlandse roman
Recensie van Tim Donker
Weergaloos mooi. Het nam me mijn adem. Het stolde mijn bloed. Het zette de tijd stil. Dit is literatuur van het allerhoogste nivo…lees verder >

Bijpassende informatie

Paul Verrept – Het jaagpad

Paul Verrept Het jaagpad recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Vlaamse roman. Op 6 juni 2024 verschijnt bij uitgeverij Koppernik de nieuwe roman van de Vlaamse schrijver en illustrator Paul Verrept. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver en over de uitgave.

Paul Verrept Het jaagpad recensie van Tim Donker

(stilte)

Het kan vanuit de stilte. Het kan ineens. Het kan langzaam overheen, of zich rond je optrekken. Het boek. Ineens is het overal. Je bent in het boek. Ineens. Je zag het niet komen, en nu kan je het niet meer wegdenken.

Paul Verrept heeft een meedogenloze schrijfstijl. Hij trekt zijn lezers onherroepelijk mee. Hij bouwt ze langzaamaan in. Totdat er nergens nog een plek is in je wereld waar zijn woorden niet zijn. De onmerkbare manier waarop zijn boeken je besluipen is zalig angstaanjagend.

Misschien omdat er geen verhaal is. Althans geen navertelbaar verhaal. Er zijn personages. Er is Lucas. Een alleenstaande man van zestig jaar, niet onbemiddeld naar het lijkt (een appartement midst ergens een grootstad, een jaguar, een gedistingeerde kleedstijl). Ergens in dit jaar 2024 neemt hij de trein naar het dorpje waar hij is opgegroeid, om nog een keer, om vroeger, of hij weet het zelf eigenlijk niet precies: “Waarom volstaat het niet te denken dat hij even gaat kijken hoe het nu is op de plek waar hij opgroeide. Nieuwsgierigheid en misschien zelfs nostalgie. Nieuwsgierigheid. Nostalgie. Waarom de dagen vullen met overbodige en vergezochte gedachten? Het klopt niet. Denkt hij. Ik ben niet nieuwsgierig. Er is geen nostalgie.”

En er is Claus. Achttien. Enig kind. Verlaat juist het dorp van zijn jeugd om te gaan studeren in de grootstad. Verlaat moeder, verlaat vader, verlaat het dorp. Nog eenmaal een drankje in het tegenover het stasjon gelegen dorpskaffee. En dan gaan.

Er is een raar ding, echter. De lezer nee de kamera nee de pen van de schrijver volgt Claus als hij voor de laatste keer de tocht door zijn ouderlijk huis maakt. Stuit daarbij op een kalender. De tijd bij Claus is anders. Het jaartal. Bij Claus is het nog maar 1981.

In bad lig ik stil. Het boek in handen, zweet op mijn voorhoofd. Ik hou van hete baden. Het is zondag. De middag ligt kalm en rimpelloos als het bad. Ik stop lezen voor een wijle. Er bekruipt mij een vermoeden. Claus. Lucas. Het zijn anagrammen. De een onderneemt de tocht van de ander achterstevoren. Het zal toch niet? Wees stil, ik denk. Kan iemand die in 2024 zestig is, achttien geweest zijn in 1981? Wees stil, ik denk dat het kan. Als hij laat in het jaar jarig is zou het kunnen. Denk ik verder aan het dorpskaffee, dat er nog bleek te staan in 2024 toen Lucas aankwam in het dorp waar hij is opgegroeid. Het dorpskaffee waar een jongen een drankje drinkt aan het tafeltje aan het raam, zodat Lucas net niet zijn ouderlijk huis kan zien. Zou kunnen. Waar gaat dat heen. Denk ik.

Ook denk ik aan dat boek waarin ik ooit bezig was. De schrijver ervan was als ik me het goed herinner een Pool. Op enig moment stopte ik te lezen in het boek en later raakte het in de vergetelheid. Waarom weet ik niet. Niet omdat het slecht was. Het was eigenlijk vrij goed. Maar soms gaan die dingen zo. Komen er nieuwe boeken in, lees je anders, lees je je elders, geraken andere boeken onderop de stapels, en dan. Na een tijd. Zijn er teveel boeken, teveel stapels, hou je zomaar willekeurig een beetje opruiming, bedenk je van sommige boeken dat je er al veel te lang niet meer in gelezen hebt, het moet maar naar boven, naar de kamer waar ik alle boeken bewaar waarin ik me op enig moment vast las. Omdat ze me tegenvielen omdat ik ze slecht geschreven vond omdat het onderwerp me niet boeide omdat er andere boeken te lezen waren omdat ik er meer van had gehoopt omdat ze me na verloop van tientallen bladzijden langzaamaan begonnen te vervelen omdat mijn aandacht zich ervan afkeerde. Ik weet de naam van de schrijver niet meer noch de titel van het boek. Ik zou kunnen gaan naar de kamer waar ik al die boeken bewaar. Maar ik zit in bad. En bovendien. Soms is het mojer om dingen niet meer precies te weten. Soms is het beter om blinde vlekken blind te laten. Ik weet nog wel dat er een scene in zat waarin een oude man de jongen die hij geweest was tegenkwam. Ergens bovenaan een trap nabij een kerk in ergens een dorp. Waarheen het ging vanuit daar weet ik niet. Want ik stopte te lezen. Weetjenogwel. Zei ik net. Let dan toch ook op.

Aan een vergeten titel, een vergeten boek, een vergeten Pool denk ik in bad. En lees verder. In dit Het jaagpad. In dit prachtig Het jaagpad.

Een van de moje dingen.
Een van de hele moje dingen.

Een van de hele moje dingen Het jaagpad is dat Verrept het nergens eksplikeert. Of Lucas nu de oudere Claus is, en Claus de jongere Lucas. Zelfs niet of het wel Lucas en Claus wel zijn wier paden zich herhaaldelijk kruisen. Bij Lucas is er af en toe sprake van een jongen die zomaar Claus zou kunnen zijn. En Claus ziet geregeld een oudere man, en dat is misschien allicht mogelijkerwijs (bijwoorden van twijfel) Lucas. Maar misschien zijn zij het niet, misschien zijn het anderen, misschien zijn het twee heel verschillende steden, twee heel verschillende dorpen, misschien zijn ze niet eens in hetzelfde werelddeel, Verrept suggereert heel veel maar benoemt een pak minder en dingen open laten vereist misschien wel een straffere schrijfkunst dan heel de zaak dicht te schrijven.

De tiepering van beide karakters. Ook dat is een mooi ding. Een van de dingen. Een van de hele hele hele moje dingen. In dit boek. Lucas en Claus zijn uit eender hout getimmerd. Lucas is oud, alleen, misschien een beetje eenzaam, heeft weinig contacten. Pikt af en toe jongens op in het park, of vrouwen, ooit was er een Louiza, ook iemand voor een nacht, of een paar nachten, iets kortstondigs alleszins, maar ze bewoont nog altijd zijn hart. Claus staat nog aan het begin van alles maar bruisen doet hij evenmin. Hij laat zijn ouders achter zich en gaat de volslagen vreemdheid van de grootstad tegemoet. Daar loopt hij in een opwelling een meisje dat naast hem in de trein zat achterna: “Een kuiken kruipt uit het ei en hecht zich aan het eerste wezen dat het ziet. Zo ben ik in de nieuwe stad meteen Maria achternagelopen.”. Hij weet niet eens of het meisje wel Maria heet, het is maar de naam die hij haar gaf, ze hebben geen woord gewisseld. Maar in zijn hoofd is het al liefde. Maria het anker, zijn reddingsboei. Maria zijn Louiza.

Claus en Lucas zijn allebei wat wereldvreemds. Doen dingen die in het schimmige liggen. Mensen middernachtelijk oppikken in parken, mensen achtervolgen, rondhangen in achterbuurten, dralen bij de deur van een prostituee, wat klein en onbetekenend is mythologiseren tot het meer zal zijn dat het ooit nog gaat kunnen zijn in de kleurloosheid van de opeenvolging van hun dagen. Toch zijn Lucas en Claus geen engerds, en ook niet echt sneue gasten. Dat doet Verrept goed, dat doet Verrept heel goed. Hij zet menselijke figuren neer, die veroordeeld zijn tot levens aan de rand. Dolenden. Zoekenden. Verlorenen. Bij Lucas primeert misschien de wanhoop om wat in de mist verdwenen is; bij Claus de angst juist om wat daaruit tevoorschijn zal komen. Het is alles zo voelbaar. Zoals deze roman langzaamaan bezit neemt van haar lezer, zo worden Lucas en Claus overvallen door hun levens.

Is het moje ding.

En ook nog de taal. Is ook een mooi ding. Een van de moje dingen. Een van de hele moje dingen in dit hele moje boek. De taal. Korte, minimale, tot het uiterste teruggeschroefde zinnen. Die druppelen gelijk een miezerbui. Tot je je hoofd volgeregend weet. Veel leegte. Leegte die ademt. Het wit. De regen. Het geruisloze komen. En dan, ineens, voel je het overal. De adembenemende schoonheid.

Alles ijlt verder. Je hebt alleen deze 114 pagina’s om aan vast te houden. Hoe het is. Hoe zeldzaam dit groeit. Je moet het gelezen hebben om het te kunnen geloven.

Paul Verrept Het jaagpad

Het jaagpad

  • Auteur: Paul Verrept (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 6 juni 2024
  • Omvang: 120 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 19,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Paul Verrept

De oudere Lucas leeft zijn uitzichtloze dagen op de vijfde verdieping aan een groot kruispunt in de stad. In een onverwachte vlaag van hoop neemt hij de trein naar het verleden. De jonge Claus reist op hetzelfde moment vol verwachting naar de toekomst. In hun kleiner wordende komen hun levens, hun verleden en hun toekomst, in steeds nauwere cirkels almaar nader tot elkaar.

In een nietsontziende stijl verkent Paul Verrept in Het jaagpad de contouren van een in de knop gebroken leven, dat een lange, onontkoombare schaduw voor zich uitwerpt.

Paul Verrept (1963) woont en werkt in Antwerpen. Hij is auteur, illustrator en grafisch ontwerper. Hij schreef en illustreerde meerdere boeken waarvan Het meisje de jongen de rivier is bekroond met de Gouden Uil van de Jonge Lezer. Met Brandingen staat hij op de shortlist van De Bronzen Uil 2022.

Bijpassende boeken

Carolina Trujillo – De instructies

Carolina Trujillo De instructies recensie en informatie over de inhoud van de roman van de Argentijns-Nederlandse schrijfster. Op 30 mei 2024 verschijnt bij uitgeverij Koppernik de nieuwe roman van schrijfster Carolina Trujillo. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Carolina Trujillo De instructies recensie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van De instructies, de nieuwe roman van schrijfster Carolina Trujillo, besteden we er op deze pagina aan.

Carolina Trujillo De instructies

De instructies

  • Auteur: Carolina Trujillo (Argentinië, Nederland)
  • Soort boek: roman
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt; 30 mei 2024
  • Omvang; 368 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 24,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van Carolina Trujillo

De verteller Mol, die zichzelf omschrijft als ‘een volwassen man met een vaste baan en in bezit van een verklaring van goed gedrag’, komt na jaren zijn jeugdvriendin Nora tegen. Die blijkt nu stevig te zijn geradicaliseerd als strijder voor dierenrechten. Net als vroeger sleept Nora hem moeiteloos mee in wat ze ook onderneemt. Ook in de activistische waanzin van haar huidige leven. Tegen de tijd dat Mol aan bezinnen toe is, ligt hij al in een sloot langs het grootste slachthuis van het land dat hij zojuist met Nora en haar handlangers in brand heeft gestoken. Het tot bezinning komen lijkt goed te gaan, tot blijkt dat Nora ook daarin de richting bepaalt. Van haar moet hij instructies schrijven over hoe een slachthuis in brand te steken en welke fouten je moet vermijden. Onder protest doet hij dat.

De instructies, geschreven in Trujillo’s kenmerkende stijl, is een fantastisch verslag van een revolutie in uitvoering door lieden met meer idealen dan kunde, vooral een ode aan het juist in deze tijd zo onontbeerlijke geloof in het goede.

Bijpassende boeken

Flann O’Brien – Het Dalkey-archief

Flann O’Brien Het Dalkey-archief recensie en informatie over de inhoud van de Ierse roman uit 1964. Op 23 mei 2024 verschijnt bij uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van de roman van de Ierse schrijver Flann O’Brien. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de auteur, de vertaler en over de uitgave.

Flann O’Brien Het Dalkey-archief recensie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Het Dalkey-archief, de roman van de uit Ierland afkomstige schrijver Flann O’Brien dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

  • “Humor, satire, de val van een Dublinse lettergreep, het oor voor de lokale wending, de fantasie die kan uitmonden in een Dublinse grap of een Limerick-limerick – dit alles is van hem.” (New York Times)
  • “Een van de grote komische genieën, en een van de meest geïnspireerde kritische geesten van de twintigste eeuw.” (The New Yorker)
  • “Verontrustend grappig.” (Irish Times)

Flann O'Brien Het Dalkey-archief

Het Dalkey-archief

  • Auteur: Flann O’Brien (Ierland)
  • Soort boek: Ierse roman
  • Origineel: The Dalkey Archive (1964)
  • Nederlandse vertaling: Robbert-Jan Henkes
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 23 mei 2024
  • Omvang: 248 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 22,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van Flann O’Brien

Dalkey is een vredig, saai kustplaatsje op pakweg twintig kilometer ten zuiden van Dublin. Maar niets is wat het lijkt. Het is ook de plek waar Augustinus in een onderwatergrot verschijnt, brigadier Fottrel banden lek prikt om te voorkomen dat mensen in fietsen veranderen en James Joyce, die gewoon nog blijkt te leven, bij de Jezuïeten wil. En dan is er ook nog de waanzinnige geleerde De Selby die op ingenieuze wijze de wereld wil vernietigen, waar Mick en Hackett een stokje voor proberen te steken. En ondertussen staat in het Colza Hotel mevrouw Laverty onverstoorbaar achter de bar.

In het Dalkey-archief, de laatste hilarische roman van het Ierse genie Flann O’Brien, gaan de luiken open, wordt de fantasie ruimhartig binnengelaten en worden de grenzen van de werkelijkheid maximaal opgerekt.

Bijpassende boeken

Agustín Fernández Mallo – Trilogie van de oorlog

Agustín Fernández Mallo Trilogie van de oorlog recensie en informatie over de inhoud van de Spaanse roman. Op 26 april 2024 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van de roman uit 2018 van de Spaanse schrijver Agustín Fernández Mallo. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver en over de uitgave.

Agustín Fernández Mallo Trilogie van de oorlog recensie van Tim Donker

Wat herinner je je van vroeger, en van de dingen?

Dat de dingen vroeger intenser waren. En hoop sterker.

En wat de dingen waren. De boeken, de platen, de dingen die me bewogen. Letterlijk, vaak. Ik sleepte ze mee naar de anderen, wie de anderen toen waren, ik liet ze de seedees horen, ik las voor uit de boeken. Ook: hoe het gesteld was met de verwachtingen.

Hoe was het gesteld met de verwachtingen?

Die waren hoger. Als de dingen me bewogen. Dat die en die met een nieuw boek zou komen, of die en die met een nieuwe seedee. Hoe hoog dat dan vloog. Gewoon meteen naar de platenzaak, omdat er een nieuwe Palace Brothers zou liggen, een nieuwe Smog, een nieuwe Baby Bird, van het schap direkt naar de kassa, dit ging goed zijn, dat wist je gewoon, want dit was de nieuwe Palace Brothers of de nieuwe Smog of de nieuwe Baby Bird, zo zou het zijn als het nu toen was. Een nieuwe Mallo zou een reden zijn om hoog te vliegen. De nieuwe Mallo zou een reden zijn om hoog te vliegen. Nu zouden we hoog kunnen vliegen, want de nieuwe Mallo was hier.

Iemand probeerde me wijs te maken dat Trilogie van de oorlog vóór Nocilla-trilogie kwam; dat Trilogie van de oorlog feitelijk zijn debuut was, maar gewoon later vertaald, maar die gast zwetste dus uit zijn nekharen (als betweters vaak doen, hun hele betweterij wordt geschraagd door het feit dat ze de tweederde van de tijd of meer nog uit hun nekharen staan te zwetsen maar de ene helft van hun toehoorders weet dat niet, en de andere helft luistert toch al nooit). Trilogie van de oorlog komt zowel in Spanje als in Nederland ná Nocilla-trilogie.

Ja.

Nocilla-trilogie. Dat was me een boek he? Die eindeloze stoet protagonisten , dat spiegelpaleis aan gezichtspunten, hoe het nooit stil stond, dat was het genie van Suso de Toro getild naar het volgende niveau, dat zinderde in mijn handen, dat was met gemak te rekenen tot de beste boeken die ik ooit gelezen had, zo’n man was vroeger, toen, ooit, meteen tot vooraan in onze hoogstpersoonlijke canon gekatapulteerd, nietwaar Antonio?

Maar dat was vroeger, aan gene zijde van de millenniumwende.

En dit is nu.

Jammer is dat, hoe dat verdwijnt. Dat felle branden. Die grootste verwachtingen. Die sterke hoop. Want nu denk ik aan dat laatste boek van Nocilla-trilogie, waar Mallo het grootse koor protagonisten inruilt voor slechts één enkele hoofdrolspeler, waarmee we het moeten doen, dat hele laatste boek lang, en dan, sja, wordt dat in de eerste twee boeken zo polyfone, verbazingwekkende, wonderschone, onnavolgbare boek ineens een beetje… gezever. Alsof Mallo kan schitteren in fragmentarisme, maar het op de lange baan niet uit houdt met maar één figuur. Gezochte plotwendingen, slepende interieure monologen, uitdovende gloed. Dat leeft omdat het nu is, en niet meer toen, en de mens ouder geworden is, en één desillusie teveel rijker. Verwachtingen branden op lagere pitten nu. Een nieuwe Mallo? Hum. Eerst maar eens gaan zien. Trilogie van de oorlog? Hum. Rottitel. En bezijden: ik hou niet van oorlogsromans.

Wat dat laatste betreft, valt het alvast mee dat Trilogie van de oorlog als van alles geklasseerd zou kunnen worden, maar in ieder geval niet als oorlogsroman. Vier oorlogen echoën ver in de achtergrond: de Spaanse Burgeroorlog in Boek één; de Vietnamoorlog in Boek twee en de twee wereldoorlogen in Boek drie. Oorlog speelt echter op geen enkele pagina een hoofdrol; eerder is het zo dat de genoemde oorlogen een mogelijkheidsvoorwaarde zijn voor de verdere gebeurtenissen – maar geldt dat niet voor veel meer?

Wel. Echter. En ook. In elk boek maar één hoofdrolspeler, of verteller, of protagonist, of hoe noem je het, veelal in isolement (waarover later meer); net datgene, dus, wat het zwakke punt bleek in het laatste boek van Nocilla-trilogie. Dus. Omdat het nu nu is, en niet meer toen, is het met reserves dat ik me lezend zette –

aan:

?

Iets met een reportage op tv over hoe een tiende van het aardoppervlak al tweehonderd jaar door natuurlijke oorzaken in brand staat; iets met denken aan een vriend, een musicus, die de hele wereld heeft afgereisd om de stilte van de natuur vast te leggen: in Tanzania, in Brazilië, in Alaska, in het poolgebied en steeds opnieuw bemerkte dat natuur lawaai maakt zodat “hij tot de slotsom kwam dat in de natuur stilte niet bestaat, stilte is een verzinsel bedacht ten behoeve van onze cultuur, een idee kortom, een construct” (een gedachte, opmerkelijk genoeg, niet ongelijk aan een gedachte die ik kort geleden tegen kwam in een ander boek, Demon Copperhead waarin een jongen die is opgegroeid op het platteland van Kentucky niet kan wennen aan de stilte (!) in de stad, omdat er in de landelijke omgeving die hij altijd gewoon is geweest altijd geluiden zijn die hem eraan herinneren welk seizoen het is of welk moment van de dag) (en ook dacht ik aan die keer dat ik in Duitsland sliep in een huisje in het bos en verbijsterd was door het lawaai, zeg maar gerust de enorme teringherrie, dat ontstond met het simpelste briesje dat doorheen de boomtoppen ging); iets met een uitnodiging voor het Derde Congres over Net Thinking (“een bijeenkomst […] om van gedachten te wisselen over digitale netwerken […] voor zowel professionals […] die beroepsmatig met communicatie bezig [zijn] als schrijvers die soms, zoals in mijn geval, internet gebruiken als universum en instrument voor hun scheppende werk”, gehouden op het eiland San Simón, waar “al degenen die, vooral in de provincie Pontevedra, in verzet waren gekomen na de staatsgreep die had geleid tot de Spaanse Burgeroorlog” geïnterneerd werden (een eiland voor de kust van Vigo, waar ik als kind en tiener zo veel op vakantie ben geweest; Pontevedra ken ik nog wel, bijna op mijn duimpje, en ik denk aan mijn vader die vaak met een bevriende visser ging varen naar een ander eiland voor de kust van Vigo, een eiland dat Mallo nog met name noemt, en ik zou mijn vader willen vragen of hij van San Simón gehoord heeft, en zoja of hij de geschiedenis ervan weet maar dat kan niet want mijn vader die is dood); iets met Julián Hernández die ook naar het congres komt, zanger/gitarist van Siniestro Total (hun ¿Cuándo se come aqui? staat al jaren in één van mijn vele seedeekasten; het was de favoriete seedee van mijn zoon toen hij nog een kleuter was); iets met God die een wasmachine is (en dat associeerde ik dan weer met Sonic Youth. dat heet noise. dat heet muziek. hoe laat eten ze hier?) – nog maar een paar bladzijden ver ben ik, en in mijn kop vliegt het al alle kanten uit, filosofiese kanten, wetenschappelijke kanten, geschiedkundige kanten, muzikale en literaire kanten, en de kanten van ooit, en nog voorbij ooit.

En ik ben gerustgesteld. En ik zink iets dieper in mijn leesstoel. En ik laat de reserves los voor een wijle, ik ontspan, ik denk het lukt Mallo ook zonder fragmentarisme wel fragmentaries te zijn.

Maar dan.

Er is altijd een dan.

De ikfiguur gaat na het congres terug naar San Simón, het eiland, de gevangenis, alleen, min of meer illegaal daar, er is nog elektriciteit maar slechts één licht, er is alleen de door hem meegebrachte fourage, er is het rondslenteren, het lezen in dossiers, getuigenissen van bewaarders daar, en van gevangen, er zijn de gedachten, de vele innerlijke monologen, met de monologen wordt het al wat meer mono, ah, ik verwelkomde al de polyfonie die ik kende van de eerste twee boeken van Nocilla trilogie want ik dacht Mallo kan die veelheid ook wel in één kop leggen, maar misschien ook niet, maar goed, San Simón heeft een intrigerende geschiedenis, het zou onderhoudend genoeg kunnen zijn, en de klok zegt tik en de tijd schrijdt voort en de jaren vervliegen en ineens woont de ikpersoon in New York, altijd weer dat eeuwige New York, maar ook daar achtervolgt San Simón hem, in de vorm, bijvoorbeeld, van een videokunstenares die iets doet met beelden van liefde in oorlogssituaties en daarbij ook beelden gebruikt van de Spaanse Burgeroorlog, of peins pakweg Antonio, er is altijd een Antonio, iedereen heeft altijd wel een beslissende Antonio in zijn leven, deze Antonio heeft een klein bakkerijtje in New York en was misschien gevangene misschien bewaker op San Simón, en verder gaat het weer.

Met Carlos Oroza. The Wicked. Ginsberg. Tropos. Anti-klassiek. Een figuur die op Salvador Dalí lijkt en hem misschien ook wel is. En ontmoetingen heeft met Frederico García Lorca. ’s Nachts. In het park.

En dan ben je zo’n beetje door het eerste boek heen gestombeld, en ge weet niet welk peins u hier nu past. Ongemerkt ben ik toch een weinig meer verkrampt geraakt in die leesstoel van mij. Is Mallo briljant, een pedanterik, een aansteller, een dadaïst, een patafysicus, de literator van de objectgerichte ontologie; is dit alles een hoop flauwekul bij elkaar, geniale zever, een grootse filosofie waarvan de volle waarde alleen begrepen kan worden dan een brein groter dan het mijne?

Ik weet het niet.

Boek twee dan bijvoorbeeld. Waarvan de titel luidt Mickey Mouse is groot geworden en hij is nu een koe. Ja. Zo’n titel alleen al. Mijn prachtige fantastiese zeer begaafde lieve elfjarige zoon vond hem grappig, die titel, maar ik weet het niet zo goed. Zit daar iets in wat ik niet geheel vat, iets over Disney of over de Amerikaanse psyche, of iets anti-kapitalisties ofzo, of gaat Mouse als koe tot hamburgers verzaagd worden, zit ik hier met een anti-consumentistiese stelling op mijn handen, of is het gewoon puberale ongein? Ditmaal is de hoofdrolspeler een astronaut. Ook dat nog. Amerika. Astronaut. Maar allicht is er een reden voor deze voordehandliggendheid?

De astronaut zelve ligt al een pak minder voor de hand. U weet de eerste maanvlucht nog wel? Aan boord waren Neil Armstrong, Buzz Aldrin en Michael Collins. Het zou me weinig verbazen als veel mensen die derde al niet kennen, maar Mallo verzint er nog een vierde bij, onbekend gebleven omdat hij de filmopnames maakte. Kurt. En ook Kurt leeft in afzondering. En ook Kurt peinst maar zoon beetje voor zich uit. Aan de maan, aan vroeger thuis bij vader en moeder, aan een lief die er ooit was maar nu niet meer, en aan George Bush senior. Mogelijkerwijs woont Kurt in de heden-lijn in een verzorgingshuis, of hoe heet dat, bejaardentehuis mag je geloof ik niet meer zeggen, mogelijkerwijs was dat eerder, er is veel meer toen dan nu in boek twee. Wat er ook is: een passage waarin Kurt zijn intrek neemt in een hotel op steenworp afstand van het appartement waar hij woont, vanuit zijn hotelkamerraam kan hij zijn eigen appartement zien. Dat is weer zo’n tiepiese Mallo-grap en ik begin inmiddels een heel klein beetje te twijfelen of ’s mans humor wel de mijne is. Observerend, kijkend, daar, in het hotel, naar zijn eigen appartement, merkt hij beweging op: er loopt iemand door zijn kamers!

Maar dat blijkt hij dan zelf te zijn.

Welja. Zo’n personage dat zichzelf ziet in een andere ruimte, dat werd me in dat nu al te vaak genoemde derde boek van Nocilla-trilogie al te machtig, komt me die Mallo daar doodleuk met dezelfde grap aanzetten in zijn volgende trilogie.

Hum.

Maar ontlezen doet het me niet.

In het derde boek is een vrouw aan het woord, het is het lief van de man die in boek één naar San Simón ging en daarna, volgens de vrouw, “verdween”. Ze herhaalt een tocht die ze samen ooit maakten, langs de Franse kust. Ze loopt alleen, ze is alleen, ze denkt aan de man, ze gaat misschien een bericht inspreken op zijn voicemail want daar had hij ooit om gevraagd:

“Alsof alles goed was en niets ooit verkeerd kon gaan dekte ik op een avond, heel lang geleden, zo lang geleden dat ik aan de vingers van mijn twee handen niet genoeg zou hebben om de jaren te tellen, de tafel terwijl hij net klaar was met het schoonmaken van de vis, die een paar minuten later de oven in zou gaan – de schubben sprongen in het rond, het leken wel schilfers kwarts. Hij legde het mes neer op het aanrecht en zei tegen me: ‘Schat, als ik doodga, bel me dan en laat een bericht achter.’ ‘Wat?’ ‘Ja, bel me en zeg alles wat je te zeggen hebt, iets wat je anders nooit tegen me zou hebben gezegd.’ Zwijgend begaf ik me naar de keuken, ik pakte de glazen en zette ze op het tafellaken. ‘Beloof me dat je dat zult doen,’ drong hij aan. ‘Ik beloof het.’”

In Normandië is de vrouw volslagen alleen, behalve wanneer ze in een kasteel is met een bed en ontbijt want dan is er de uitbater, een fransoos, en kan haar innerlijke monoloog voor een wijle ingewisseld worden voor een dialoog hoewel dialogen bij Mallo vaak slechts kruisende monologen zijn.

Drie keer mensen in afzondering; astronaut Kurt heeft van de drie hoofdpersonen nog het rijkste soosjale leven. In zijn totaliteit telt Trilogie van de oorlog bijna vijfhonderd bladzijden. Dat zijn erg veel bladzijden vol gedachten, mijmeringen, herinneringen, overpeinzingen, theoretiseringen, filosofieën, ideeën, opvattingen; het narratief is in alle drie de boeken slechts een excuus om de pen uiteenlopende kanten uit te laten gaan. Soms is het volslagen maf, zoals de vrouw uit boek drie die meent dat er in beginsel alleen maar mensen waren, en dat sommigen van hen zich in later stadium hebben “doorontwikkeld” tot dier of plant of ding; andere keren is het indringend, zoals de gedachten over (en op) San Simón. Waar, bijvoorbeeld, een vreemd geluid de ikpersoon aanzet tot een beknopte literatuurgeschiedenis: “Ik ben geen imbeciel en ook niet gek, en ik weet dat een schrijver van boeken die tot het magisch realisme worden gerekend het zou hebben over het bestaan van een reusachtige magneet verscholen in de aarde, en dat een Russische schrijver van dystopische sciencefiction-romans zou zeggen dat er op het eiland het einde van een tijdperk te zien was en het begin van een beschaving gecreëerd door buitenaardse wezens, en dat een realistische Spaanse schrijver uit de eenentwintigste eeuw erop zou wijzen dat dat geluid de nagalm was van een nimmer opgeloste broedertwist, en dat een Franse schrijver uit de jaren vijftig dat geluid zou toeschrijven aan het bestaan zelf van het ik, aan het geluid van de psyche, die als een maag maar niet ophoudt zichzelf te verteren, en ik weet ook dat een Amerikaanse schrijver uit het einde van de twintigste eeuw zou schrijven dat dat geluid een mechanische oorsprong had omdat heel dicht bij het eiland, misschien zelfs wel in het lazaret, een perverse multinational dag en nacht in touw was een replica van datzelfde eiland te vervaardigen, maar nee, zoals gezegd ben ik geen imbeciel en ook niet gek, en het werd me duidelijk dat dat geluid dat in mijn oren drong niets te maken had met literatuur, het was nergens een weer- of afspiegeling van, het vormde een gebeurtenis zonder versieringen”, en ik hou van hoe heel drosteëffectachtig in een literair werk erop gecontempleerd wordt hoe in andere literaire werken een geluid verklaard zou worden, om vervolgens de literatuur er weer vanaf te pellen en alleen het naakte geluid over te houden, maar nog altijd in een literair werk, en dus nog altijd een literair geluid.

Vaker echter nog zoekt Mallo het (bewust?) erg ver, door de meest banale dingen -zoals het op een bepaalde manier afslijten van de toetsen van een pinautomaat- te vergelijken met fenomenen uit de fysica of andere wetenschappelijke disciplines. Mallo ís fysicus die mogelijkerwijs zitten al die dingen gewoon in zijn hoofd: een hoofd vol wetenschap en filosofie en literatuur en kunst en geschiedenis, en alles dobbert daar dan, en stroomt door zijn arm en zijn hand via zijn pen naar buiten als hij schrijft.

Kan.
Goed mogelijk.
Heel goed mogelijk zelfs.

Doch mij staat die postmoderne geinerij soms wat tegen. Een literatuur die kontinu naar van alles buiten literatuur verwijst, en daarmee weer terug naar zichzelf, zich als duidelijk als boek toont, het opheffen van de vierde wand ofnee hoe noem je dat literair gezien?, het opheffen van de twede kaft?

Een zich te buiten gaan aan erudiete mafkezerij, literatuur voorbij literatuur, wetenschap voorbij wetenschap, de lezer laten reflecteren op zijn eigen receptie, moet het me te denken geven dat ik al vooronderstel dat het me iets te denken geeft, zegt iemand, zegt wie, zegt Zappa i think seriousness itself is something to be laughed at, in gesprek met Ivo Nihil zei hij dat, tegen Ivo Nihil zei hij dat, i think Ivo Nihil is someone to be laughed at, weinig dialoog, massieve tekstblokken, die Mallo bonkt dat maar je kop in, de tegenspelers die er zijn zijn al net zulke erge zwetskousen als de hoofdrolspelers, en al die al te toevallige toevalligheden doorheen het boek, en hoe elementen uit boek één terug komen in boeken twee en drie en elementen uit boek twee terugkomen in boek drie, die herhaling, ik ben normaal gezien toch een zuiger voor herhaling, waarom werkt het hier niet?, of waarom werkt het hier minder?, en staat een Dalí-achtige Dalí op en spreekt over afval, recyclage, luchthavens, The Shining, mode, noise, religie, ontdekkingsreizen en uitgehongerde konijnen, en ik peins, ik lees, ik peins, ik denk aan Charlotte Mutsaers en hoe zij gezeid haadt, hoe zij gesproken haadt over het “Hollands realisme” en hoe funest dat was, in ieder geval voor de verbeelding, en zou het niet op onze diephollandse lippen bestorven liggen?, te menen dat het allemaal niet erg geloofwaardig is, met die Mallo en zijn Trilogie van de oorlog (geloofwaardigheid, ook al zoiets, als we het maar geloven kunnen), al het kenbare is daar, de wereld is daar, alles wat het geval is, is daar, het verhaal is zoek, de geloofwaardigheid is zoek, het is alles ondergeschikt gemaakt aan een bewustzijnsstroom, een informatiezee, je kunt erin zwemmen, je kunt erin kopje onder gaan, je kunt het ook gewoon over je heen laten stromen.

Je kunt meningen hebben en je kunt peinzen.

Je kunt denken dat dit Locus solus is van Raymond Roussel of Een korte geschiedenis van het geleidelijk verdwijnen van Juliana Kálnay. Tegen dat laatste kun je inbrengen dat het niet waarschijnlijk is dat Mallo Kálnay in het Duits heeft gelezen.

Je kunt het nonsensikaal vinden, één grote ontsporing.
Of prachtig. Poëtisch. Vervreemdend. Intrigerend.
Of toch maar weer onzin.

Als het niet nu was maar vroeger, toen ik me nog wel eens te buiten ging aan fanschap en idolatrie, was ik waarschijnlijk teleurgesteld geweest. De grote Mallo, waarom hebt gij mij zo diep teleurgesteld. Als die uitzijnnekharenzwetsende gast gelijk had gehad, en Trilogie van de oorlog was daadwerkelijk van vóór Nocilla-trilogie geweest (of ik het in ieder geval zou gelezen hebben voor ik Nocilla-trilogie gelezen had), zou ik op zijn minst geïntrigeerd geweest. Maar nu is het niet vroeger, en nekhaarzwetsers hebben vaker niet dan wel gelijk.

Dus is het nu.

Dus is Trilogie van de oorlog maar de volgende trilogie.

Dus is het een maf, vermoeiend, grappig, poëties, ontroerend, eigenzinnig, flauw, beklemmend, ontregelend, teleurstellend, goed, slecht, geforceerd, idioot, lezenswaard, gek, saai, geweldig  boek. En al die dingen wel. En al die dingen niet. Als een fysicus een patafysicus wordt, en een patafysicus een schrijver kan dat allemaal.

Agustín Fernández Mallo Trilogie van de oorlog

Trilogie van de oorlog

  • Auteur: Agustín Fernández Mallo (Spanje)
  • Soort boek: Spaanse roman
  • Origineel: Trilogía de la guerra (2018)
  • Nederlandse vertaling: Adri Boon
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 26 april 2024
  • Omvang: 478 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 29,90
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van Agustín Fernández Mallo

De nieuwe trilogie van de winnaar van de Europese Literatuurprijs Agustín Fernández Mallo is zijn meest ambitieuze roman tot nu toe. Een schrijver reist naar het kleine onbewoonde eiland San Simón, dat tijdens de Spaanse Burgeroorlog door Franco als concentratiekamp werd gebruikt. In Miami keert Kurt Montana, de vierde astronaut die Neil Armstrong en co in het geheim vergezelde naar de maan, terug naar de belangrijkste gebeurtenissen van zijn leven, van zijn diensttijd in de oorlog in Vietnam tot zijn herinnering aan het zien van de aarde vanuit de ruimte. In Normandië begint een vrouw aan een wandeltocht langs de stranden van D-Day met als doel stap voor stap een aankomst na te doen die jaren eerder plaatsvond.

Trilogie van de oorlog – beschreven als de roman die David Lynch en W.G. Sebald hadden kunnen schrijven als ze hun krachten hadden gebundeld – is een verbijsterende roman over en voor onze onsamenhangende tijd. Agustín Fernández Mallo, een van de grote vernieuwers van de literatuur, bereikt onontgonnen hoogten. Het integreren van verschillende disciplines als wetenschap, populaire cultuur en antropologie zorgt voor een roman die door-desemd is van een eigentijdse poëtica. Agustín Fernández Mallo is in 1967 geboren in La Coruña en is een gediplomeerde fysicus. In 2000 formuleerde hij een theorie over ‘post-poëzie’ die de verbindingen onderzoekt tussen kunst en wetenschap. Zijn Nocilla-trilogie bracht een verschuiving teweeg in de hedendaagse Spaanse literatuur en baande de weg voor een nieuwe generatie schrijvers die bekendstaat als de ‘Nocilla-generatie’. Trilogie van de oorlog werd bekroond met de Biblioteca Breve Prize.

Agustín Fernández Mallo Trilogie van de oorlog recensie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Trilogie van de oorlog, de roman van de uit Spanje afkomstige schrijver Agustín Fernández Mallo, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Bijpassende boeken

Sanne Huysmans – Iemand moest het doen

Sanne Huysmans Iemand moest het doen. Op 11 april 2024 verschijnt bij uitgeverij Koppernik de nieuwe roman van de Nederlandse schrijfster Sanne Huysmans. Hier lees je uitgebreide informatie over de inhoud van het boek en over de uitgave. Daarnaast zijn hier de boekbesprekingen en recensie van Iemand moest het doen, de nieuwe roman van Sanne Huysmans.

Sanne Huysmans Iemand moest het doen recensie van Tim Donker

Waar kan ik gaan om als is het maar een onsje van het talent van Sanne Huysmans? Dat wil ik hebben. Waar kan ik dat kopen? Goed. Met zelfs een half onsje zou ik al genoegen nemen. Ga maar na. Alleen al dat prachtige platenlabel. Aspen Edities (met als sublabel, ook niet mis, Et Alia). Een label voor aarzelende, tastende, zacht strelende muziek, ergens op het snijvlak van avantgarde, jazz, (freak)folk, ambient en neo-klassiek (wateren waar ook, ik weet het wel, labels als Denovali, 12K en Fluid Audio in vissen, te naam maar een paar, maar Aspen is een pak spannender dan die laatste twee en zeker een stuk konsistenter dan de eerste), dat met Arve Henriksen, Eyvind Kang en Shahzad Ismaily ook nog een paar grote tot zeer grote namen op de palmares heeft staan. Vrijwel elke titel op Aspen is het aanschaffen waard en het label is tot mijn onuitsprekelijke genoegen de fysieke geluidsdragers, en in mijn geval rust mijn oog dan voornamelijk op: de cd, trouw gebleven. O. Die Mono no aware. O. Die Dissolution of the other. O. Die When the shade is stretched. O. Al die titels. En te weten dat je die de wereld in hebt mogen helpen. O. Alleen dat al.

Maar dat er dan meer is.

Dat je dan ook nog schrijft. Dat je debuteren kon op Houtekiet, die de twee mooiste boeken van Berckmans (toch een van de beste schrijvers die ooit geleefd hebben) uitgaven, en dat er dan nu een twede is. Op Koppernik dan nog, ook een uitgeverij met een fijne neus voor schoonheid, durf en eigenzinnigheid. Hier dan. Op dat eigenste Koppernik. Komt Iemand moest het doen.

Deze meesterlijke roman vertelt het verhaal van een klein Vlaams dorpje en hoe dat zich ontwikkelt overheen enkele decennia. Te beginnen bij het vuur. Toen vuur nog warmte was, en licht. Toen er nog bijna niks was. Toen. Daar, in die tijden, op die plek, laat Huysmans haar verhaal beginnen. En toen? Toen kwamen de buizen. Toen kwam elektriciteit de huizen in. Toen moest je maar naar de schakelaar tasten om licht te hebben. Vuur was niet langer licht. Wel warmte nog.

De lezer beleeft het verhaal vanuit verschillende standpunten. Maria is een hoofdfiguur. En Pol. Goede Pol. Sympathieke Pol. Wie zou er niet zo willen zijn als Pol? Hij leeft alleen, maar bitter is hij zeker niet, hij leeft in harmonie met de natuur en met zijn buren om wie hij zich bekommerd. Spreken doet hij tegen zijn moeder, hoewel die allang dood is. In het begin van het boek had ik daar een lichte Psycho-associatie bij maar hoe langer ik meeleefde met Pol hoe meer ik er alleen nog maar een proeve van zijn warm, kloppend hart in kon zien.

(en god dat einde, verdomme dat einde, ik was ziek om dat einde, ook al vanwege die kat, hartstochtelijke kattenliefhebber die ik ben, ik was zuur om dat einde, ergens jammer om zoon geweldig boek uiteindelijk met een rotgevoel weg te leggen)

Maar niet alleen Maria en Pol zijn er. Veel meer mensen spreken hier, beleven hier dingen, zien hier langzaamaan moderne tijden komen. En eén van de verhaalfiguren is boom.

Met een uiterst poëtiese pen (water “pelt” “vuil en zorgen en vermoeienis” van Maria’s gezicht; zulke dingen) -hierbij humor en experiment niet schuwend- weet Huysmans, via fragmentarisme en een polyfoon stemmenkoor, de lezer te ontroeren, te laten lachen en -vooral- te betoveren. Deze magistrale roman laat het lezersbrein alle kanten uitschieten. Of. Naja. Dit lezersbrein dan toch. Deden Pols conversaties met zijn moeder me al dus kleinstwijle aan Psycho denken; door de overwoekering van zijn tuin kwam me Ranonkel in gedachten (één van de eerste boeken die ik las). En wie kan er over een Kapelstraat lezen zonder aan De Kapellekensbaan te daan? Waarmee Iemand moet het doen ook de veelheid aan spelers deelt, en die ontegenzeggelijke vlaamsheid, het simpele boerenleven van weleer, zo oervlaams, zo wonderschoon (boeken als dit doen me steeds weer in België willen leven).

Jezus. Ja van zoveel pracht gaat een mens vanzelf wel vloeken. Wat een godverdomd fantasties boek is dit. Wat een diep inlevingsvermogen spreekt hier uit, wat een grote liefde voor al het zijnde (een proeve van objectgerichte ontologie misschien?). Huysmans verplaatst zich in mensen, in het landschap, in een streek, en schrijft alles rechtstreeks uw brein, ziel en hart in. Ik verklaar Sanne Huysmans heilig. En Iemand moest het doen tot een meesterwerk.

Informatie over Sanne Huysmans

Sanne Huysman is geboren in 1988. Ze studeerde achtereenvolgens politieke wetenschappen en filosofie. Naast gediplomeerd bakker en boswachter, is ze medeoprichter van het platenlabel Aspen Edities. Ook is ze bestuurslid bij filosofiehuis Het Zoekend Hert.

In 2007 debuteerde Sanne Huysmans met de roman Rafelen, waarvoor ze publieksprijs van de Confituur Boekhandels ontving. Haar tweede roman, waarover je hier uitgebreide informatie leest, staat gepland voor april 2024.

Sanne Huysmans Iemand moest het doen

Iemand moest het doen

  • Auteur: Sanne Huysmans (Nederland)
  • Soort boek: Nederlandse roman
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 11 april 2024
  • Omvang: 176 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 21,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Sanne Huysmans

Terwijl de vooruitgang onverbiddelijk binnendringt, verkommert de kapel bij de ingang van het dorp, droomt een dochter van de verre stad, zet een oude notelaar zich schrap en probeert een gepensioneerde vuilnisman de wereld een beetje beter te maken. Met haar bewierookte stijl zet Sanne Huysmans een wereld neer die verontrustend bekend voorkomt.

Iemand moest het doen is een urgente roman over de noodzaak van dienstbaarheid en de tragiek van verwachtingen, en vooral een portret van een gemeenschap die vasthoudt aan de waarden die ze dreigt te verliezen.

Bijpassende boeken en informatie

Marcin Wicha – Dingen die ik niet heb weggegooid

Marcin Wicha Dingen die ik niet heb weggegooid. Op 4 april 2024 verschijnt bij uitgeverij Koppernik het boek van de Poolse auteur Marcin Wicha over zijn moeder. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek en over de uitgave. Daarnaast is er aandacht voor de boekbespreking en recensie van Dingen die ik niet heb weggegooid van Marcin Wicha.

Marcin Wicha Dingen die ik niet heb weggegooid informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Dingen die ik niet heb weggegooid, de memoir van de Poolse auteur Marcin Wicha dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Marcin Wicha is in 1972 geboren in de Poolse hoofdstad Warschau. Hij is een kind van Joodse ouders en groeide op in het communistische Polen dat toen nog achter het ijzeren gordijn lag. Zijn beide grootvaders waren minister in de communistische regering. Naast schrijver is hij grafisch ontwerper.

Marcin Wicha heeft een aantal kinderboeken geschreven en gepubliceerd. Maar met zijn memoir over zijn moeder dat in 2017 in Polen verscheen, kreeg hij ook aandacht over de landsgrenzen. De Nederlandse vertaling van het boek waarover je op deze pagina uitgebreide informatie leest, verschijnt in april 2024 bij uitgeverij Koppernik.

Marcin Wicha Dingen die ik niet heb weggegooid recensie van Tim Donker

De dingen die je niet hebt weggegooid, het huis, de ouders, de ouders die dood gaan want die hebbelijkheid hebben ouders: die gaan op een gegeven moment dood, en dan het huis, en de dingen, de dingen die zeggen, de dingen die spreken, de dingen die sprekend iets zeggen, die sprekend iets over je ouders zeggen of over jou of over alles daarbuiten, de dingen die je aantrof, het voorhanden zijnde, de wereld, het land, het land is Polen, wat daar is kan iets zeggen over Polen, over het Polen van net na de oorlog, het communisme, de boeken, de dingen die in de verte lonkten, het kapitalisme bijvoorbeeld, daar verderop, de dingen die je ouders bezaten & de dingen die ze graag wilden bezitten (een stofzuiger bijvoorbeeld) (hij zuigt het stof zo uit de lucht!) (&) (& een triomfantelijk grijnzende huismijt), het kopen als, het kopen de bezigheid op zichzelf, consument zijn, de warenhuizen, huizen vol met waren, waren om te kopen, of waren om alleen maar naar te kijken, er is een elektrische trein en alle kinderen in de buurt weten het, alle kinderen in de buurt weten van de elektrische trein die staat opgesteld in een warenhuis, soms loopt hij, soms rijdt hij over het spoor en wat een fantasties gezicht moet dat zijn, die kleine elektrische speelgoedtrein die loopt over dat spoor in het warenhuis, er wordt gezegd dat sommigen het gezien hebben, iemand heeft de trein zien lopen, wordt gezegd, maar niemand die het zelf heeft gezien, je kunt gaan kijken misschien loopt hij vandaag, hij loopt niet, niet vandaag, nog niet, heel even, misschien, tijden van voorspoed op handen, tijden van voorspoed en kapitalisme en consumentisme moeten op handen zijn, want voor even moet het quotum van tegenslagen en rampen uitgeput zijn, toch?, binnenin de bomkrater is het immers het veiligst, toch?, en ook, je kunt al films gaan zien, zoveel is er al gewonnen, je kunt een film gaan zien en het is een historiese film, een historiese film over het stalinisme en je vraagt je vader die naast je zit: zouden ze vandaag ook zoiets kunnen doen?, is wat, is wat de kleine Marcin aan zijn vader vraagt als ze daar zit en kijken naar een historiese film over het stalinisme en nee zegt zijn vader, nee zegt Marcins vader, want ze verzinnen wel weer iets nieuws, bang maken is overtuigen, (vraag het die abjecte idioot van een Van Ranst maar) (vraag het de buroos maar) (vraag het de sijfers maar), alles groot, alles log, de burokrasie, log omdat het log moet zijn, aan het postkantoor, je wil een abonnement opzeggen, en waarom? wordt er gevraagd, waarom wil je dat abonnement opzeggen, omdat je moeder het abonnement afsloot maar je moeder die is nu dood, tik tik krab krab krassen kunstnagels over het toetsenbord, tik tik krab krab, mevrouw betaalde haar abonnement niet, of ze betaalde maar zeventien zloty waarom betaalde ze maar zeventien zloty en als u dat niet weet wie moet het anders weten, de moeilijke kunst van het schoppen van een scène op het postkantoor, je staat daar, een gesprek loopt vast op zeventien zloty en de mensen in de rij achter je worden ongeduldig, dit is een belangrijk moment, dit is het ogenblik waarover de dichter Kaváfis schreef “Voor sommige mensen komt een dag waarop zij / het grote Ja of het grote Nee moeten zeggen”, het eerste nee is een paracetamol, daarna is het uitmaken wie degene is die schreeuwt, geboorte symbiosen rijping verval en dood, ook het postkantoor is een object, knars tik schuif schuif tikken nu de nagels bijna vriendelijk, of het abonnement misschien alleen voor de radio was?, ook de dingen gaan hoe de dingen gaan, alles wat moet, alles wat Polen tot Polen maakte, bijvoorbeeld als de snor dood is, als de snor dood is moeten hele kleuterklassen verplicht huilen, ja we hebben het hier over misschien wel de meest sadistiese man die ooit geleefd heeft (vaandeldrager van de vrede mijn aars), laat de kleuterklas huilen (laat de kleuterklas zingen voor de willem) (hoe over de willem dan misschien) (alles in vreugde voor de willem) (maar wat kan wat doet de willem nou helemaal) (wat is wat heeft de willem nou helemaal) (zingen voor de willem dansen voor de willem) (het dansen geregisseerd), de tijden versleuteld, altijd weer de sleutel aan de tijden, hoe het komt, hoe het is, zijn en tijd, dan de tijd om bijna op te houden met zijn, de moeder, de dokters, de prints, een probleem met een deken erover is een mens, de dood als gemakzuchtig excuus, de laatste woorden, lachen op de juiste momenten, de stilte, de familie, de kleindochters, oma die de kleindochters de paradoxen van de liberale wereld uitlegt, is de wereld, de wereld is alles wat het geval is, een leven gedaan als de eerste trams komen, er moet gelucht worden, je moet van de spullen af, je moet mensen instanties instellingen bellen, een advertentie plaatsen en dan je leven leiden, zoals het gaat, misschien het ware misschien het juiste of misschien zomaar, als alles verder gaat, als alleen de woorden er nog maar zijn, woorden die niets zijn, woorden die waarheden bevatten, roep de waarheid maar niet zo luid dat zij gehoord kan worden, en dan het zwijgen, en dan het allerlaatste, en dan is het gedaan, is dit intrigerende bij vlagen humorstiese bij vlagen ontroerende boek gedaan, is wat het is, is wat het was, is wat dit boek is, en het was mooi.

Marcin Wicha Dingen die ik niet heb weggegooid

Dingen die ik niet heb weggegooid

  • Auteur: Marcin Wicha (Polen)
  • Soort boek: memoir
  • Origineel: Rzeczy, których nie wyrzuciłem (2017)
  • Nederlandse vertaling: Charlotte Pothuizen
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 4 april 2024
  • Omvang: 184 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: 22,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de memoir van de Poolse schrijver Marchin Wicha

Lampen, zakmessen, paperbacks, potloden, opblaasbare hoofdsteunen – Marcin Wicha’s moeder Joanna was een verzamelaar van alledaagse voorwerpen. Als ze sterft, moet Wicha haar spullen uitzoeken in haar appartement. Aan de hand van die spullen begint hij een beeld te construeren van Johana als Joodse vrouw, moeder en burger. Toen Polen na de Tweede Wereldoorlog in de materiële ellende van het communistische regime terechtkwam, werden de mensen op een diepgaande manier gevormd door allerlei tekorten. Wat ze kozen om te kopen, te bewaren en te hamsteren vertelt het verhaal van het hedendaagse Polen,

Johanna’s Joods zijn, haar toewijding aan het werk, haar formidabele temperament, haar zwakte voor consumptiegoederen, alles komt samen in een onvergetelijk portret van een vrouw en, uiteindelijk, van haar land.

Bijpassende boeken en informatie

Robert Musil – De verwarringen van een jonge Törless

Robert Musil De verwarringen van een jonge Törless. Op 21 maart 2024 verschijnt bij uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van de roman uit 1906 van de Oostenrijkse schrijver Robert Musil. Hier lees je uitgebreide informatie over de inhoud en de uitgave van de roman. Daarnaast is er aandacht voor boekbespreking en recensie van De verwarringen van een jonge Törless, geschreven door Robert Musil. Het boek is opgenomen in het Schwob programma.

Robert Musil De verwarringen van een jonge Törless recensie en informatie

Robert Musil is op 6 november 1880 geboren in de Oostenrijkse stad Klagenfurt. Na voltooiing van zijn studies was hij vrijwillige infanterist voor de Donaumonarchie. Vervolgens ging hij psychologie, filosofie en wiskunde studeren in Berlijn waar hij in 1908 promoveerde met een promoveerde met een studie omtrent Ernst Mach. Vanaf 1923 leefde hij van de pen wat maar moeizaam lukt en met giften moest worden bijgestaan. Na de Anschluss in 1938 werden zijn boeken door het naziregime verboden en hij vluchtte naar Zwitserland waar hij op 15 april 1942 overleed in Genève aan de gevolgen van een herseninfarct Hij werd slechts 61 jaar oud.. Pas in de vijftiger jaren van de vorige eeuw werd zijn schrijverschap erkend, geroemd en zijn boeken opnieuw uitgegeven.

Zijn debuutroman waarover je hier uitgebreide informatie kunt lezen werd in 1906 uitgegeven. Zijn beroemdste werk, de eerste twee delen van zijn romancyclus Der Mann ohne Eigenschaften verschenen in 1930 en1932, Het derde deel van de reeks dat Robert Musil niet kon afmaken, werd postuum uitgegeven in 1953. In het Nederlands is het boek uitgegeven als De man zonder eigenschappen.

Robert Musil De verwarringen van een jonge Törless

De verwarringen van een jonge Törless

  • Auteur: Robert Musil (Oostenrijk)
  • Soort boek: Oostenrijkse roman
  • Origineel: Die Verwirrungen des Zöglings Törleß (1906)
  • Nederlandse vertaling: Jan Sietsma
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 21 maart 2024
  • Omvang: 176 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 22,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman uit 1906 van Robert Musil

De verwarringen van een jonge Törless, Robert Musils eerste roman uit 1906, beschrijft het machtsmisbruik, het snobisme en de genadeloze home-erotische wreedheid op een kostschool. Törless, de hoofdpersoon, is er getuige van hoe twee van zijn vrienden op school een klasgenoot stelselmatig misbruiken en vernederen. Törless wordt verscheurd door gevoelens van zowel afkeer als fascinatie en helpt het slachtoffer niet.

De roman illustreert ook op levendige wijze de crisis van een hele maatschappij, waar de afbraak van traditionele waarden en de cultus van meedogenloze mannelijke kracht als snel zou leiden tot de catastrofe van de Eerste Wereldoorlog en de opkomst van het fascisme. Meer dan een eeuw na zijn ontstaan heeft De  verwarringen van een jonge Törless nog niets van zijn schokkende, profetische kracht verloren.

Bijpassende boeken en informatie