Maria Dermoût De tienduizend dingen roman uit 1955 recensie

Maria Dermoût De tienduizend dingen roman uit 1955 recensie

De tienduizend dingen

  • Auteur: Maria Dermoût (Nederland)
  • Soort boek: Nederlands-Indische roman uit 1955
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 6 februari 2024
  • Omvang: 208 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 21,99 / € 9,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Maria Dermoût De tienduizend dingen recensie van Tim Donker

Deze bespreking nam geen ticket naar de tropen

Deze bespreking ging links waar hij rechts had moeten gaan

Deze bespreking heeft nog niet genoeg koffie op

Voor deze bespreking heb ik me eerst gedoucht

Deze bespreking heeft nog nooit een monnik vergiftigd

Deze bespreking is geschreven met The Suicidal Bird hard op de steerjoo (harder dan de buren waarschijnlijk leuk zullen vinden) (deze bespreking heeft bij volle verstand het risico gelopen op een fikse burenruzie) (deze bespreking wil een drumstel voor zijn verjaardag)

Deze bespreking landt kalm en zacht op rimpelloos water en peinst over, nee, zuigt lang op een van de eerste zinnen uit De tienduizend dingen: “drie golfjes achter elkaar, elkaar, elkaar”, en peinst dan, wel, aan hoe woorden een watertje zijn, hoe het klotst, hoe het stroomt (en de posthouder is verdronken) (tenzij hij is vermoord)

Deze bespreking vraagt zich af wat er te zeggen valt over De tienduizend dingen en gaat daarvoor te rade bij weer een andere zin uit de roman (want de zinnen groeien, de zinnen woekeren, de zinnen zijn overal): “Al deze dingen, en nog andere, en de hemel erbij, waren het eiland” en ja, denkt deze bespreking, al deze dingen zijn ook het boek – de dingen die samen de wereld maken, alles wat het geval is, daarover gaat het hier, en misschien ook over wat pleegt te resideren tussen de dingen en de hemel, over het leven in niet-levende dingen (dit niet per se in strikt animalistiese zin), waar het, misschien, een diepere tint van ziel aanneemt

Deze bespreking ziet nu eindelijk de zon in de tuin schijnen

Deze bespreking vond het beter om The Suicidal Birds te vervangen door Arvo Pärt

Deze bespreking heeft geen rekenmachine gebruikt om honderd keer honderd uit te rekenen. Deze bespreking vindt de idee dat er honderd dingen zijn waaraan een dode herinnert wel wat baud. En dat er dan honderd doden moeten zijn, elk verbonden met hun honderd dingen om bij de tienduizend dingen uit te komen. Wat misschien zou kunnen, er gaan erg veel mensen dood in dit boek, nee er worden erg veel mensen vermoord in dit boek, mevrouw van Kleyntjes vindt dat niet hetzelfde maar de vermoorden denken daar zelf anders over

Deze bespreking koestert als twede gedachte dat de titel is afgeleid van een regel van de zevende-eeuwse sjienese dichter Ts’ên Shên:  “Wanneer de tienduizend dingen gezien zijn in hun eenheid keren wij terug tot in het begin en blijven waar wij altijd geweest zijn”

Deze bespreking noemt het kolonialisme, en de trots, en de moed, zwijgt dan even

Deze bespreking wil het niet zwaarder maken dan het hoeft te zijn

Maar dan, toch, komt deze bespreking met Nietzsche op de proppen, de eeuwige wederkeer, een radja wordt huisbediende want er was een familie die de familie van de radja verdreef want die andere familie was talrijker en sterker en jonger “en de jongen overwinnen de ouden, de sterken de zwakken, de velen de weinigen – dat is nu eenmaal zo en dat is niet erg: in het eind zijn de jongen weer de ouden, de sterken de zwakken, de velen de weinigen” en de kring op wereldschaal ook de kring in je familie ook de kring in je eigen leven, en altijd, en steeds opnieuw

Deze bespreking waagt het niet om de belangrijkste personages in dit boek aan te wijzen want er zijn veel belangrijkste personages in dit boek en verschillende perspectiefwisselingen en een mens zou dit boek dan ook net zo goed als verhalenbundel kunnen lezen, of ook, gewoon, als de roman die het is

Deze bespreking zegt ook prozagedichten (omwille van het poëtiese gehalte van het boek)

Deze bespreking was nog nergens toen in 1955 de eerste druk van dit boek verscheen

Deze bespreking ontstond in een huisje in Zeeland in februari van het jaar 2024, en de regen sloeg tegen de ruiten, en de duisternis was bijna tastbaar

Deze bespreking wil taal geven aan de zielen die in Allerzielen hun opwachting maken: de vermoorden komen tesaam, hebben het eigenlijk goed naar hun zin, in het huis, in die tuin aan de binnenbaai, al was het misschien alleen maar een hallucinatie van mevrouw van Kleyntjes

Deze bespreking kwam geheel nuchter tot stand

Deze bespreking wil benadrukken hoe het zindert in De tienduizend dingen, hoe het broeit, hoe het is, het verstikkende, het desolate, het zinnelijke, de poëzie der dingen, de poëzie van het gaan, al die dingen – of misschien gewoon nog een kop koffie en proberen te leven

Deze bespreking ziet in deze bladzijden een ode aan het leven (& misschien een viering van de dood)

Deze bespreking heeft nog meer te doen vandaag

Deze bespreking richt zich langzaam op

Deze bespreking heeft de wind in de zeilen

Deze bespreking gaat nu pas goed beginnen

Flaptekst van De tienduizend dingen, de roman uit 1955 van Maria Dermoût

Een Moluks eiland in de nadagen van de Nederlandse kolonisatie. Felicia, ‘mevrouw van Kleyntjes’, woont alleen met haar bedienden op een afgelegen plantage aan een baai. Met weemoed maar berustend in haar lot herinnert ze zich de doden en de levenden, en ziet ze een veelvoud van dingen aan zich voorbijgaan. Het is een Moluks gebruik om bij iemands overlijden honderd dingen te noemen die hem of haar aan het leven binden: van de kleinste voorwerpen, de schelpjes van het strand, tot de omringende mensen. Niet voor niets nam Maria Dermoût deze zin van de achtste-eeuwse dichter Ts’ên Shên als motto op: ‘Wanneer de “tienduizend dingen” gezien zijn in hun eenheid, keren wij terug tot in het begin en blijven waar wij altijd geweest zijn.’

Meer dan alleen een levendig portret van een voorbije tijd is deze roman een tijdloze verkenning van de menselijke conditie.

Bijpassende boeken en informatie