Tag archieven: De Arbeiderspers

Bart Moeyaert – Een ander leven

Bart Moeyaert Een ander leven recensie en informatie over Privé-domein 328, Een ander leven van de Vlaamse schrijver Bart Moeyaert dat op 9 april 2024 bij uitgeverij De Arbeiderspers verschijnt. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave.

Bart Moeyaert Een ander leven recensie

Als er boekbesprekingen en recensies verschijnen in de media van Privé-domein 328 Een ander levene, geschreven door de Belgische schrijver Bart Moeyaert, kun je er hier over lezen.

Bart Moeyaert boeken en informatie

Bart Moeyaert is op 9 juni 1964 geboren in de Vlaamse stad Brugge. Hij is door zijn ouders vernoemd naar de hoofdpersoon van het boek Bartje van Anne de Vries. Na een opleiding aan de kunsthumaniora Sint-Lucasschool in Gent studeerde Moeyaert Nederlands, Duits en geschiedenis aan de lerarenopleiding Sint-Thomas in Brussel. Na zijn studie ging hij werken als redacteur en recensent.

Zijn debuut Duet met valse noten dat verscheen in 1983 werd zowel een literair- als verkoopsucces. Sindsdien heeft Bart Moeyaert enige tientallen boeken op zijn naam staan in een groot aantal verschillende genres. Zijn nieuwste boek waarover je hier veel leest, verschijnt in april 2024 bij uitgeverij De Arbeiderspers.

Bart Moeyaert Een ander leven

Een ander leven

Privé-domein 328

  • Auteur: Bart Moeyaert (België)
  • Soort boek: autobiografisch verhaal
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 9 april 2024
  • Omvang: 304 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 27,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van Privé-domein 328 van Bart Moeyaert

Een schrijver kijkt veertig jaar na zijn debuut terug op de jongeman en zoon die hij ooit was.

In januari 1996 verrast Bart Moeyaert zijn zeventigjarige moeder met een verjaardagscadeau. Ze gaan samen drie dagen naar Parijs. Met deze citytrip als leidraad schetst Moeyaert niet alleen een intiem portret van zijn moeder, hij stelt ook vast hoe verbazend vaak Parijs in zijn leven is opgedoken, en hoe weinig hij zijn moeder over zijn leven heeft verteld. Aan de hand van brieven, foto’s, herinneringen en dagboekfragmenten vertelt hij openhartig over zijn late coming of age– de zoekende periode na zijn vroege schrijversdebuut. Hij probeert antwoorden te vinden, onder andere op de vragen die hij zijn moeder in Parijs niet heeft gesteld.

Bijpassende boeken en informatie

Guido van Heulendonk – De kroon met twee pieken

Guido van Heulendonk De kroon met twee pieken. Op 5 maart 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers de nieuwe roman van de Vlaamse schrijver Guido van Heulendonk. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave.

Guido van Heulendonk De kroon met twee pieken recensie

Ook is er aandacht voor de boekbesprekingen en recensie de roman De kroon met twee pieken en eerder werk van Guido van Heulendonk.

  • “Een van onze fijnzinnigste auteurs. Scherp observator, begenadigd stilist. Hij schrijft beknopt en loepzuiver.” (John Vervoort, De Standaard der Letteren)

Guido van Heulendonk boeken en informatie

Guido van Heulendonk is op 17 november 1951 geboren in Eeklo als Guido Beelaert. Hij heeft filologie gestudeerd aan de Universiteit van Gent waarna hij werkte als docent Engels en Nederlands.

In 1985 verscheen de debuutroman van Guido van Heulendonk, Hoogtevrees. Daarna publiceerde hij nog zo’n vijftien romans en verhalenbundels. Voor zijn roman Paarden zijn ook varkens uit 1995 ontving hij de Gouden Uil 1996. Het voorlaatste boek Vrienden van de poëzie dat in 2021 verscheen is een verhalenbundel. Zijn nieuwste roman De kroon met twee pieken waarover je hier uitgebreide informatie leest, verschijnt begin maart bij uitgeverij De Arbeiderspers.

Recensie van Tim Donker

En het gebeurde dat ik mijn ogen sloot in een poging mezelf te zien lopen in een boekhandel. Een boekhandel ja een boekhandel, ik ben verdorie steeds verder van de stad vandaan komen te wonen (niet geheel volgens mijn diepste wensen overigens), het is nog lang geleden dat ik eens slenterde doorheen wat “de betere boekhandel” heten mag. Enige weken geleden liepen mijn zoon en ik nog wel een Bruna-achtig winkeltje in, ieverans in een stadje ieverans in Zeeland. Maar dat was voornamelijk uit ons beider verveling en kon kwa “betere boekhandel” sowieso al niet tellen. Maar ik sluit mijn ogen, nu, en probeer te denken aan, probeer te lopen langs, bomen duister nevelslierten een okkasjonele faun met kille hoorntjes maar neen dat is maar Sylvester Anfang II, een afsplitsing van Silvester Anfang, hun zelfgetitelde debuutplaat ligt op mijn steerjoo, beter konsentreren en ik loop langs rekken kasten uitstaltafels. Uitstaltafels, die herinner ik me. Titels die de boekhandelaar om welke reden dan ook onder de aandacht wilde brengen. Boeken die erom vroegen opgepakt en doorgebladerd  (en in negenennegentig op de honderd gevallen binnen de halve minuut weer teruggelegd) te worden. Ik herinner me lopen. Ik herinner me oppakken. Ik herinner me doorbladeren. Ik herinner me slenteren langs rekken. De poëziekasten, die spitte ik altijd helemaal door. Gewoon elke bundel eruit trekken en bekijken. Halt houden bij mij onbekende dichters. Doorbladeren, altijd even doorbladeren, ook als mijn intuïtie me anders influisterde. Hoeveel dichters heb ik niet op deze manier “ontdekt”?

De prozakasten waren een ander paar mouwen. Die waren te groot, te ver uitgestrekt, vaak ook nog opgedeeld in Nederlandstalig en vertaald, daar was geen beginnen aan, daar slenterde ik altijd gewoon langs om hier of daar iets te grijpen. Puur op basis van rug. Omdat een boek onwaarschijnlijk dik was, omdat het lettertiep me aansprak, omdat de titel maf genoeg was, omdat het een uitgeverij was die ik zo goed als blind vertrouwde.

Ik loop. Ik doe deze exsersisie. Ik denk. Ik stel me voor. Zou, ware het niet via mijn resenseerstapels tot mij gekomen, De kroon met twee pieken een oppakboek geweest kunnen zijn? Daar? In de Betere Boekhandel? Die in mijn kop of waar elders ze nog mogen wezen? Komt dit boek terecht op de uitstaltafels? Of zou het direkt al alles alleen van zijn rug moeten hebben? Eender hoe. Omslag en titel zijn weinig aansprekend en met zijn 276 pagina’s is het wel erg gemiddeld: niet opvallend dun en zeer zeker niet aandachttrekkend dik. De Arbeiderspers is niet per se dominant in mijn boekenkast en Guido van Heulendonk doet alleen een heel vage alarmbel rinkelen. Maar gesteld dat. Verveling, weeral. Maar nu toevallig daar, bij de betere dingens. Of een boekhandel toch waar meer dan alleen thrillers, managementboeken en psychologie van de koude grond de uitstaltafels halen weet. Stel je voor dat het daar zou liggen, op zoon soort tafel. En dat ik echt heel erg veel tijd te doden heb, en daarom maar elk boek oppak om even door te bladeren. Want daar. Want dat. Want dan.

Eenmaal in mijn handen zou ik met de De kroon met twee pieken zeer zeker onverwijld hebben kassawaarts zijn gesneld. De openingszin “En het gebeurde dat 2020 zijn einde naderde, en in de bijlagen de gebruikelijke lijstjes verschenen met het beste boek, de beste film of de belangrijkste gebeurtenis van het jaar.” kan tellen temeer daar het bij zoon eerste doorbladeren almeteens opvalt dat “En het gebeurde dat” terugkerende woorden zijn; meerdere hoofdstukken beginnen hiermee. En ik ben een zuiger voor herhaling. Maar. Meer nog. Veel meer nog.

Zie ik dat de roman bestaat uit vele tektsoorten (waaronder, wow, een opsomming?) (bleek later een afgeraffelde schoolopdracht van Hedda te zijn) (Hedda?) (ach dat komt nog wel, lieve lezer, dat komt nog wel alles komt nog wel), verschillen in opmaak, bladspiegel, perspectief, tijden – exact dus het soort fragmentarisme dat “mijn” soort literatuur is.

Want een klacht kwam binnen hier bij mij. Datteme stapels niet genoeg als “mij” klinken. De stapels die hier binnen komen, meestal via de tuindeur want dan heb ik gewerkt en dan ben ik langs Theo kunnen gaan. De stapels die tegenwoordig goeddeels uitmaken wat ik lees en dus ook wat ik bespreek. Wel. Zo op het oog leek De kroon met twee pieken helemaal “mij” te zijn. Boven aan de stapel gelegd. Kunnen geen klachten van komen. Denkt een mens. Zit een mens. In leesstoel. Met stapels aan elke zijde van hem.

En het gebeurde dat iemand zei dat ze ‘aldus’ ook wat zei. En het gebeurde dat alle wijsjes van aluminium gemaakt waren. En het gebeurde dat ik zat, met benee mij, nee naast mij, nee bovenop de stapel het boek, dit boek, deze kroon met twee pieken. En dat ik dacht dat niemand nu nog wat zeggen kon, aldus of anderszins, omdat dit, dit boek, dit fragmentarisme, deze lappendeken van teksten, ja, dat was “mijn” boek, dat ging helemaal “mij” zijn, dat zag je van hier, dan zat je te zitten, dan kon je niet wachten.

Weet je het zitten nog in de wetenschap dat je iets ging lezen dat mooi ging zijn, dat het mooiste ging zijn, dat fantasties ging zijn, iets waarvan de schoonheid int gelaat zou slaan (& ach wie weet Levinas nog), verweest of tot ver over de heuvel licht gevend (weet je de heuvel nog?), hoe mooi dat zitten was, hoe lang je het duren wilde, daarin wilde je blijven zitten, daaraan mocht geen einde komen.

Maar toch. Eindes komen. Altijd weer die eindes die komen. Hoe lang kun je zitten je leesstoel zonder te lezen? Naja, met The Limiñanas op de steerjoo vermoedelijk best eventjes maar niet eindeloos toch. De leeshonger naar De kroon met twee pieken neemt langzamerhand onstilbare vormen aan. Voila. Daar dan. Uitstel van behoeftebevrediging moge iets goeds zijn maar een mens moet niet overdrijven. Lezen als lezen zich aandient. De lust tot lezen. Van wie is dat ook alweer een boek? Maakt niet uit. Guido van Heulendonk schreef een boek en dat ga ik lezen nu.

Volgt een twede zin na die hoger geciteerde eerste: “Nadat hij in die laatste categorie vergeefs had gezocht naar een top drie zonder corona, legde Werner Vrysoone zijn krant opzij en roerde een extra suikerklontje door zijn thee.”

Ho-hum. Stop. Wacht. Wat voor rotnaam is Werner Vrysoone? Wie heeft er suikerklontjes in huis? Wie roert die door de thee? En mag ik f’dorie ook eens een zich in de van de gele hond gescheten jaren ‘19-‘21 lezen waarin de woorden “vrius”, “pandemie”, “covid” en “corona” niet voorkomen? Maar goed, de twede beet valt altijd tegen. En het is nog vroeg. Vroeg in de dag, vroeg in dit boek. Er is nog tijd genoeg en er zijn nog bladzijden genoeg om dit boek zo “mij” te laten worden als het op eerste gezicht beloofde te zijn.

Twee, drie bladzijden later gaat het goed scheef. Vrijsoone zit bij de kapper. Zijn “licht asmatische kapper” heeft “in plaats van een mondmasker een van die transparante speekselbakjes voor zijn baard […] gebonden, waarover Werner had gehoord dat hun efficiëntiegraad tegen virusuitstoot nul was.” Euh ja, Werner, heb je dan ook gehoord dat de “efficiëntiegraad tegen virusuitstoot” van die “mondmaskers” van het slag waarmede iedereen indertijd supermarkt, kapper en zelfs restaurant (smakelijk eten!) betrad evenzeer “nul” was? Erger nog: omdat iedereen die domme stoffen dingen na gebruik in jas- of broekzak bewaarde, konden bacteriën zich in warmte en donker juist lekker gaan zitten vermeerderen, waardoor je van die dingen eerder nog ziek werd. Misschien niet van “het” virus (en ik weet wel dat er in die jaren niet een andere manier van ziek worden of dood gaan leek te bestaan) maar ziek evengoed. En wanneer het gesprek bij de kapper op Werners geliefdste musicus en diens (pas na zijn vertrek écht groot geworden) band komt en er in dat gesprek dingen worden gezegd die hem, Vrysoone dus, allerminst aanstaan, mengt hij zich, in weerwil van een hevige aanvechting daartoe, niet in het gesprek omdat hij “geen speekselsproeiend” debat wil. Zijn eigen zwijgen zit hem echter wel dwars en “[h]ij stapte in de taxi en nog voor hij zijn masker weer had opgezet, stoomde zijn ogen, en – leek het – de hele wagen vol.”

En ineens wist ik weer waarom die naam Van Heulendonk zoon vage alarmbel had doen afgaan! Ja. Dat was het. Mijn ogen opnieuw, zorgvuldiger nu over het achterplat om het donkerbruine vermoeden bewaarheid te zien: Guido van Heulendonks vorige boek was Vrienden van de poëzie! Ook dat boek was hier via die reeds genoemde tuindeur naar binnen gekomen maar dat was gewoon maar een STAPELboek gebleven, zomaar weer een volgend boek waar ik al lezend en lezend en nog meer lezend een keer op gestuit, in begonnen, doch in dit geval helaas ook danig in vastgelopen was. Te pretentieus, te zeikerig, te aanstellerig, en zeker veel te veel corona.

Het waren vooral de schrijvers, dichters, “denkers”, academici; “intellectuelen” geweest die het vigerende coronaverhaal en de daarop geënte maatregelen kritiekloos accepteerden; die die idiote en totaal mankende vergelijking met oorlog trokken en “niet konden wachten tot de vaccinaties “erin” zaten” (twee keer aanhalingstekens wegens verregaande ergernis om de manier van uitdrukken). Dat hadden “ze” wel goed voor elkaar (welke ze? weet ik niet maar ik begin Abel steeds beter te begrijpen): al snel was het beeld getekend, geschilderd en gelakt (en dus tamelik onwrikbaar inmiddels) dat de volgzamen, de mondmaskerdragers, de vaccinatiebereidwilligen, de regeltjesvolgers voornamelijk onder de sociale, weldenkende, veelal linkse maar in ieder geval solidaire intelligentsia te vinden waren; al wie kritiek had, of slechts maar een paar bedenkingen naar voren wenste te brengen kon geschaard worden onder de obscurantistische, asociale, zich in verdacht rechtse hoek bevindende idioten (die alleen maar luisterden naar ondebuikgevoelens) (alsof die onevenredig grote corona-angst f’domme geen onderbuikgevoel was) (want “de” wetenschap sprak hierover duidelijk met maar één stem en naar die stem hadden we te luisteren, we wilden toch niet terug naar die tijden van voor de verlichting) (dat de honderden wetenschappers die het ook niet eens waren met het zo massaal naar voren gebrachte coronaverhaal voor het gemak maar even stemloos gemaakt werden moest maar even over het hoofd gezien worden) (we moeten de zaak niet onnodig komplieseren hee, het is wel zo overzichtelijk als dat wat juist is op een half aviertje kan worden opgesomd); ja zo wilde niemand gezien worden dus waren mondmaskers en vaccinatiewil  duidelijke sienjalen dat jij tot de goede gasten gerekend mocht worden. Kop neer en zwijgen want het was oorlog en in een oorlog stel je ook geen vragen.

Gadverdamme ja, nu wist ik het weer. Vrienden van de poëzie. Wat had ik de balen gehad van dat boek zeg. Onuitgelezen naar zolder verbannen. Plus daarbij: welke decadente zakkenwasser gaat er nu per taxi (of überhaupt!) naar de kapper?

(en ik zit en zucht en denk aan Dubravka Ugrešić en wat zij gezeid haadt over “intellectuele luiheid”; over wat zij afwisselend een “karaoke”- en een “consensuscultuur” noemde) (allemaal goed en allemaal woke en allemaal braaf en allemaal aan ruttes leiband)

(en ik zit en zucht en wil schrijven: “En het gebeurde dat Dregke en t schrijverken zich nederlegden en Old horse van Asphalt Ribbons daar middengronds was en zij zich eraan overgaven vooral heel veel speeksel uit te wisselen)

(en ik zit. en ik zucht)

Maar. Maar. Maar. Moet de “mijheid” van dit boek dan al na vier bladzijden ontmaskerd zijn (geen intentionele woordgrap)? Zo makkelijk mag dat niet zijn, ik heb nog geen korreltje geproefd van die heerlijke veelheid aan teksten. Dit eerste hoofdstuk was doodgewoon proza, nog wel in die allerordinairste derdepersoonenkelvoudvorm, zo gemakkelijk ga ik mij niet gewonnen geven (en bovendien, wat die tiep zei, wat die Werner Vrysoone (sjeesis!) dacht over Fleetwood Mac (die band) en Peter Green (die musicus), dat snijdt hout, dat eeuwige gemekker over die slappe, overgewaardeerde zeikplaat die Rumours heet altijd, Boeles eerste strafpunten, ofnee, niet zijn eerste, bij lange niet zijn eerste, maar wel veel strafpunten, wel heel erg veel strafpunten die keer).

Het zou nochtans gemakkelijk genoeg geweest zijn. Alles valt altijd tegen, niets is ooit wat je ervan hoopte. Ge moet u niet moejen met de stapels. De dingen gaan toch zoals ze gaan. Dit is nu eens boek waarnaar ik had kunnen gaan als het niet naar mij was gekomen en dan is het niks waarvan je droomde, zie je nu wel. Had gekund. Deed ik niet. Ik zat en las. Andere seedee opleggen, al dat lezen en denken en geërgerd zijn, daar gaat meer tijd in zitten dan je denkt en voor je het weet is het weer stil in uw kamer.

Zwijgt de muziek.

Zwijgt de mjoeziek.

Heb ik al ooit gezegd dat ik een kettingluisteraar ben? Ik steek de ene seedee met de andere aan. Ik zwem in mjoeziek, de mjoeziek zwemt in mij. Dit is gaan. Maar misschien moet ik eerst even gaan douchen. Hoe laat komen de kinderen thuis? Is er nog koffie in de pot?

Maar dan is het weer lezen.
Ooit is het weer lezen.
Altijd is het lezen.
De stapels. De boeken. Wat kome komt.

Te lezen wat leest. Wat een mens leest. De kroon met twee pieken leest een mens. Lees ik. Dit boek dat zijn mijheid overal geschreven had staan. Te lezen. En lezen. En lezen. Totdat dan komt dat er geen pagina’s te lezen meer zijn, het boek uit is, en ik daar zit. En denk. En hmm zeg. En de kamer mij aanstaart en me om een reactie vraagt.

Zeg ik, denk ik, antwoord ik de kamer voorzichtigjesweg dat een lichte teleurstelling mijn deel is nu het laatste woord gelezen is. Dat dit boek rustig geniaal had kunnen zijn. Als. Als d’n Kwiedoo zijn pretentieuze neigingen wat beter had weten te beteugelen, bijvoorbeeld.

Veeltekstig & meerstemmig is dit boek, jammer is dan dat haast alle uitgeworpen lijnen naar het einde toe samenkomen (o mensen komt tesaam), zelfs de bevordering van een aan het PMS verbonden pedagoge (PMS staat hier voor Psycho-medisch-sociaal centrum) (en dus niet wat u waarschijnlijk dacht) (een misogyn grapje van Van Heulendonk?) (natuurlijk verdient alles dat in opstand komt tegen het nazisme dat wij tegenwoordig als WOKE kennen alleen als daad van verzet al alle lof) tot directrice van de school van Vrysoones kinderen of een partijtje schaak dat Vrysoone van zijn (twede) vrouw verliest; kortom ook de kleinere dingen, waar een mens makkelijk overheen zou lezen, blijken later niet van belang gespeend. Velen zullen hierin een proeve van compositorisch vernuft zien ofzoiets (ik zie de kretologie op het achterplat van Van Heulendonks volgende roman al staan!), maar ik heb niet zoveel op met dat soort als-het-personage-in-het-eerste-bedrijf-een-geweer-aan-de-schouw-ziet-hangen-achtige schrijverij; ik hou ook wel van de Godijns van deze wereld waarbij het alle kanten op spat zonder dat elke druppel zich perse tot zindragend hoeft te ontpoppen. Ik weet me als lezer altoos een beetje geërgerd als ik niet onbekommerd in een boek rond kan stappen omdat ik er te zeer op mijn hoede voor moet zijn een detail te missen dat maar zo het ontbrekende puzzelstukje gaat kunnen zijn. In uw leven vallen ook niet alle dagen gebeurtenissen voor die op uw tachtigste nog een staartje zullen krijgen, wel?

En ook: dat einde, nee nog na het einde, wordt De kroon met twee pieken in de laatste drie bladzijden ineens science fiction, waar heb dat voor nodig? Een berg, een berg in Maine, spreekt in 4230 een mythisch wezen toe, zijn die Koyaanisqatsi-achtige beelden die volgen bedoeld als koda? Het ligt me zwaar op de maag, Van Heulendonk. Alsof ik na een overvloedige maaltijd, geëindigd in koffie met bonbons, ook nog een kunstig opgemaakte maar volstrekt oneetbare taart voorgeschoteld krijg. Ontsieren. Ja. Ontsieren is het woord dat in mij opkwam.

En/want mooi geschreven is dit boek. De kroon met twee pieken toont onweerlegbaar aan dat Van Heulendonk gezegend is met een zeer groot taalgevoel. Waarom hij, juist hij, ook gij Brutus, dat moet verloochenen om als een handvol zilverlingen wat modieus Engels doorheen dit boek te werpen is mij dan ook een raadsel. Waarom “[iets] on hold zetten”; “deep down”, “pissed”, “slipstream”, “raid”, “ofcourse”, “wishful thinking”, “wonderboy”, “gedropt”, “cleane”, “sightseeing”, “mindset” (sowieso een vreselijk en overgebruikt rotwoord), “crash”, “meeting” of “bucketlist” (ook zo’n nietszeggend woord dat in veel te veel bakkesen bestorven ligt)? Als kontragewicht treft de lezer ook een dosis oubolligheid aan. “Stappers” voor “schoenen” noem ik, of “het grijze zwerk”, of “strak in het jeugdig vel” of “op wandel met broeder Alzheimer”, of “[iets] op zijn palmares schrijven”, of “op de gevoelige plaat [vastleggen]”, of “zijn liefdesapparaten” (ja meervoud!) zijn niet alleen kliesjees maar ook nog eens vreselijk truttige kliesjees. Oudemannetjespraat. Waar Van Heulendonk toch op zijn best is als hij zich tussendoor deze twee uitersten beweegt, en de taal tot muziek klinken laat.

En van karakters staat het bol hier. Maar waarom is die Werner Vrysoone, toch zoon beetje de hoofdrolspeler, dan zo’n eikel eigenlijk? Die had best wat meer vlees op zijn botten kunnen krijgen. En toch is hij de platste van allen.

Ambtenaar. En vader. Van twee dochters. Hedda en Paulien. Er was ook ooit een moeder maar die is van een berg gevallen. Van een berg in Maine. Stephen King had daar wel iets mee geweten. Maar nu is het de berg, en Werner, en Hedda, en Paulien. Hedda, het “ongelukje” van moeder Conny Bruynzele en een zeer kortstondige jeugdliefde maar reeds als baby onder Werners vleugels genomen, geraakt al vroeg in de ban van de Heere, wordt godsdienstwaanzinnig en drijft af, steeds meer buiten beeld. Paulien blijft dichterbij. Obstinate puber. Daarna theatermaakster. Daarna actievoerder. En Werner? Ach. Dit is zijn verhaal. Van jeugdeling, bij de scouts, tot in het bejaardentehuis, als katatone tachtigjarige. Van lawwezeggûh 1968 tot lawwezeggûh 2026. De vreugd, de liefde, de ellende, het gezin, de ziekte, de ophanden zijnde dood. Een getekend maar niet ongewoon leven.

Om dat leven moet je daarom ook dit boek niet lezen. Wel om de teksten. Al die teksten. Die schone veelheid aan teksten (zeer veelstemmig is het helaas niet, het blijven toch bij hoofdzaak Werner en Paulien die hier de woordvoerders zijn). In brieven, e-mails, interviews, schoolopdrachten, dagboekproza, theatermonoloog, krantenartikels en zelfs -godbetere het- een enkele recensie ontvouwt zich hier iets dat niemand onbekend zal zijn maar waarvan je desondanks steeds meer weten wil. De lezer leest dit begerig, hijgerig en verbazend snel. De lezer lacht, de lezer heeft soms zelfs een echte traan.

De lezer leest dit met honger naar meer.

Dit is schoon, Van Heulendonk. De kroon met twee pieken is een schoon boek. Het had nog beter kunnen zijn. Maar dan weer: is dat niet wat op een ieders grafsteen kan komen te staan? Het had nog beter kunnen zijn.

Guido van Heulendonk De kroon met twee pieken

De kroon met twee pieken

Flaptekst van de nieuwe roman van Guido van Heulendonk

De kroon met twee pieken schetst het grillig verlopen leven van Werner Vrysoone. Hij was ambtenaar bij lokale overheden, tweemaal echtgenoot, weduwnaar en vader van twee dochters – van wie er slechts één zijn eigen kind is. Tussen de meisjes ontstaat een gespannen relatie die te maken heeft met botsende persoonlijkheden en een traumatisch verleden. In dit spanningsveld probeert Werner een goede vader te zijn, onpartijdig en betrokken. Buiten zijn wil om, echter, zal hij tot een bikkelharde keuze komen.

Het is een wervelende kroniek, caleidoscopisch gestructureerd en vol eigenzinnige perspectiefwisselingen.

Bijpassende boeken

Anneleen van Offel – De stem van Sulina

Anneleen van Offel De stem van Sulina recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster. Op 7 mei 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers, De stem van Sulina, de nieuwe roman van Anneleen van Offel. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Anneleen van Offel De stem van Sulina recensie

We besteden aandacht aan de boekbesprekingen en recensie van de nieuwe roman van Anneleen van Offel, De stem van Sulina, zodra deze in de media verschijnen.

Anneleen van Offel boeken en informatie

Anneleen van Offel is geboren in 1991. In 2020 debuteerde de Vlaamse schrijfster met de indrukwekkende roman Hier is alles veilig die door onze redactie is gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend). Haar tweede roman waarover je hier alles leest, verschijnt begin mei bij uitgeverij De Arbeiderspers.

Anneleen van Offel De stem van Sulina

De stem van Sulina

  • Auteur: Anneleen van Offel (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 7 mei 2024
  • Omvang: 244 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Anneleen van Offel

Een lyrische roman over de geboorte van een moeder, zwervende zielen en de ziel van het zwerven, geschreven met de stuwende kracht van een wereldrivier.

Terwijl een donkere schaduw over de weerkaarten van Midden-Europa glijdt, reist een vrouw in een busje langs de oevers van de Donau, van de bron in het Zwarte Woud tot de monding in de Zwarte Zee. Welke stemmen stijgen op uit de rivier?

Archeologische opgravingen en eeuwenoude verhalen, confronterende vragen en dromen, lichamelijke transformaties en vergeten vrouwen geven richting aan de mentale reis van een jonge schrijfster die moeder wordt.

Overal staan vrouwen op uit rivieren. Ze richten zich op uit het duister waar de geschiedenis hen toe heeft veroordeeld. Ze spreken met een stem die van diep komt, die begraven leek maar die alleen maar aan het rijpen was, eeuwen aan kracht heeft gewonnen. Ze zingen.

Anneleen Van Offel Hier is alles veilig RecensieAnneleen Van Offel (België) – Hier is alles veilig
sociale roman
Waardering redactie∗∗∗∗ (uitstekend)
Anneleen van Offel heeft een zeer indrukwekkende roman geschreven waarin ze op een bijzondere wijze ervaringen van de complexiteit van de spanningen in Israel, op unieke wijze verwoordt…lees verder >

Bijpassende boeken

Margaret Atwood – Veertien dagen

Margaret Atwood Veertien dagen recensie en informatie over de inhoud van het boek met verhalen over New York tijdens de covid pandemie van diverse auteurs. De bijdragen zijn geschreven door Margaret Atwood, Candace Bushnell, Emma Donoghue, Dave Eggers, Louise Erdrich, John Grisham, Rachel Kushner, R.O. Kwon, Celeste Ng, Tommy Orange en Nora Roberts.

Margaret Atwood Veertien dagen recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van Veertien dagen. Het boek is geschreven door diverse schrijfsters en schrijver. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van dit boek met verhalen over de covind-pandemie in New York met bijdrage van Margaret Atwood, Candace Bushnell, Emma Donoghue, Dave Eggers, Louise Erdrich, John Grisham, Rachel Kushner, R.O. Kwon, Celeste Ng, Tommy Orange en Nora Roberts.

Zoals je kunt verwachten van een een roman die is opgebouwd uit een groot aantal verschillende auteurs, schommelt het niveau doorheen het boek. Het is is interessant, verhalen vertellen over erveringen tijdens de coronapandemie, gesitueerd in een flatgebouw in New York. Nadeel is toch wel dat de roman wat fragmentarisch wordt, alhoewel vakkundig in elkaar gevlochten door schrijfster Margaret Atwood. Maar beklijven de verhalen, op een enkele uitzondering na niet. Desondanks kan niet anders gezegd worden dat het een boeiende poging is en het ook geen echte opgave is om de samengestelde roman uit te lezen. (Allesoverboekenenschrijvers.nl, ∗∗∗∗∗)

Margaret Atwood Veertien dagen Recensie

Veertien dagen

  • Samenstellers: Margaret Atwood, Douglas Preston
  • Auteurs: Diverse auteurs
  • Soort boek: roman in verhalen
  • Origineel: Fourteen Days (2022)
  • Nederlandse vertaling: Lidwien Biekmann
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 6 februari 2024
  • Omvang: 352 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗∗

Flaptekst van de nieuwe boek over New York tijdens de covid-pandemie

Literaire ode aan de inwoners die New York niet konden ontvluchten toen de pandemie toesloeg.

Veertien dagen speelt zich af op het dak van een flatgebouw in Manhattan tijdens de covid-pandemie. Na een week in lockdown beginnen de bewoners – van wie sommigen elkaar nauwelijks kennen – in het geheim samen te komen op het dak om elkaar verhalen te vertellen. Elke avond komen er meer bewoners bij, die plaatsnemen op stoelen, kratten en omgekeerde emmers, en langzamerhand worden ze echte buren.

Veertien dagen is een roman met een stuwende kracht en een verrassende twist: elk personage van deze groep heel verschillende New Yorkers wordt beschreven door een andere literaire stem – van Margaret Atwood en Rachel Kushner tot Dave Eggers en Celeste Ng.

Met bijdrage van

  • Margaret Atwood
  • Candace Bushnell
  • Emma Donoghue
  • Dave Eggers
  • Louise Erdrich
  • John Grisham
  • Rachel Kushner
  • R.O. Kwon
  • Celeste Ng
  • Tommy Orange
  • Nora Roberts

Bijpassende boeken en informatie

José Henrique Bortoluci – Wat van mij is

José Henrique Bortoluci Wat van mij is. Op 16 april 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers de memoir van de Braziliaanse schrijver José Henrique Bortoluci over zijn vader die zo’n vijftig jaar als vrachtwagenchauffeur heel Brazilië doorkruiste. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave. 

José Henrique Bortoluci Wat van mij is

Als er boekbesprekingen en recensies verschijnen in de media van de memoir Wat van mij is, geschreven door de Braziliaanse schrijver José Henrique Bortoluci, kun je er hier over lezen.

  • “Het beschouwen van Braziliaanse problematiek (de politieke desintegratie en het rampzalige Amazone-beleid) én van zaken die los van geografie gebeuren (de uitbuiting van de arbeidersklasse en het milieu, ziekte, de verhouding tussen ouders en kinderen) vormt een van de triomfen van dit boek.” (O Globo)
  • “Dit verhaal, vol van de wonden en littekens van Didi, is ook het verhaal van een land dat wegen voorrang gaf boven andere transportmogelijkheden en het idee van vooruitgang voorrang gaf boven alles, vooral tijdens de dictatuur […]. Het is ook een verhaal over mannelijkheid, vaderschap […] en het sociale stijgen van Bortoluci, zoon van ouders die geen toegang tot onderwijs hadden, middels een collectieve inspanning.” (Folha de S. Paolo)

José Henrique Bortoluci boeken en informatie

José Henrique Bortoluci is in 1983 geboren in Jaú, Brazilië. Hij studeerde in São Paulo en in Michigan, waar hij een PhD in de sociologie behaalde. Inmiddels is hij als professor sociale en politieke theorie en Braziliaanse geschiedenis aan de universiteit van São Paulo.

De memoir over zijn vader, waarover je hier veel informatie kunt lezen, is het literaire debuut van José Henrique Bortoluci. Bijzonder de internationale vertaalrechten van het boek in een aantal gevallen al verkocht waren voordat het boek in Brazilië werd uitgegeven.

José Henrique Bortoluci Wat van mij is

Wat van mij is

  • Auteur: José Henrique Bortoluci (Brazilië)
  • Soort boek: memoir
  • Origineel: O que é meu (2023)
  • Nederlandse vertaling: Marylin Suy
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 16 april 2024
  • Omvang: 156 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 18,50
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de memoir van José Henrique Bortoluci

Voor Wat van mij is voerde Bortoluci vele gesprekken met zijn vader Didi. Zo’n halve eeuw lang werkte Didi als vrachtwagenchauffeur. Hij was lang van huis, het enorme land doorkruisend terwijl hij zijn kleine bijdrage leverde aan infrastructurele projecten van de militaire dictatuur waarvoor nietsontziende ontbossing nodig was, zoals de trans-Amazonesnelweg. Didi’s gezondheid leed onder het werk, hij kreeg het al jong aan zijn hart en het boek opent met zijn kankerdiagnose. Bortoluci verweeft het leven van een man en een land, en verkent daarbij de overeenkomsten tussen kanker en kapitalisme – het onbelemmerd willen woekeren. En hij verkent de afstand die door klassenverschil tussen hem en zijn vader is ontstaan.

Bijpassende boeken

Bahareh Goodarzi – Baren buiten de box

Bahareh Goodarzi Baren buiten de box recensie en informatie van het boek over hoe de geboortezorg niet voor iedereen gelijk is. Het boek is geschreven door Bahareh Goodarzi en verschijnt op 1 mei 2024 bij uitgeverij De Arbeiderspers. Bovendien bevat Baren buiten de box interviews met Niloufar Ashtiani, Maaike Muntinga, Inge van Nistelrooij, Anniek de Ruijter, Eric Steegers, Julia Tankink, Petra Verdonk en Rodante van der Waal, die zijn afgenomen door Daan Borrel. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster, interviewer en over de uitgave.

Bahareh Goodarzi Baren buiten de box recensie en informatie

Er is aandacht voor boekbesprekingen en recensies van Baren buiten de Box, het boek van Bahareh Goodarzi en met interviews afgenomen door Daan Borrel, zodra deze in de media verschijnen.

Bahareh Goodarzi is verloskundige, docent en wetenschapper, verbonden aan de afdeling Verloskundige Wetenschap van het Amsterdam UMC, UMCG en AVAG, Inholland. Ze is gepromoveerd op risicoselectie in de geboortezorg. De focus van haar werk is (anti)discriminatie en rechtvaardigheid in de geboortezorg.

Daan Borrel is schrijver, journalist en feminist. In haar boeken, essays en theaterteksten staat intimiteit centraal. In 2024 verschijnt haar roman De dragers.

Bahareh Goodarzi Baren buiten de box

Baren buiten de box

Over hoe de geboortezorg niet voor iedereen gelijk is

  • Auteur: Bahareh Goodarzi (Nederland)
  • Interviews: Daan Borrel
  • Soort boek: journalistiek gezondheidsboek
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 1 mei 2024
  • Omvang: 204 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 21,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek over de geboortezorg in Nederland

Een pleidooi om het risico op ziekte en sterfte tijdens zwangerschap en baring te verminderen door gelijkwaardige zorg.

Meer dan de helft van de barenden ervaart de zorg op enig moment als niet respectvol, grensoverschrijdend of zelfs gewelddadig. Zwangeren in een slechtere economische positie krijgen vaker een kind dat te vroeg of te klein wordt geboren dan zwangeren in een betere economische positie. De kans op sterfte bij zwangeren en baby’s is veel groter onder mensen van Kleur dan onder Witte mensen. Hoe kan het dat mensen die anders zijn, buiten ‘de box’ vallen, structureel slechtere zorguitkomsten hebben in een land waar de zorg voor iedereen gelijk is? En wat heeft dit alles te maken met de geschiedenis van de eendenbek en de vibrator?

Goodarzi en Borrel schetsen aan de hand van interviews met wetenschappers en beleidsmakers in de geboortezorg een confronterend beeld: niet onze genen of biologie, maar sociaal-maatschappelijk factoren, waaronder de geboortezorg zelf, zijn bepalend voor de verschillen in gezondheid tijdens zwangerschap en geboorte. Baren buiten de box is een onderzoek naar ongelijkwaardige zorg tijdens de zwangerschap en baring, en biedt handvatten voor een rechtvaardige geboortezorg.

Met interviews met Niloufar Ashtiani, Maaike Muntinga, Inge van Nistelrooij, Anniek de Ruijter, Eric Steegers, Julia Tankink, Petra Verdonk en Rodante van der Waal.

Bijpassende boeken

Simone Atangana Bekono – Marshmallow

Simone Atangana Bekono Marshmallow. Op 23 januari 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers de nieuwe dichtbundel van de Nederlandse schrijfster Simone Atangana Bekono. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek en over de uitgave. Daarnaast is er aandacht voor de boekbesprekingen en recensie van Marshmallow, de nieuwe dichtbundel van Simone Atangana Bekono.

Simone Atangana Bekono Marshmallow informatie

Simone Atangana Bekono is in 1991 geboren in het Brabantse dorp Dongen. Ze heeft een een Kameroense vader en een Nederlandse moeder. Na de middelbare school studeerde ze Media & Cultuur aan de Universiteit van Amsterdam. Deze opleiding maakte ze niet af en ze stapte over naar de studie creative writing aan de hogeschool ArtEZ.

Haar debuut, de dichtbundel Hoe de eerste vonken zichtbaar waren, verscheen in 2017, waarna in 2020 haar debuutroman Confrontaties verscheen die alom geprezen en gewaardeerd is en op de shortlist van de Libris Literatuurprijs 2021 stond. Ook werd het boek bekroond met de prijs Beste Boek voor Jongeren 2021 van de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB). Ook de Hebban Debuutprijs 2021 en de Anton Wachterprijs 2022. Haar nieuwe dichtbundel, waarover je hier alles kunt lezen, verschijnt eind januari 2024 bij uitgeverij De Arbeiderspers. Ook zijn op deze pagina dan de boekbesprekingen en recensies van de dichtbundel te vinden.

Simone Atangana Bekono Marshmallow recensie van Tim Donker

en wie, en simone atangana bekono gaat straf van start in deze bundel, en wat is wie, en wie is wie in watland, de wattman, de watkern, alle beelden opnieuw, soppige dromen romige roomdromen, boosaardige angstzweet-en-pillendromen, je kent die dromen wel, al die vormen, een ondersteboven boom met de wortels grajend in de lucht bijvoorbeeld, een vliegend paard met hoorns, en een serpent met een engelengezicht, en simone atangana bekono zag het allemaal, en simone atangana bekono zag het allemaal opnieuw, want ik ken het, ik ken de beelden wel, ik ken het allemaal al zo lang maar als het wordt herverteld, en simone atangana bekono weet hoe te vertellen, en opnieuw vertellen, en de hervertelling hervertellen totdat het als nieuw verschijnt, laat het allemaal als nieuw verschijnen, en simone atangana bekono laat het als nieuw verschijnen, en simone atangana bekono laat het allemaal als nieuw verschijnen, en de beelden vliegen, en de beelden vliegen over, voetjevrijen met jezus, een viering zou fijn zijn, als je een knekelhuis nee een monstertruck was, of een mango met schil en al, of een zakelijk contract, en als iemand, als een dichter, als een sjamaan die beelden tot wervelen bracht, in je hoofd of daarbuiten, als het maar eventjes wilden stoppen met regenen, en ging, en simone atangana bekono brengt de beelden tot wervelen, in je hoofd en daarbuiten, en simone atanga bekono laat het heel eventjes stoppen met regenen, in je hoofd en ook daarbuiten, en simone atangana bekono is een sjamaan, ik een hond was, en bitter, en beet, je kunt me vinden in de wereld, je kunt me vinden bij de rotonde, als je me nodig hebt kun je me vinden in de tuin tenzij het weer is gaan regenen, niet in einde, het moet niet te snel gaan, niet in einde, het is een kamer het is geen kamer, (over een meisje / niet over een meisje), en, midst dit alles, midst de wereld en de mensen en de honden en de kaos tot twee geraken, hoe vindt zo’n stel elkaar?, misschien in de gang van een lelijk gerenoveerd concertgebouw, want ook in lelijkheid kan de liefde zingen, ook lelijkheid kan zingen, simone atangana bekono brengt de lelijkheid tot zingen, als liefde een beloning is dan moet het in een doos maar in een doos wil het niet wonen, en het bleef kolken, maar nu, mun god, nu buldert het, en toen kookte het over, breng het kookpunt tot stilstand, breng de stilstand tot het kookpunt, en simone atangana bekono doet dat, simone atangana bekono doet dat allebei, en simone atangana bekono doet het allemaal, en al lezend ga ik zo de hoogte in, al lezend vlieg ik zo de kamer uit, kosmogramma, links miljarden jaren diepe tijd, een glimp, vermoedelijk toch nog zo dicht dat je van het spook kunt maken wat je wilt, perspectieven op tijd en de gaten in de heg, bewegingsloos :: parkeerplaats, en zo veel aan leven verslapen dat je je sterfelijkheid onschadelijk maakt, en simone atangana bekono schaadt wat niet baten kan, droefnis verbergt de zon, weer alles boven, alles weder open, het weerstand biedende eeuwige blauw, vind hem bij de winden, engelssprekende mensen aan de deur, zet het open, alles weder open, en simone atangana bekono laat het gaan, en simone atangana bekono laat het blazen, nieuwe klanken voor de morgen, de morgen ligt te slapen in een hoekje, lichtschakeringen doen de binnenarchitectuur moduleren, je kunt doen, maar intussen is mijn koffie koud geworden, en ik moest nog, en je moet nog, en alles moet nog, en niks nog gezegd, er is nog niks echt gezegd, de vingers op de plekken, en simone atangana bekono legt alle vingers op alle zere plekken, geen warme gerechten alleen koude lichamen, zoals, zei ik dat al?, mijn koffie dus, engelssprekende mensen voor mijn deur en mijn koffie koud en melkkoe kalfje treurlied, de koe het dier de vissen, de vissen uit de hemel, visserslatijn uit de bijbel, en jezus was een zeiler toen hij over het water liep, en dan gewoon naar de bodem zakken, binnen in de aarde is een berg, de terra, het lyrisch ik niet meer toereikend, het tekende bestiaria vol, het alias antroploog, word rivier word oceaan word woestijn, en bij simone atangana bekono alles altijd wordend en bij simone atangana bekono alles altijd zijnd, schilder de beklemming, schilder het geluid in gezangen, de roep van vogels, donker houten tafel praat niet, en simone atangana bekono ontlokt woorden aan alles, je ziet het woord, je ziet het licht, ik zie het licht in elke lamp, alles zonder ballast, of de zon, het liggen en de stralen en het hoger en de honing, om honing gaat het niet, wat knaagt, neerbraak, wat knaagt neerbraak, en simone atangano bekono knaagt de neerbraak en laat zien, laat zien wat binnenin is, wat is waar je het niet denkt te zien, hoewel ze verschijnen, de mens het enige dier dat weet hoe het moet sterven, engelssprekende wetende dieren aan mijn deur en alles daarna, glooiend landschap met putten in de weg, de laatste grote uitdaging in een suffe wereld, ik blijf hier niet, misschien als je verlegen zit om wat allerlaatste kruimels, helderrauw, de avondlijke grasvlakten en het strijklicht, het strijkt over, en simone atangano bekono laat het licht strijken over je gezicht, waar het strijken strelen wordt, het is wat het is, het is nooit wat het is, maar mona lisa is niet teruggekomen, je zit, je leest, je denkt aan de dingen, soms zit ik te denken en soms zit ik gewoon te zitten, en soms moet ik opstaan om de deur te openen voor engelssprekende mensen, de allereerste actie was sensationeel, bracht iets tot kwelen, kweelde iets tot brengen, kweelde tot er iets brak, maar die koffie wordt er niet meer warm van, poelen teerachtig water, waar het begint, waar de verdeling begint, een voor jou en een voor mij, in je handen, alles in mijn handen, taalmuziek, simone atangana bekono maakt taalmuziek, hier zingt het paradijs, hier klit de wijn aan je lippen, hier passen ladders gewoon in je zak, en de trilling van vlak voor de vraag voelde je later pas –

de bladzijden op de trilstand –

en

en simone atangana bekono heeft het sociaal contract nooit ondertekend, en simone atangana bekono zet in mijn kamer levensgroot de ampersand, en simone atangana bekono is wel / geen sexsymbool (doorhalen wat niet van toepassing is), en simone antanga bekono liet de bloemen groeien, en simone atangana bekono werd niet voor niets geprezen in het paard van troje

en simone atangana bekono heeft met Marshmallow een ongekend fantastiese dichtbundel geschreven


Simone Atangana Bekono Marshmallow

Marshmallow

  • Auteur: Simone Atangana Bekono (Nederland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 23 januari 2024
  • Omvang: 72 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 18,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de dichtbundel van Simone Atangana Bekono

In Marshmallow maken we kennis met een hond, een vrouw en een slaapkamer in ‘een heel normaal appartement’. Alles komt op losse schroeven te staan in deze bundel waarin de poëzie zichzelf constant bevraagt, tegenspreekt en ondermijnt. Met gebruik van verschillende registers brengt Atangana Bekono groteske beelden, erotiek, alledaagsheden en geweld samen in de botsende herinneringen van twee stemmen die eens lieflijk samen moeten hebben geklonken, resulterend in giftige, grappige, en schrijnende poëzie.

Bijpassende boeken en informatie

Pyun Hye-young – Het gat

Pyun Hye-young Het gat recensie en informatie over de inhoud van de Zuid-Koreaanse roman. Op 20 februari 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers de Nederlandse vertaling van de roman 홀 van de Zuid-Koreaanse schrijfster Pyun Hye-young.

Pyun Hye-young Het gat recensie en informatie

Pyun Hye-young is in 1973 geboren in Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoul. Ze studeerde Koreaanse literatuur op de  Hanyang Universiteit in Seoul. Ze werkte voordat ze schrijfster werd op kantoor. Niet vreemd dat dit vaak de locatie is waar haar verhalen en romans zich afspelen.

Ze debuteerde met een verhalenbundel in het jaar 2000 waarna ze nog een aantal bundels. Haar eerste roman 홀 (Het gat) waarover je hier uitgebreide informatie kunt lezen verschijnt in 2019 in Zuid-Korea. Het is haar eerste boek dat in Nederlandse vertaling verkrijgbaar is.

Pyun Hye-young Het gat recensie

Het gat

  • Auteur: Pyun Hye-young (Zuid-Korea)
  • Soort boek: Zuid-Koreaanse roman
  • Origineel: 홀 (2019)
  • Nederlandse vertaling: Mattho Mandersloot
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 20 februari 2024
  • Omvang: gebonden boek / ebook
  • Prijs: € 24,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van Pyun Hye-young

Oghi ontwaakt uit een coma na een verwoestend auto-ongeluk dat zijn vrouw het leven kostte en hem verlamd achterliet. Zijn verzorger is zijn schoonmoeder, die rouwt om het verlies van haar enige kind. Eenzaam in zijn bed denkt Oghi aan zijn vrouw die al haar levensdoelen gedwarsboomd zag, behalve één: het cultiveren van de tuin voor hun huis. Maar Oghi’s schoonmoeder graaft druk steeds grotere gaten in de verlaten tuin, ze ontwortelt wat haar dochter zo ijverig had geplant. Desgevraagd antwoordt ze alleen dat ze afmaakt waar haar dochter aan is begonnen. Terwijl Oghi wanhopig zoekt naar een manier om te ontsnappen, ziet hij de pijnlijke waarheden over zijn vrouw onder ogen, en de tol die hun relatie van haar eiste.

Bijpassende boeken en informatie

Maria Kager – De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf

Maria Kager De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf recensie en informatie over de inhoud van de debuutroman, Op 18 januari 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf de eerste roman van Maria Kager.

Maria Kager De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf recensie van Tim Donker

Dat het allicht toch weer het achterplat was, misschien.

Dat we daar stonden, in dat portiek van die flat van hem. En het stapeltje boeken dat aan de boekenstapels in mijn huis zou gaan toegevoegd worden. En praten over boeken lezen. En praten over vastlopen in boeken. Hij vertelde van een boek waarin hij bezig was geweest en waarmee hij maar niet verder kwam. Een lezersblokkade. Sommige boeken hebben dat soms. Ik zei Zou dat boek waarin je maar niet verder komt iets voor mij zijn misschien? En dat hij dat niet wist, en dat we het toen kregen over boeken die buiten alle verwachtingen in iets voor je bleken te zijn.

Stel dat je het in de winkel had zien liggen.

Ja. Stel. In mijn gedachten liep ik al menig maal door een boekwinkel. Een imaginaire boekwinkel. Een ideale boekwinkel. Een boekwinkel waar al die boeken die vroeger of later naast mijn leesstoel terecht komen gewoon op tafels liggen. Stel dat ik daar loop, en al die boeken zie liggen die mij in dat flatportiek ter bespreking in mijn handen geduwd worden. Welke zouden mijn aandacht getrokken hebben als ik geen bespreker was geweest, en niets mij in handen geduwd werd? Zoveel niet. Zoveel meer niet dan wel. Aan zoveel van de boeken die ik met heel veel plezier gelezen heb, zou ik zelfs in de imaginaire winkel straal voorbij gelopen zijn. Om het een. Of om het ander. Vanwege mijn vooroordelen met name. Je kunt niet van alles kennis nemen en daarom zijn vooroordelen zo verrotte handig. Vooroordelen maken je wijs kennis te hebben van alles waar je geen kennis van hebt.

De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf van Maria Kager zou mijn aandacht nog wel getrokken hebben, denk ik. Daar, in de imaginaire boekwinkel. De ideale boekwinkel die alleen in mijn hoofd bestaat. Hij zat tussen het stapeltje dat me die keer dat we dat gesprek hadden in mijn handen gedrukt werd, dus vandaar dat ik het me afvroeg. Ik loop door de imaginaire boekwinkel, en ik zie De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf liggen. Dan grijsblauwe plaatje, het kader, de titel. Dat panopticum. Het panopticum interesseert me, ik weet niet waarom, het is een afwijking. Een flukse AC/DC-associatie zou de rest doen. Dat is een puberale associatie, ik weet het. Maar sedert ik de uiterst sympathieke autobiografie van Brian Johnson heb gelezen schaam ik me minder dat zelfs het lichtelijk debiele Thunderstruck een reden zou kunnen zijn om een boek ter hand te nemen. En mijn hand zou. Nemen. Mijn hand zou nemen.

(al is Thunderstruck geloof ik in de Arnhemse koepelgevangenis geschoten)

Maar mijn hand zou weer teruggeven. Aan boekentafel. Als ik gelezen had. Het achterplat. Met zo’n vader die niet vaderlijk is, en een verstoord evenwicht, en het noodlot ook nog eens ook, en dan zou ik nog willen zwijgen van die uitsmijter: “Je kan het kind uit de gevangenis halen, maar hoe haal je de gevangenis uit het kind?”. Het klinkt verdorie als een slogan voor Warchild. (ik hoor marco borsato al zachtjes zingen) (of mag die borsato niet meer) (moet die borsato zich nergens meer mee moejen) (moet die borsato nu hij grenzen overschreed maar beter buiten onze landsgrenzen blijven misschien) (want we zijn zoon voorbeeldige maatschappij) (we zijn zo lief voor elkaar) (we doen elkander niets wat de ander niet wil) (we zijn zo schattig allemaal) (en wie anders denkt kan godverdomme zijn kop ingeslagen krijgen).

Ik ken dat nu wel, met die tirannieke vaders altijd. Zou ik denken. Terwijl ik doorliep. Naar de uitgang. Van mijn imaginaire boekwinkel. Hopend. Dat ik eenmaal buiten. Zou stoppen. Te denken. In halve zinnen.

In imaginaire of in echte boekwinkels, en bij uitbreiding ook in de wereld als geheel (de wereld als wil en voorstelling), zijn vooroordelen een handig stuk gereedschap. Ze kunnen je blik en je hoofd beschermen tegen overbelasting. Je kunt erdoor een beetje minder goed kijken, een beetje minder hard denken. En dus gewoon doorlopen.

Maar ik zag De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf niet liggen op een boekentafel, niet in enige werkelijke boekwinkel en ook niet in mijn allereigenste imaginaire boekwinkel. De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf werd me in mijn handen gedrukt in een flatportiek op de eerste vrijdag dat ik weer terug was op mijn oude wijk. En ik gooide het in mijn stuurtas, en zo kwam het (na al mijn andere postrondes) in mijn huis terecht. Waar ik zat. In leesstoel.

Wie is ook maar weer Frida Wolf, ik peinsde. Een paar minuten lang dacht ik dat het een oostduitse dichter was die in de jaren zestig en zeventig enkele experimentele bundels gepubliceerd had; ja ik kon zelfs menen ooit werk van haar gelezen te hebben, en dat ik het goed had gevonden. En dan dat grauwe panopticum, die dna-achtige wenteltrap. Waar ging dat heen? En toen las ik dat achterplat dus. Geen oostduitse dichter (met welke naam verwar ik?), en waarom moet die verdomde vormgever die dna-struktuur benadrukken? In combinatie met dat warchild-zinnetje op het achterplat komt het er een beetje te duimendik op te liggen op deze manier. Hou de lezer niet voor achterlijker dan hij is, vormgever.

Maarja, daarmee kun je je er niet vanaf maken als bespreker.

En zo’n Kager kan aan de vormgeving niets doen. Of aan het achterplat. Denk ik.

Dus dan toch maar lezen. Minimaal honderd bladzijden. Dat moet als je bespreker bent. Vind ik. Sommige boeken zijn maar honderd bladzijden, die hebben dan geluk. Maar bij Kager kwamen alle volgende bladzijden na die eerste honderd als vanzelf, want het is alweer even geleden dat ik een boek met zoveel plezier, met zoveel honger naar meer, met zo’n ongebreideld enthousiasme las, en bleef lezen.

Met de tirannie van de vaderfiguur viel het wel mee, vond ik (maar mijn vader was het niet). Ja, gans normaal is die man niet. Hij studeerde ooit voor psycholoog, maar werd gevangenisdirekteur. Hij heeft dwangneuroses, een vorm van smetvrees, is niet vrij van dictatoriale neigingen, en heeft net te weinig oog voor de behoeften en noden van zijn vrouw en dochter. Maar hij is ook innemend, intelligent, belezen, anarchistisch, en op een prettige manier onaangepast. En verderop in het boek zitten een paar erg moje vader/dochter-scenes. Als het later is. Als de omstandigheden zijn veranderd. Timofey Wolf is een memorabel boekpersonage; het soort van boekpersonage waaraan je nog vaak terug zult denken. Misschien wel een leven lang. Maar dat is maar mijn voorspelling.

Monumentale boekpersonages creëren is één ding; het beste uit je materiaal halen is een twede. Het materiaal van een schrijver is de taal en Kager lééft de taal. Kager ís de taal. Maria Kager haalt het beste uit de taal naar boven: haar woorden zijn poëties, haar woorden zijn muzikaal, haar woorden zijn mooi. Haar stijl is daarenboven biezonder flexibel. Het De gang van Metzelaar en Metzelaar geheten hoofdstuk is doorspekt met noten en krantenknipsel over de Haarlemse koepelgevangenis en leest als een essay, zonder, echter, dat de proza-struktuur wordt verlaten; er is een hoofdstuk waarin de tegenwoordige tijd wordt verruild voor de verleden tijd; in het hoofdstuk over dat “noodlottige ongeluk” zoals het achterplat dat wenst te noemen, wordt op uiterst meeslepende wijze gegoocheld met chronologie en het prachtige laatste hoofdstuk (waarover later meer) is geschreven vanuit de twede persoon enkelvoud; de je-vorm waarmee Jean-Marie Berckmans ook al zoveel moois wist te doen.

Met haar memorabele personages, haar licht-experimentele vorm en haar bedwelmende taal vertelt Maria Kager het verhaal van Frida Wolf, een meisje dat opgroeit vlakbij de Haarlemse koepelgevangenis. Haar vader is daar de direkteur en hun woning is bijna integraal onderdeel van zijn werkplek. Kager groeide net als Wolf op in Haarlem en studeerde net als Wolf literatuurwetenschappen; een mens kan zich afvragen in hoeverre De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf autobiografies is (er komt in het verhaal trouwens een Kager voor, een directeur van een andere gevangenis). Misschien daarom dat dit boek zo ontzettend sprekend tot leven komt. We volgen Frida van een vroegwijs meisje tot de moeder die ze in het laatste hoofdstuk is (moeder van een dochter, zwanger van een twede kind). Nog één keer keert ze terug naar de Haarlemse koepelgevangenis (minder sympathiek: zij, haar dochter en haar man wonen inmiddels in dat godverrekte klote-Amsterdam), om er, als een soort schrijver-in-residentie een Gouden Boekje te schrijven over die gevangenis (heeft Kager een Gouden Boekje geschreven?) (opzoeken, opzoeken) (ofnee, juist niet opzoeken, in het midden laten) (net zoals dat hoofdstuk met al die voetnoten – ik zou het net iets toffer vinden als ze al die feiten over de koepelgevangenis uit haar duim gezogen had) (ik heb goede herinnering aan mijn zoon Gouden Boekjes voorlezen toen hij nog een peuter was; sommige boekjes had ik al zo vaak voorgelezen dat hij mee ging doen terwijl ik las; het plukje op zijn kruin bewoog heftig heen en weer terwijl hij mijn handgebaren en mimiek nadeed). Hierbij heeft de puberende bakvis-Frida kleinstwijle minder mijn sympathie, alhoewel ik de gesprekken met de jongen aan wie zij haar maagdelijkheid verloor wel weer heel erg schoon vond (onder andere wat de beste Seinfeld-aflevering zou zijn) (Seinfeld kwam ook al voor in het De gang van Metzelaar en Metzelaar-hoofdstuk middels een rake opmerking van Kramer) (ik ervaar het in ieder geval inderdaad meer en meer als een gevangenis) (hoe ook: The parking garage vond Uri; Frida The soup nazi) (zelf zou ik The Chinese restaurant zeggen maar die andere twee zouden zeker in mijn top vijf eindigen; Frida’s keuze een weinig hoger dan die van Uri; die zou net onder The contest komen te staan denk ik).

De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf kwam uit in januari 2024 maar ik verklaar het tot nader order al tot het mooiste boek van het jaar. En beer in geest dat dit Kagers debuut is. Als dit zo door gaat groeit Maria Kager met gemak uit tot de allerbeste schrijver die Nederland ooit heeft gekend. Ja. Wat een debuut. Wat een schrijver. Wat een boek.

FridaWolf boeken en informatie

Maria Kager is geboren in 1978 in Amsterdam en groeide op in Haarlem. Ze studeerde literatuurwetenschappen en promoveerde hierin op de Rutgers University in New Brunswick, New Jersey in de Verenigde Staten. Werk van Maria Kager verscheen eerder in een aantal tijdschrijfsten zoals Tirade, De Gids, Hard//Hoofd en De Groene Amsterdammer.

De roman De buitengewone geslaagde opvoeding van Frida Wolf is haar debuutroman die in januari 2024 verschijnt. Hier lees je uitgebreide informatie over de debuutroman van Maria Kager.

Maria Kager De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf recensie

De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf

  • Auteur: Maria Kager (Nederland)
  • Soort boek: coming-of-age roman, debuutroman
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 18 januari 2024
  • Omvang: 224 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,99 / € 12,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de debuutroman van Maria Kager

Frida’s excentrieke vader is niet geschikt voor de rol van vader en ook niet voor die van gevangenisdirecteur. Hij doet op zijn manier zijn best, maar hij drinkt en rookt te veel, neemt zijn dochter mee uit stelen, geeft haar zelfverdedigingslessen met echte wapens en voelt meer affiniteit met de gevangenen in de koepel dan met zijn collega’s bij justitie. Als het fragiele evenwicht in het door de gevangenis gedomineerde gezinsleven wordt verstoord door een tragisch ongeluk, wordt de beklemming van de muren steeds heviger.

Jaren later vraagt Frida zich af in hoeverre de koepel haar leven heeft bepaald. Je kan het kind uit de gevangenis halen, maar hoe haal je de gevangenis uit het kind?

Bijpassende boeken en informatie

József Debreczeni – Het koude crematorium

József Debreczeni Het koude crematorium, Verslag uit het land van Auschwitz. Op 23 januari 2024 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers voor de jaarlijkse Auschwitzherdenking, en meer dan zeventig jaar na de eerste publicatie in Hongarije dit verslag van de Hongaarse schrijver József Debreczeni. Hier is informatie te lezen over de inhoud van het boek. Daarnaast is er aandacht voor de boekbesprekingen en recensie van Het koude crematorium, geschreven door József Debreczeni.

József Debreczeni Het koude crematorium

József Debreczeni is geboren in 1905 en overleed in 1978. Hij woonde en werkte een groot deel van zijn leven in Joegoslavië, om precies te zijn in de regio Vojvodina. Maar hij schreef in het Hongaars. Hij was vooral werkzaam als journalist waarvoor hij het pseudoniem József Bruner gebruikte maar ook als dichter en romanschrijver. Omdat hij van Joodse afkomst was werd 1938 ontslagen omdat er anti-Joodse wetgeving werd ingevoerd in Boedapest en Hongarije. In 1941 werd hij opgepakt en als dwangarbeider te werk gesteld tot hij in 1944 werd gedeporteerd naar concentratielamp Auschwitz. Wonderwel overleefde hij de verschikkingen van het concentratiekamp.

Het verslag van zijn verblijf in Auschwitz werd in 1950 als Hideg krematórium in het Hongaars gepubliceerd. Maar verdween desondanks min of meer in de vergetelheid om nu, ruim zeventig jaar later ontdekt te worden als een van de beste en meest indringende boek over concentratiekamp Auschwitz, vergelijkbaar met de boeken van Primo Levi. De Nederlandse vertaling verschijnt begin januari 2024 bij uitgeverij De Arbeiderspers.

József Debreczeni Het koude crematorium

Het koude crematorium

Verslag uit het land van Auschwitz

  • Auteur: József Debreczeni (Hongarije)
  • Soort boek: oorlogsboek
  • Origineel: Hideg krematórium (1950)
  • Nederlandse vertaling: Frans van Nes
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 23 januari 2024
  • Omvang: 208 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst boek over concentratiekamp Auschwitz van József Debreczeni

Toen József Debreczeni in Auschwitz aankwam was zijn levensverwachting vijfenveertig minuten. Zo lang duurde het voordat de halfdode gevangenen in groepen werden gesorteerd, uitgekleed en naar de gaskamers werden gestuurd. Nadat hij de selectie had overleefd volgde een horrorreis van twaalf maanden door ‘het land van Auschwitz’, eindigend in het ‘koude crematorium’, de barakken van het werkkamp Dörnhau waar zieke gevangenen uit het hele gebied van Neder-Silezië naartoe werden gestuurd.

In dit literaire verslag onderzoekt József Debreczeni de sociale orde van de kampen, de mechanismen van slavernij, en de manieren waarop mensen onophoudelijk van hun menselijkheid ontdaan werden.

Bijpassende boeken