Categorie archieven: Non-Fictie

Joris Van Bladel – Land van het grote sterven

Joris Van Bladel Land van het grote sterven recensie en informatie boek over hoe Rusland de westerse logica tart. Op 12 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij Prometheus het boek over Rusland van slavist en militair deskundige Joris Van Bladel. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Joris Van Bladel Land van het grote sterven recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Land van het grote sterven, het boek over Rusland van Joris Van Bladel, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Joris Van Bladel Land van het grote sterven

Land van het grote sterven

Hoe Rusland de westerse logica tart

  • Auteur: Joris Van Bladel (België)
  • Soort boek: boek over Rusland
  • Uitgever: Prometheus
  • Verschijnt: 12 februari 2025
  • Omvang: 264 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek over Rusland van Joris Van Bladel

Land van het grote sterven biedt een diepgaand inzicht in het Rusland van Vladimir Poetin, een land dat de wereld keer op keer verrast met onverwachte strategische wendingen. De invasie van Oekraïne vormt het dieptepunt van een kwarteeuw van Poetins bewind, waarin bewuste strategieën, toevalligheden, successen en nederlagen samenkomen. De oorlog fungeert daardoor als een spiegel die de huidige toestand van Rusland toont en uitvergroot.

Dit boek onthult de onderliggende structurele tendensen in de Russische defensie en samenleving, waardoor de ogenschijnlijke verrassingen van Poetin begrijpelijker worden. Joris Van Bladel laat zien dat, in tegenstelling tot in het Westen, de dood in Rusland nog steeds een onderdeel vormt van het sociale contract tussen burger en staat, en dat oude concepten zoals het sacrale Grote Sterven nog steeds verweven zijn met de Russische (militaire) cultuur. Land van het grote sterven is een onmisbare gids voor iedereen die de dynamiek van het moderne Rusland wil begrijpen.

Dr. Joris Van Bladel, verbonden aan het Egmont Instituut in Brussel, is slavist en militair deskundigemet meer dan dertig jaar ervaring in de studie van de Russische civiel-militaire relaties.

Bijpassende boeken

Joas Wagemakers – Hamas

Joas Wagemakers Hamas recensie en informatie boek over Palestijns nationalisme en militant pragmatisme. Op 12 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij Amsterdam University Press het boek van universitair hoofddocent Islam & Arabisch aan de Universiteit Utrecht Joas Wagemakers. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave.

Joas Wagemakers Hamas recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van het boek Hamas, Palestijns nationalisme en militant pragmatisme, geschreven door de Nederlandse Islamoloog Joas Wagemakers, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Joas Wagemakers Hamas

Hamas

Palestijns nationalisme en militant pragmatisme

  • Auteur: Joas Wagemakers (Nederland)
  • Soort boek: journalistieke non-fictie
  • Uitgever: Amsterdam University Press
  • Verschijnt; 12 februari 2025
  • Omvang: 292 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 24,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek over Hamas

In Hamas plaatst Islamoloog Joas Wagemakers de Palestijnse islamitische militante organisatie Hamas in historisch perspectief. Wagemakers gaat in op de wortels van Hamas in het Palestijns-Israëlisch conflict, analyseert waarom Hamas zich op gewelddadige wijze tegen het vredesproces met Israël verzette, en hoe ze zich ontwikkeld heeft van Palestijnse oppositiebeweging tot de heersende macht in de Gazastrook.

Hamas biedt een objectieve blik op de ideologie van de organisatie, hoe zij haar zelfmoordaanslagen tegen Israëlische burgers legitimeert en hoe dit alles geduid kan worden.

Joas Wagemakers is universitair hoofddocent Islam & Arabisch aan de Universiteit Utrecht en directeur van de Netherlands Interuniversity School for Islamic Studies (NISIS), de landelijke onderzoeksschool van Islamstudies. Hij is gespecialiseerd in de hedendaagse islam in de Arabische wereld en heeft hierover veelvuldig gepubliceerd.

Bijpassende boeken

Philippe Boxho – De doden spreken

Philippe Boxho De doden spreken recensie en informatie boek van de Belgische forensisch arts over moord, zelfmoord en de plaats delict. Op 11 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij Volt het nieuwe true crime boek van dr. Philippe Boxho. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Philippe Boxho De doden spreken recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van De doden spreken, het boek van de forensisch arts Philippe Boxho over moord, zelfmoord en de plaats delict, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Philippe Boxho De doden spreken

De doden spreken

Over moord, zelfmoord en de plaats delict

  • Auteur: Philippe Boxho (België)
  • Soort boek: true crime boek
  • Uitgever: Uitgeverij Volt
  • Verschijnt: 11 februari 2025
  • Omvang: 192 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek van de forensisch arts Philippe Boxho

De Belgische forensisch arts Philippe Boxho neemt ons mee in zijn dagelijkse praktijk – vol met doden die soms nog niet altijd (helemaal) gestorven zijn, met verdwenen lichamen, en met verbazingwekkende zelfmoorden. De verhalen die hij vertelt, ontleent hij aan de werkelijkheid. Niets is verzonnen, en dat hoeft ook niet, want de werkelijkheid is al erg genoeg. De menselijke fantasie is ongekend, wanneer het gaat om sterven, doden of het laten verdwijnen van een lijk.

Philippe Boxho vertelt in meer dan dertig verhalen over zijn beroep, zijn passie. Hij beschrijft wat er met lichamen gebeurt na de dood, met verhalen over mummies en vliegen. Hij blijft stilstaan bij een man die dacht te sterven door een enkel schot, maar nog leefde na het dertigste. Bij iemand die bij een poging tot ophanging stierf door een schedelfractuur. Bij een moordenaar die nooit alcohol had moeten drinken. En bij een vrouw die na haar dood nog zweette. Na het lezen van dit boek zul je nooit meer op dezelfde manier naar een varken of naar een haardvuur kijken. Boxho nodigt ons uit om te lachen om de dood, voordat de dood naar ons glimlacht.

Philippe Boxho is geboren op 15 juni 1965 in Luik, België. Hij is Philippe Boxho Belgisch forensisch artsprofessor in de Geneeskunde aan de universiteit van Luik en forensisch arts. Al dertig jaar snijdt hij in lichamen van mensen die onder verdachte omstandigheden zijn overleden om de doodsoorzaak te achterhalen en werkt hij mee aan de geruchtmakendste zaken.

Bijpassende boeken en informatie

Virginia Woolf – Over ziek zijn

Virginia Woolf Over ziek zijn recensie en informatie tekst uit 1926 van de Engelse schrijfster, aangevuld met bijdragen van de auteurs Alexandra Philippa, Babs Gons, Jameisha Prescod, Jan van Mersbergen, Lieke Marsman, Marijn Sikken, Marit Pilage, Maureen Ghazal, Michaël Van Remoortere, Nadia de Vries, Stef Hulskamp en Yasmin Namavar. Op 5 november 2024 verschijnt bij Uitgeverij HetMoet dit boek met essays over ziek zijn. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteurs en over de uitgave. Bovendien is het boek gerecenseerd door een van onze redacteuren.

Virginia Woolf Over ziek zijn recensie van Tim Donker

Er was een paus voor nodig, en iemand die ik niet kende. Maar misschien ook mijn moeder een beetje.

Het begon met een vrouw. Het begint verdorie altijd met een vrouw. Het was zomaar een vrouw, het was een hele speciale vrouw, er waren dingen en gesprekken, het maakte niet zoveel uit dat zij getrouwd was, en ik zo goed als toen (en later echt) (maar bij toen hadden die vrouw en ik allang ruzie en zagen we elkaar nooit meer), ik kon het alleen niet zo goed aanhoren als ze over haar man begon want ik wilde, voor de duur van onze gesprekken dan toch, de enige man in de hele wereld zijn voor haar. Op een dag vertelde ze van een essay, geschreven door haar man. Over de paus. Zo’n mooi essay als hij geschreven had, zei ze, en ik voelde mijn ergernis reeds groeien. Het ging over de paus, er was een paus in die dagen, een paus die ziek was, een paus die langzaamaan aftakelde, maar paus bleef, en als paus zichtbaar, je kon hem zien, op teevee, trillend, bibberend, murmelend, en dat was iets waar om gelachen werd. Niet alleen door de meeste mensen, de meeste mensen lachen om alles, en ook niet alleen door cabaretiers, de meeste cabaretiers zijn dom genoeg om vooral te spotten met dingen waar de meeste mensen om zullen lachen, maar eigenlijk wel door iedereen. Ook ik had me afgevraagd of die man niet beter ophield paus te zijn, misschien had ik er zelfs wel eens een grap in gezien door een vergelijking te trekken tussen een zieke paus en de deplorabele staat van het gristendom. En daar had haar man een essay over geschreven. Ik wilde al wat gaan zeggen. In zijn essay, zo ging de vrouw verder, keerde haar man zich tegen de lachers. De spotters. De haters. Hij zag er juist iets nobels in, iets moois, om zijn aftakeling, zijn ziekte te dragen en te tonen. Zich daar niet voor te schamen maar rechtop (nuja bij wijze van spreken dan) zijn levenseinde tegemoet te gaan. Iedereen gaat dood, iedereen wordt naar het einde toe steeds een beetje verder afgebroken, waarom moet dat verborgen blijven, waarom niet, openlijk, lijden?

En ik zweeg. Ik had zo graag gewild dat het om een idiote mening zou gaan, om iets wat ik met twee woorden van tafel had kunnen vegen, maar die dag moest ik mijn meerdere in hem erkennen. Hij had de vinger gelegd op een plek die ik niet had willen zien. Ineens dacht ik aan mijn moeder. Van toen we net in Eindhoven woonden, en een nogal vormelijke buurvrouw hadden. Die heel sjiek was of in ieder geval graag het idee had dat ze heel erg sjiek was. Mijn moeder vergeleek haar altijd met een personage uit een Britse comedyserie. Op enig moment werd de buurman ziek. Erg ziek. Alzheimer. Buurvrouw bracht haar man naar een tehuis en keek er niet veel meer naar om. Zei mijn moeder, ik lette niet zo op die dingen, we woonden net in Eindhoven, de grootstad zowaar, toch wel vergeleken bij het dorp waar we vandaan kwamen, en voor het eerst in mijn leven had ik vrienden, ik was niet vaak thuis, ik ging uit, ik ging dingen doen met vrienden, ik was al bijna gelukkig, in ieder geval te zorgeloos om veel met de buren bezig te zijn. Maar mijn moeder wist het wel, wat daar wel gebeurde en wat er niet gebeurde, ze wist dat buurvrouw haar man een beetje aan zijn lot overliet, en ze wist ook waarom. “Die man gaat dood,” zei ze, “en dat is niet sjiek. Je kunt niet sjiek doodgaan.” Het werden gevleugelde woorden bij ons thuis, die nog vaak herhaald werden: “Doodgaan is niet sjiek.”

En aan doodgaan dacht ik, en aan sjiek zijn, en aan lijden, en aftakeling, en ziekte, en waarom we toch zo’n diepgewortelde neiging hebben om ervan weg te kijken, het uit het blikveld te willen hebben, ouderen en zwakken het recht op een podium liever ontzeggen. “Die is daar te oud voor”, “Die is toch veel te ziek”, “Die moet zo langzamerhand eens ophouden”. Zulke uitspraken. Daarover dacht ik na, maar daar was wel een paus voor nodig. En iemand die ik niet kende. En misschien ook mijn moeder een beetje.

Een virus later begon ik nog scherper te zien. Zonder de diskussie over covid opnieuw op scherp te willen zetten, wil ik toch doen opmerken dat één van de dingen die mij verbijsterden dit was: een virus -hoe gevaarlijk of niet, dat wil ik nu even niet aan de orde stellen- is klaarblijkelijk voor bijna iedereen in de hele wereld een supergoede reden om het totalitarisme te installeren. Van de ene op de andere dag leefden we in een dictatuur, en dat was goed want anders werd je misschien ziek. Bedrijven gingen failliet, kinderen liepen grote achterstanden op school op, jongeren pleegden in eenzaamheid zelfmoord, studenten maakten uit onvrede hun studie niet af, ouderen stierven eenzaam en alleen, de overheid vertelde u wanneer u naar uw werk mocht en wanneer u thuis moest blijven, een avondklok werd ingesteld, en alles was goed, alles was helemaal oké, want anders werd je misschien ziek. De gemiddelde mens is dus liever onvrij dan ziek. Dus. Ziekte is niet alleen maar iets dat beter verborgen gehouden wordt, het mag eigenlijk niet eens bestaan. Het is u verboden ziek te worden, het is u verboden dood te gaan.

En, als Woolf stelt in het titelessay, het is u ook verboden erover te praten (ik had een buurvrouw ooit, een andere dan die van die man die alzheimer kreeg overigens, die het niet over kanker had maar over “k”, alsof alleen al het uitspreken van het hele woord onheil kon aanrichten – ik wist eerst niet eens waar ze over had als ze met haar fluisterstem en haar indringende blik begon over kaa)(ik dacht dat ze het over een slang had, of over kaas) (als kinderken zong ik met het titellied van een bekende neerlandse comedyserie al uit volle borst mee: “heb ik suiker, of is het kaas?”) (ik dacht dat dat over een boodschappenlijstje ging ofzo, mijn vader was psycholoog en die werd serieus wel eens gebeld door patiënten met de vraag wat ze die avond moesten eten, ik dacht dat mensen zulke vragen dan misschien ook wel aan hun huisarts zouden stellen) (maar is dit nu de twede keer in korte tijd dat ik over een comedyserie begin?) (wat is er mis met mij?). Volgens Woolf is ziekte nauwelijks een onderwerp in de literatuur. Ik overzie dat niet ganselijk, ik heb in de voorbije jaren toch best wat boeken gelezen die gingen over mensen met kroniese of terminale ziekten, maar ik wil best aannemen dat het in de tijd van Virginia Woolf, of misschien zelfs nog altijd, een ondergewaardeerd onderwerp is waar veel schrijvers zich niet mee bezig willen houden. Dat er een “men” is die zich in zijn algemeenheid krampachtig verhoudt tot ziekte, en zich liever tot grappenmakerij of in het uiterste geval tot dictatuur wendt, is in ieder geval een zeer juiste observatie.

Een angst voor ziek(t)en, dus, waar we nodig vanaf moeten; volgens de inleiding lijdt 55% van de bevolking aan één of andere kroniese ziekte, waarom niet meer geschreven, waarom niet meer gesproken. De taal lijkt er al niet goed voor uitgerust te zijn. Woolf stelt dat onze vocabulaire niet rijk genoeg is om de verschillende nuances in onwelbevinden, de kleuringen die pijn aan kan nemen, de totaalervaring van het ziek zijn accuraat te benoemen. “Laat iemand met een ziekte onder de leden aan de dokter zijn hoofdpijn beschrijven en de taal loopt meteen vast.” schrijft ze. De semantiek en pragmatiek van ziekte is eigenlijk een interessant thema waar ik zelf nooit zo over nagedacht heb, daar had Woolf wat mij betreft wel iets langer op door mogen gaan. Elders las ik onlangs hoe de taal ook tekortschiet om geluid te beschrijven; misschien is er een kloof tussen taal en lichamelijke ervaringen? Is daar al ooit eens iemand op gepromoveerd? Hoe ervaar je hoofdpijn? Kun je ooit iets zeggen over andermans hoofdpijn? Is iemand die met hoofdpijn alleen maar met gesloten gordijnen op bed kan liggen een aansteller, of heeft die gewoon een veel heftiger soort hoofdpijn dan degene die met een paracetamolletje achter de kiezen gewoon kan gaan werken? Is het ook hierom dat ziekte een gevoel van eenzaamheid met zich mee kan brengen: ieder is op zijn eigen, ondeelbare, wijze ziek.  “[De mens] kan zich geen moment van het lichaam losmaken”, schrijft Woolf; en dus verdwijnen we, mens zowel als corpus, geheel in “de braaklanden en woestijnen van de ziel die een griepje aan het licht brengt”, waar niemand met ons samen kan zijn. Maar niet alleen de taal zorgt voor afstand. Woolf duidt gezonde mensen als “staanders” aan, en zieken als “liggers”. “De staanders” beschouwen “de liggers” als deserteurs omdat ze opgehouden zijn met het immer voorwaarts, het onophoudelijke bewegen, de gang vooruit. Een zieke kan dus alleen medelijdend of misprijzend benaderd worden door een gezonde medemens, maar nooit geheel gelijkwaardig. “Wie vraagt om kritiek van een zieke of om gezond verstand van de bedlegerigen?” vraagt ze zich af (deed ook, vele jaren later, Will Oldham: “never take the advice from the lips of sick friends”!). Terwijl “de liggers” andere diepten kunnen bereiken dan “de staanders”; ze hebben meer voeling met mystiek; de heerschappij van het intellect is neer, de cognitie moet wijken voor het zintuigelijke, en dus intimideert de status die ideeën (over de bedenkers van die ideeën) hebben niet langer, maar openbaren betekenissen zich directer, lichamelijker. “De slagbomen zijn op”; “de politie heeft geen dienst”; het brein stelt het zonder bewaking, en in het grillige genoegen van zijn in onbruik geraakte verstand heeft de zieke een beter oog voor het ongeziene, meer voeling met poëzie, de beweging van wat doorgaans onbeweeglijk geacht wordt (koortsdromen!). Virginia Woolfs essay, het hoofdessay van deze bundel, is maar een dertiental pagina’s lang maar het is rijk genoeg om in die bescheiden ruimte verschillende onvermoede aspecten van ziek zijn aan de orde te stellen. Taal, psychologie, kunst, sociologie. Bijvoorbeeld. En dan te denken dat het niet eens de mooiste tekst uit Over ziek zijn is!

Het stuk van de aanbiddelijke Nadia de Vries, om te beginnen. Hoe ze de odyssee naar het arbeidsbureau beschrijft, de odyssee naar de bank, naar de kamer, naar de bank, naar de telefoon. De pijn. Hoe een popster in elkaar te slaan. Hoe alles elders is. De dossiers met informatie over haarzelf. Zijn elders. De buitenwereld. Is elders. De hartstochten. Zijn elders. Veel van haar woorden gaan over haar kat, wat me al direct voor haar inneemt. Hoe werkt dat? Ik als kattenmens. Hoe mooi had ik het gevonden als het een hond wat geweest? Maar nu wil ik ineens al haar boeken gaan lezen.

Of. Michaël Van Remoortere. Zijn idee dat het vooral “de waanzinnigen” (& de anderszins “onreguleerbaren”) zijn die duidelijk tonen in welk bedje de maatschappij als geheel feitelijk ziek is, is niet nieuw maar de manier waarop hij dit verbindt met een andere gedachte, namelijk onze door hem als schizoïde ontmaskerde verhouding tot arbeid vond ik uitermate prikkelend. Op briljante wijze brengt hij naar voren hoe wij geneigd zijn arbeid te zien als een plicht, maar ook, en evenzeer, als een soort “zalig” voorrecht. Toen ik een jaar of twintig was, moest ik, in een van mijn eerste bijbaantjes, in de avondlijke, en zomwijlen nachtelijke, uren de jaarbeurs schoonmaken als de bezoekers van een beurs naar huis waren gegaan. Bij grotere beurzen, zoals de vakantiebeurs, was dat een zware en langdurige klus. Ik herinner me hoe we een keer met zijn allen tegen de muur geleund zaten met koffiebekertjes in onze hand – koffiepauze om drie uur in de nacht(!). We hadden hard gewerkt maar er was nog veel meer te doen. Ik zei, meer voor de grap dan om een of andere diskussie waar ik sowieso veel te moe voor was aan te zwengelen, iets over in onze jonge jaren opgesloten zitten in een deprimerend gebouw om te sloven voor een paar lullige centen. Een gozer, niet veel ouder dan ik, stoof op en zei: “Je moet juist blij zijn dat je nog sloven kan! Zoveel mensen zitten zonder werk!”. Ik zweeg, ik was, als gezegd, te moe voor diskussie, maar de uitdrukking “blij zijn om te sloven”, (door mij al gauw verkort tot “blij om slaaf te zijn”)  en het paradoxale ervan, is me altijd bijgebleven, en is er de bron van dat ik me vanaf toen, in de ene periode met al wat meer enthousiasme dan in de andere, ben gaan interesseren voor arbeidsfilosofie. Volgens Van Remoortere hangt dit nauw samen met de eis alles te vereconomiseren; alleen wat iets oplevert, heeft waarde. Zijn schrijfstijl ligt om de hoek bij die van Wouter Kusters: eigenzinnigheid, (zwarte) humor, eruditie en een vlijmscherp waarnemingsvermogen leveren een tekst op die gelezen, overdacht, herlezen en nogmaals overdacht wil, nee moet worden. Over de megalomanie en psychopathie van directeuren van grote bedrijven zegt hij: “De keerzijde van de medaille is dat alle mentale aandoeningen die de productiviteit verhogen niet geproblematiseerd worden. Het narcisme van de gemiddelde CEO die ten koste van anderen beslissingen neemt die het BNP van westerse landen opstuwen, wordt nauwelijks als een maatschappelijk probleem ervaren. De idee dat eender welke woorden uit de monden van clowns die Big Tech regeren serieus genomen worden, lijkt me de ware waanzin van deze tijd.”; dat soort passages wil ik wel uitschreeuwen (en dit deed me dan ook nog geheel momenteelderlijk overpeinzen hoe het zou zijn als we allemaal woonden in een andere, een betere, een rechtvaardigere wereld, waarin het juist die “clowns” zouden zijn die gehospitaliseerd worden en elkendeen die volgens de huidige zienswijze “ziek” genoemd dient te worden, de dienst gaat uitmaken) (waardoor ik ook meteen weer naarstig op zoek ging naar dat boek van Dodie Bellamy When the sick rule the world) (een boek waarvan me eigenlijk alleen haar weerzin tegen fluitende mannen is bijgebleven) (een weerzin die ik deel) (ik kon het boek echter zo gauw niet vinden en ik had nog meer te doen).

Of. Het geniale, nee GENIALE, het briljante, het voortreffelijke, het prachtige essay Kus kus kus van Stef Hulskamp dat elke kwalificatie voorbij is en waarover ik bijgevolg dan ook maar niks zeg, maar lees het, mensen, lees het, die tekst alleen al rechtvaardigt in ruime mate de aanschaf van dit boek.

Of. Marijn Sikken. Die nog met een andere invalshoek komt. Het kronies zieke kind. Volgens Sikken komt het kroniese zieke kind moeizaam, of misschien zelfs helemaal niet, tot een eigen identiteit omdat dit kind onder continue observatie staat. De mooiste, intelligentste en liefste vrouw die ik ooit gekend heb, zei mij ooit: “Kinderen moeten ook wel eens ongezien kunnen gaan”. Sikken onderschrijft dit, en stelt dat kinderen ongezienheid nodig hebben om eigenheid te ontwikkelen. Maar het kronies zieke kind gaat zelden helemaal ongezien (een ongemakkelijkheid die ik, maar dat is een ander verhaal, pas in mijn volwassen leven heb leren kennen). Het observeren gebeurt dan ook veelal door medici zodat het kind in het zien dan ook keer en keer opnieuw bevestigd wordt in zijn of haar ziek zijn. Ook is er een onbreekbare afhankelijkheid (het kronies zieke kind kan nooit eens woedend het huis uit stormen!), zodat het kind zich misschien gezeglijker opstelt dan het zou willen zijn; het heeft er immers bitter weinig belang bij zijn verzorgers tegen zich in het harnas te jagen. Sikken laat de lezer erover nadenken of “beste bedoelingen” niet ook fnuikend kunnen zijn, een aantasting van autonomie inhouden. Ook ruimer getrokken een tot nadenken stemmend essay dat mij liet reflecteren op mijn eigen vaderschap (van twee “staanders”, zoals Virginia Woolf het zou noemen).

En dan, vrijwel op het eind, doet Lieke Marsman me weer even aan mijn moeder denken. Als ze schrijft hoe ze steeds haar kanker tot onderwerp wil maken. Mijn moeder vertelde me dat ze, toen er borstkanker bij haar was geconstateerd, steeds de aanvechting had om vanuit het niets, zelfs tegen vreemden, over deze diagnose te beginnen. Bij de bushalte, tegen een passant op straat, tegen wachtenden bij de bakker. We lachten erom, schetsten samen situaties waarin het volgens de heersende moraal totaal ongepast zou zijn om te beginnen over borstkanker, we maakten er bijna een soort sketches van. En toch. Waarom slaat het dingen dood om in een nikserig kletspraatje over een ernstige ziekte te beginnen. Ziekte is onderdeel van het leven, stelt Yasmin Namavar. Dus niet iets dat daar angstvallig vandaan gehouden zou moeten worden – als verboden onderwerp en verboden zijnsstaat.

Over ziek zijn is overrompelend mooi, belangwekkend en pijnlijk scherp. Het verdient een plek op vele tafels. De leestafel, de schijftafel, de borreltafel, de kaffeetafel. De tafel waaraan de beleidsmakers zitten. De tafel van de medici, de ouders, de onderwijzers. Het breekt dingen open die hoognodig opengebroken moeten worden. Ik zou het wel willen geven aan die veel te blije eikels die op dit moment voorbij mijn keukenraam lopen met hun domme fluorescerende ijsmutsen op hun lachende koppen, juist omdat ze me in hun voorbijgaan troffen als mensen die menen dat dit thema hen niet aanbelangt. Maar ik geef niks weg, ik heb maar een exemplaar, en dat hou ik lekker zelf.

Virginia Woolf Over ziek zijn

Over ziek zijn

  • Auteur: Virginia Woolf (Engeland)
  • Bijdragen van: Lieke Marsman, Mieke van Zonneveld
  • Origineel: On Being Ill (1926)
  • Nederlandse vertaling: Monique ter Berg
  • Soort boek: non-fictie
  • Uitgever: Uitgeverij HetMoet
  • Verschijnt: 5 november 2024
  • Omvang: 200 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 23,50 / € 6,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek over ziek zijn

In deze bundel vindt u, gecombineerd met bijdragen van drie hedendaagse dichters, de eerste Nederlandse editie van Woolfs On being ill in een vertaling van Monique ter Berg.

Woolf schreef Over ziek zijn terwijl ze weken aan een stuk aan bed gekluisterd was. Lieke Marsman en Mieke van Zonneveld werden op jonge leeftijd getroffen door kanker. Deryn Rees-Jones raakte besmet met het COVID-19 virus. Zij schreef bij deze uitgave een inleidend voorwoord.

Van Zonneveld verwonderde zich over de ‘vlagen van vreugde’ tijdens haar ziekste momenten. Ze vond nieuwe religieuze verdieping. Tien jaar na dato merkt ze dat de normaliteit de twijfel soms weer uitnodigt. ‘Als de dood zich opnieuw aandient, hoop ik dat mijn sceptische alter-ego in een rivier van genade verzuipt,’ schrijft ze.

Net als Woolf constateert Marsman dat ziek zijn de kritische waarneming kan verscherpen: ‘Ziek zijn zet alles op z’n kop, en in de chaos die ontstaat, doemen abstracte beleidsbeslissingen op als in de praktijk gebrachte dictaten die bepalen of de afdeling waarop je ligt wel of niet onderbezet is.’

Woolf vraagt zich in haar essay af of het thema ‘ziekte’ in de literatuur niet net zoveel aandacht zou moeten krijgen als liefde, jaloezie en macht. Over ziek zijn geeft het die aandacht.

Bijpassende boeken

Eric van ’t Zelfde – Supersociaal

Eric van ’t Zelfde Supersociaal recensie en informatie memoir en boek over waarom een schooldirecteur nu voor daklozen zorgt. Op 15 april 2025 verschijnt bij uitgeverij Prometheus het nieuwe memoir van Eric van ’t Zelfde voormalig schooldirecteur en tegenwoordig sociaal werker bij de Pauluskerk in Rotterdam en mede presentator van het tv-programma Dream School. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Eric van ’t Zelfde Supersociaal recensie en informatie

  • “Een onconventionele schooldirecteur redde een school in de moeilijkste wijk van Nederland, maar ging er zelf haast aan onderdoor.” (de Volkskrant over Superschool)

Eric van 't Zelfde Supersociaal

Supersociaal

Waarom een schooldirecteur nu voor daklozen zorgt

  • Auteur: Eric van ’t Zelfde (Nederland)
  • Soort boek: memoir
  • Uitgever: Prometheus
  • Verschijnt: 15 april 2025
  • Omvang: 208 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 20,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Eric van ’t Zelfde

Het nieuwe boek van de auteur van Superschool: een heftig, ontroerend verslag van zijn tochten door het onderwijs en de zelfkant van de samenleving

Hij werd bejubeld in de onderwijswereld, schreef de bestseller Superschool en was regelmatig op de tv. Alles wat Eric van ’t Zelfde wilde veranderen, lukte in Rotterdam, Gorinchem en Laren. Maar in Drachten ging het mis. Waar vijf voorgangers niet in slaagden, faalde ook Van ’t Zelfde: hij kreeg te maken met ruzie en achterklap, muitende collega’s en een dwarsliggende medezeggenschapsraad.

Na een paar maanden hield hij het voor gezien. Hij verliet het onderwijs en werd sociaal werker bij de Pauluskerk in Rotterdam. Sindsdien staat hij dagelijks oog in oog met de mensen die het in onze maatschappij echt niet meer kunnen redden.

Supersociaal is het heftige, ontroerende verslag van zijn tochten door het onderwijs en de zelfkant van de samenleving. Zijn verhalen zijn vaak hartverscheurend en ontluisterend. En bij alles wat Eric van ’t Zelfde doet, vraagt hij zich af: hoe heeft de maatschappij dit in vredesnaam kunnen laten gebeuren, en wat kan ik eraan doen?

Eric van ’t Zelfde is geboren in 1972 in Schiedam. wist binnen vijf jaar de Rotterdamse Hugo de Grootschool te veranderen van de slechtste school van Nederland tot een van de beste. Over zijn ervaringen schreef hij het boek Superschool. Tegenwoordig is hij sociaal werker in de Pauluskerk in Rotterdam. Hij is samen met Lucia Rijker de presentator van het televisieprogramma Dream School.

Bijpassende boeken en informatie

Victor Kal – Nietzsches ogenblik

Victor Kal Nietzsches ogenblik recensie en informatie van de inhoud van het boek over het denken van Friedrich Nietzsche. Op 7 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij Prometheus het nieuwe boek van Victor Kal, de voormalig hoofddocent wijsbegeerte aan de Universiteit van Amsterdam. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Victor Kal Nietzsches ogenblik recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Nietzsches ogenblik het nieuwe boek van Jan Kal, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Victor Kal Nietzsches ogenblik

Nietzsches ogenblik

  • Auteur: Victor Kal (Nederland)
  • Soort boek: filosofieboek
  • Uitgever: Prometheus
  • Verschijnt: 7 februari 2025
  • Omvang: 288 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 24,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek over Friedrich Nietzsche van Victor Kal

Van Nietzsche weet men dat hij de ‘dood van God’ propageert, en ook de ‘wil tot de macht’. Minder bekend is dat die ‘dood van God’ de weg opent voor een betovering die in feite religieus is, terwijl de ‘wil tot de macht’ duidt op de mogelijkheid om zich als mens niet langer ergens achter te verschuilen en voortaan als mens voluit ‘soeverein’ te zijn. Het is Nietzsche te doen om persoonlijke verantwoordelijkheid en om ernst die niets ontziet. Zulke verantwoordelijkheid en ernst zouden het nihilisme en de hypocrisie waarin de moderne samenleving zich heeft laten vangen moeten doorbreken.

Intussen laat Nietzsche vrijheid en verantwoordelijkheid teruggaan op het ogenblik waarin een mens alsnog waarneemt wat hem te doen staat, zo kwetsbaar als die mens zich daarmee maakt. Door dat ogenblik telkens opnieuw tegemoet te zien verwerft een leven tegelijk grote allure en bescheiden inhoud.

Nietzsches ogenblik betreft echter ook de gedachte dat Nietzsche heden ‘zijn moment heeft’. We maken immers mee hoe volksmenners er met een zeker gemak in slagen de geesten in beslag te nemen. Nietzsche maakt duidelijk wat voor mentaliteit vereist is, wil je deze trend doorbreken. Op het spel staat de morele ruggengraat van de vrije burger.

Zorgvuldige analyse van Nietzsches denken onthult niet alleen de betekenis van zijn soms lelijke provocaties, maar maakt ook de buitengewone liefde zichtbaar die hij mensen en dingen toedraagt. Dat denken is tegelijk religieus en emancipatoir; het tweede kan niet zonder het eerste. Ook maakt de lezer kennis met een Griekse Nietzsche, en zelfs met een joodse Nietzsche.

Victor Kal is geboren in 1951. was van 1994 tot 2022 hoofddocent wijsbegeerte aan de Universiteit van Amsterdam. Hij publiceerde eerder De list van SpinozaDe grote gelijkschakeling (2020) en Poetins filosoof. Alexander Doegin (2023).

Bijpassende boeken

Sumit Paul-Choudhury – The Bright Side

Sumit Paul-Choudhury The Bright Side recensie en informatie boek met een optimistische geschiedenis van de mensheid. Op 6 februari 2025 verschijnt bij Alfabet Uitgevers de Nederlandse vertaling van The Bright Side. Het boek is geschreven door de Britse schrijver en wetenschapper Sumit Paul-Choudhury. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijver en over de uitgave.

Sumit Paul-Choudhury The Bright Side recensie en informatie

  • “Een werkelijk inspirerend en mooi boek met een krachtige en actuele boodschap voor de hedendaagse samenleving.” (Jim Al-Khalili)

Sumit Paul-Choudhury The Bright Side

The Bright Side

Een optimistische geschiedenis van de mensheid

  • Auteur: Sumit Paul-Choudhury
  • Soort boek: levenskunst, non-fictie
  • Origineel: The Bright Side (2025)
  • Uitgever: Alfabet Uitgevers
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 352 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Boekenwereld / Bol / Libris

Flaptekst van het boek van Sumit Paul-Choudhury

In The Bright Side presenteert journalist Sumit Paul-Choudhury een
revolutionaire zienswijze: optimisme is niet alleen aangeboren, het is ook van levensbelang. Zonder optimisme hadden we het niet gered in de onvoorspelbare en vaak vijandige wereld waarin we zijn geëvolueerd. Maar optimisme is niet uitsluitend voor extreme tijden. Het werkt ook door in het leven van alledag: in onze relaties, onze carrière, ons fysieke en mentale reilen en zeilen. En dat niet alleen, optimisme is onontbeerlijk om het hoofd te kunnen bieden aan de uitdagingen van deze tijd.

The Bright Side is een krachtig pleidooi voor hoop, het biedt een broodnodig nieuw perspectief op de toekomst van de mensheid. Het laat zien hoe we met daadkracht, fantasie en positiviteit de oversteek naar de zonzijde kunnen maken, zelfs en vooral als de toekomst somber lijkt.

Sumit Paul-Choudhury is astrofysicus, journalist en voormalig hoofdredacteur van New Scientist. Hij schrijft over wetenschap, technologie en de toekomst.

Bijpassende boeken

Leen Dendievel – Soms is opgeven beter

Leen Dendievel Soms is opgeven beter recensie en informatie boek van de Vlaamse actrice met een pleidooi om af en toe weloverwogen op te geven. Op 6 februari 2025 verschijnt bij Uitgeverij Horizon het nieuwe boek van de uit Vlaanderen afkomstige actrice en schrijfster Leen Dendievel. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster en over de uitgave.

Leen Dendievel Soms is opgeven beter recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Soms is opgeven beter, geschreven door de Vlaamse actrice Leen Dendievel, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Leen Dendievel Soms is opgeven beter

Soms is opgeven beter

Een pleidooi om af en toe weloverwogen op te geven

  • Auteur: Leen Dendievel (België)
  • Soort boek: levenskunstboek, non-fictie
  • Uitgever: Uitgeverij Horizon
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 204 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,99 / € 9,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Leen Dendievel

Blijf je in een ongelukkig huwelijk of stel je een carrièreswitch uit? In deze prestatiegerichte maatschappij beogen we zogezegd succes door te volharden in onze voornemens. Leen Dendievel vertrok naar Santiago de Compostella, maar besloot na een week op haar stappen terug te keren of, met andere woorden, op te geven. Leen betoogt dat dromen en doelen kunnen veranderen, niet meer passen bij wie je bent, dat je het recht hebt om op te geven, van mening te veranderen en je hart te volgen tegen alle verwachtingen in. WELOVERWOGEN OPGEVEN kan je net succes bezorgen. Want, soms is opgeven beter.

Leen Dendievel is geboren op 1 december 1983 in Kortrijk, West-Vlaanderen. Ze is actrice, bekend van theater en televisie. In 2014 studeerde ze af als assistente in de psychologie. Leen debuteerde in 2016 met HARD, over liefdesverdriet. Twee jaar later volgde Asem, over angsten. Haar roman Georges & Rita (2020) werd een bestseller, alsook Brief aan mijn kind (2021). In 2023 verscheen De zin van een kind gevolgd in 2025 door Soms is opgeven beter.

Bijpassende boeken en informatie

Fleur Jongepier – Berghonger

Fleur Jongepier Berghonger recensie en informatie boek over een filosofische tocht door de bergen. Op 6 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij het nieuwe boek van de Nederlandse filosoof en schrijfster Fleur Jongepier. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster en over de uitgave.

Fleur Jongepier Berghonger recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Berghonger, het nieuwe boek van de Nederlandse filosofe en schrijfster Fleur Jongepier, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Fleur Jongepier Berghonger

Berghonger

Vragen naar de onbekende weg

  • Auteur: Fleur Jongepier (Nederland)
  • Soort boek: filosofisch wandelboek
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 256 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 23,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Fleur Jongepier

Waarom werk ik zo hard? Doe ik wel genoeg dingen waar ik gelukkig van word? Kun je alleen zijn zonder eenzaam te zijn? Hoe geniet ik van de natuur zonder haar geweld aan te doen? Zit ik wel goed in mijn vel? Voel ik mijn vel eigenlijk wel?

In de bergen kijken we beter, voelen we meer en denken we minder. De bergen putten ons uit, leiden ons af, bieden gezelschap en maken ons eenzaam. Ze overweldigen ons met hun natuurpracht en brengen ons angst en euforie.

In Berghonger onderneemt Fleur Jongepier een bruisende filosofische tocht door de bergen. Met humor en kwetsbaarheid laat ze zien hoe de bergen ons uitnodigen de confrontatie aan te gaan met vragen en ambities die we, als we alleen maar een blokje om zouden lopen, zouden wegwuiven als dromerig of idealistisch.

Fleur Jongepier is geboren in 1986. Ze is filosoof en publicist. Haar columns en essays verschenen onder meer in de Volkskrant, NRC,  Trouw en Bij Nader Inzien. Eerder was ze medeauteur van het boek Ik. Filosofie van het zelf (2017).

Bijpassende boeken en informatie

Sophie Galabru – Familie

Sophie Galabru Familie recensie en informatie boek van de Franse filosofe over een zoektocht naar wat ons bindt. Op 6 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij Ten Have de Nederlandse vertaling van Faire famille van de uit Frankrijk afkomstige filosoof Sophie Galabru. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Sophie Galabru Familie recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Familie, een zoektocht naar wat ons bindt, het boek van de Franse filosoof Sophie Galabru, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Sophie Galabru Familie

Familie

Een zoektocht naar wat ons bindt

  • Auteur: Sophie Galabru (Frankrijk)
  • Soort boek: filosofieboek
  • Origineel: Faire famille (2023)
  • Uitgever: Ten Have
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 22 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 24,99 / € 11,99
  • Boek bestellen bij: Boekenwereld / Bol / Libris

Flaptekst van het boek van de Franse filosofe Sophie Galabru

Het gezin is inherent gespannen door de verstrengeling van identiteit en verschil, bescherming en vrijheid, overdracht en scheiding. Hoe om te gaan met vertrek en aankomst? Wat is de waarde van bloedbanden?

Sophie Galabru verkent in dit boek thema’s als taken, hiërarchie, bescherming en geweld verkent, evenals nieuwe en traditionele gezinsvormen. Door persoonlijke herinneringen, popcultuur, filosofie en sociologische studies te combineren, helpt Galabru lezers hun familiebanden te begrijpen en te verbeteren.

Sophie Galabru is geboren in 1990 in Frankrijk. Ze is afgestudeerd en gepromoveerd in de filosofie. Familie is haar eerste boek dat in Nederlandse vertaling verschijnt.

Bijpassende boeken en informatie