Categorie archieven: Franse roman

Edouard Leve – Zelfportret

Edouard Leve Zelfportret recensie en informatie over de inhoud van de roman van de Franse schrijver, fotograaf en kunstenaar. Op 26 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van de roman Autoportrait van de uit Frankrijk afkomstige schrijver, kunstenaar en fotograaf Édouard Levé. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de auteur, de vertaalster en over de uitgave.

Édouard Levé Zelfportret recensie en informatie

  • “Een zeer uitzonderlijk werk in het Franse literaire landschap, het behoort evenwel tot de zeer gesloten clan van belangrijke boeken.” (Le Midi Libre)
  • “Met zijn Zelfportret vindt Éduoard Levé een nieuwe vorm van het ik-verhaal uit. Levé schrijft banale dingen met gewone woorden, en toch is het buitengewoon.” (Libération)

Zelfportret recensie van Tim Donker

Zie. Daar. Bijna had ik iets gehaats gezegd. Levé komt af met een egodocument, misschien zoiets als een autobiografie maar dan wel een hele rare, misschien zoiets als een zelfportret maar dan wel geschreven en niet getekend. En bijna had ik het gezegd, bijna had ik er zelfs de bespreking mee geopend: Levé moet het weer eens anders doen hoor. Maar toen dacht ik aan mijn tante, mijn lievelingstante dan nog, ook zij nu dood, die over mijn moeder, haar zus, na haar dood altijd maar zei Se mos altijd allus andus doen as un anduh, En dat haatte ik. Dan mocht het nog honderd keer mijn lievelingstante zijn, ik haatte die uitspraak. Omdat mijn moeder dood was en met rust gelaten moest worden, omdat ik helemaal niet zo zeker weet of iemand zo nodig “andus” “mot” zijn “as een anduh”; is iedereen niet gewoon is zoals die is, en dat kan toevallig ook niet-gemiddeld zijn (terwijl het juist veel gemakkelijk is gemiddeld te zijn omdat de hele wereld is ingesteld op gemiddelde smaken, gemiddelde karakters, gemiddelde voorkeuren, gemiddelde neigingen en gemiddelde behoeften), omdat ik dat wantrouwen ten opzichte van alles dat afwijkt van de norm ernstig wantrouw, omdat het mogelijk moet zijn om er andere ideeën op na te houden (en bijvoorbeeld te weigeren je te laten inspuiten met een of ander experimenteel serum waarvan niemand de effecten op langere termijn kan voorspellen) zonder direct als een paria, een aansteller, een clown, een asociaal of een opruier gezien te worden. En toch. Ondanks mijn diepe haat tegen die uitspraak had ik m bijna zelf gebezigd. Bijna gezegd. Bijna geschreven. Édouard Levé moet het weer eens anders doen hoor.

Wat doet Levé eigenlijk? Hij maakt een zelfportret. Hij schrijft over zichzelf. Levé over Levé, honderdtien bladzijden lang, sommigen zouden dat een autobiografie noemen. Maar hij begint niet bij een begin. Vertellend over zijn jeugd, belangrijke gebeurtenissen, verhalend over de wegen die hem hebben geleid tot waar hij nu is. Zelfportret kent geen chronologie, geen narratief en geen verloop. Zelfportret is een opsomming. Een honderdtien bladzijden lange opsomming. Door Levé. Van karaktereigenschappen, eigenaardigheden, hebbelijkheden, ideeën, overtuigingen, waarnemingen, herinneringen. Van Levé.

Ik dacht aan David Markson. Ook bij hem regende het immers feiten. Geen actie, geen personages, slechts de gestage opeenvolging van feiten. Maar Markson plunderde encyclopedieën, of liet zijn, in dat geval ontzagwekkende, parate kennis langzaam over de pagina’s leegstromen, om het ik juist te laten verdwijnen onder een berg trivia over componisten, schrijvers, kunstenaars, filosofen, wetenschappers en andere publieke figuren; het weinige “ik” dat nog zichtbaar bleef, maskeerde hij met neutrale aliassen als “Reader”, “Writer” of “Novelist”. Levé laat de hele opsomming over hemzelf gaan. Er bevinden zich ook wel enkele opmerkingen tussen die gaan over familieleden of vrienden, maar dan is het uiteraard veelzeggend dat Levé juist dit of dat zegt over juist die-en-die, net zoals “se mos altijd allus andus doen as un anduh” uiteindelijk meer zegt over die tante dan over mijn moeder.

Een project als dit kent zijn gelijke niet. Misschien Seth Abramson, de enige andere literator waaraan ik moest denken. “Iets als dit” ondernam Abramson ooit. Maar dan als gedicht, en ook nog in de derde persoon (bij hem ging het geloof ik om uitspraken die anderen over hem gedaan hadden). Op boeklengte is dit echter nog vervreemdender. Nou is het wel niet zo’n heel erg dik boek, maar toch, het zijn toch heel erg veel losse, niet-chronologische en onsamenhangende uitspraken die allemaal over Édouard Levé gaan – een mens waarvan ik eigenlijk slechts één ander, ook al niet al te dik, boek ken.

Wat moet je hier over zeggen?
Hoe moet je dit bespreken?
Wat moet je doen om niet te vervallen in “Édouard Levé moet het weer eens anders doen hoor”?

Je kunt er niet eens een behoorlijke psychoanalyse op los laten, als je zoiets debiels al zou willen, want slechts een enkele keer wordt er iets gemeld dat als min of meer veelzeggend valt aan te merken. In “Ik verveel me liever alleen dan met zijn tweeën” of “Als voorbereiding op het koffers pakken maak ik een uitputtende lijst van wat ik meeneem, aangezien ik altijd hetzelfde meeneem sla ik die op in een map op mijn pc” tekent zich een man af; je kunt wijzen en zeggen Ja, dat tiepeert iemand. Maar veel vaker regeert de willekeur. “Ik hoop dat ik nooit een oor vind in een weiland” zal hij wel opgeschreven hebben toen hij Blue Velvet zat te kijken; aan “Ik zal maar één keer zonder te liegen ‘Ik sterf’ kunnen zeggen” is weinig particuliers te ontdekken en “Ik eet driemaal daags” gaat ook al voor heel veel mensen op.

Wat moet je hier over zeggen?
Hoe moet je dit bespreken?

Vooral kun je er veel niet over zeggen. Zelfportret is niet meteen heel ritmies: sommige zinnen zijn erg kort, andere juist weer ellenlang. Het kent ook geen uitgedachte opbouw in sfeer of kleuring: na een tragiese, zware, bedachtzame of dramatiese uitspraak volgt met hetzelfde gemak een luchtige, een onzinnige, een triviale, een absurde, of, meer dan eens, een extreem grappige. En hoewel het dus met nadruk niets gecomponeerds heeft, is Zelfportret toch in hoge mate muzikaal: het dwingt, het vangt, het golft en na verloop van maar een paar pagina’s hypnotiseert het zelfs, zodat je blijft lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen en lezen.

Wat moet je hier over zeggen?
Hoe moet je dit bespreken?

Dat je niet weet met welk idee Zelfportret geschreven zou kunnen zijn? Daar zijn momenten waarop je je kunt herkennen in wat Levé schrijft. Of. Ik in ieder geval. Heftig knikkend lees ik “Ik heb zelden spijt van handelen en steevast spijt van niet handelen. Ik denk terug aan de pijn van geschiedenissen die niet plaatsvonden”; Ja denkend, Zo is het denkend, aan alles denkend wat wellicht had kunnen zijn als ik niet te angstig te beschroomd te gekwetst te bescheten te klein te onbeholpen was geweest of om welke reden dan ook maar niet stappen wist over welke lullige emotie dan ook. Maar dat “o dat heb ik ook” kan niet, zal niet de reden zijn geweest waarom Levé Zelfportret schreef. En. Daar zijn ook momenten waarop ik me van dit boek, dit projekt, van Levé wens af te keren. “Ik denk niet dat ik nieuwe pareltjes in de klassieke muziek zal ontdekken,” schrijft hij, “maar ik weet zeker dat ik tot mijn dood zal genieten van deze die ik al ken”; en: “Ik weet niet of er nog iets te verbeteren valt aan de muziek van Bach” en zucht denk ik dan en o denk ik dan en daar gaan we weer denk ik dan, altijd weer die klassieke muziek, het zou eens fijn zijn een schrijver te lezen met een bredere muzieksmaak dan dat, gelukkig zegt hij verderop ook moje dingen die niet over rock of over Portishead niet meteen de allerbeste band die ik ken maar toch, of dat hij honden verkiest boven katten, ja, ook al zoiets, die hondenliefhebbers, mijn ganse schoonfamielje bestaat uit hondenliefhebbers en hoe zij zijn is precies hoe ik de hondenliefhebber zie: braaf, saai, doorsnee, burgerlijk, normatief, fantasieloos, volgzaam, klootloos. Maar ik denk ook niet dat Levé Zelfportret geschreven heeft met het doel zijn lezers te ergeren. De momenten dat je als lezer “Nee, echt?” denkt, “Meen je dat nou?” denkt, zijn gewoon maar inherent aan een projekt als dit: als wie dan ook in één gulp alles zou openbaren wat hij meent, denkt, vindt, voelt, doet, wil, haat, verlangt, afwijst, droomt, heeft en kan, zal daar altijd wel iets tussen zitten wat (lichte) weerzin wekt.

Dus.

Wat moet je hier over zeggen?
Hoe moet je dit bespreken?

Dit is het boek dat je zelf geschreven wou hebben. Maarja. Nu is het er al. Waarom zou je een boek als dit dan nog schrijven. Is dat niet het geniale aan dat wat waarlijk uniek is: op het moment dat het verschijnt, laat het zich met niets vergelijken, en al het gelijkende wat erna nog verschijnt zal gezien worden al na-aperij. Ondertussen, echter, vraag ik me wel af wat ik erin gezet zou hebben als ik een boek als Zelfportret had geschreven. Want dat is nog iets anders dat zo geweldig is aan dit boek. Ik vermoed maar zo dat Édouard Levé een tumultueuzer leven gehad heeft dan ik, en toch zijn de confidenties in Zelfportret zelden spectaculair te noemen. Het is vrijwel alles tamelik dagdagelijks, wat je hier leest kon ook slaan op de buurman of op je collega of op jouzelf. Dat is er ook de kracht van. Misschien dat alleen Levé’s sexuele escapades een slag pikanter zijn dan bij de meeste mensen het geval is (de momenten dat hij zulks ter sprake brengt zijn ook de enige momenten waarop je de schrijver voor een snoever zou houden); vooral, hier, ik-mededelingen van een zeer gangbaar tiepe, dingen die je zelf misschien als terzijde hebt gebezigd in gesprek met een van die vage bekenden die je op straat tegenkomt; de landen die je hebt bezocht, het eten dat je graag eet, dingen die je wel eens doet als je je verveelt (doelloos door het telefoonboek bladeren bijvoorbeeld). Waarin Zelfportret zo overweldigend, onthutsend, betoverend is, is dat er zo ontzettend veel van dit soort “nikserige” ik-mededelingen achter elkaar zijn gezet. Terwijl je steeds het gevoel blijft houden dat jij ook, ook jij, honderdtien bladzijden had kunnen vullen met zulke informatie over jezelf.

Wat moet je hier over zeggen?
Hoe moet je dit bespreken?

Of. Ja. Iets anders nog. Na-aperij ten spijt. Waarom zou dit niet een nieuw zjanrûh kunnen worden, komaan, er is vast ook iemand geweest die als allereerste een autobiografie schreef, die voor het eerst memoires te boek stelde. En dat was nog iets dat door mijn hoofd spookte toen ik Zelfportret las. Niet alleen hoe het kan dan zoveel banaals bij elkaar zo fascinerend kan zijn; en ook, niet alleen bleven als zeepbellen zinnen in mijn hoofd opkomen van het soort dat ik geschreven had in mijn hoogsteigen Zelfportret; ook dacht ik na over navolging. Stel dat Levé school maakt. Stel dat dit een nieuwe vorm van autobiografies schrijven wordt. Van welke schrijvers zou ik graag een boek als Zelfportret lezen? Van welke schrijvers vooral niet? De brutale eerlijkheid van Levé schrikt hier en daar af, maar hij maakt zich er zelf als figuur niet mee kapot. Ook dat is ongelooflijk. De meeste mensen zijn me al onherstelbaar antipathiek als ze maar twee of drie bekentenissen over zichzelf doen; Levé gaat ermee door en door zonder noemenswaardige imagoschade op te lopen. Wie doet hem dat na? Wie doet hem dit na? Wie doet er ooit nog iets na dit?

Wat met je hier over zeggen?
Hoe moet je dit bespreken?

Dit is één van de allermafste boeken die ik ooit gelezen heb, en ik heb ongelooflijk veel maffe boeken gelezen, echt waar, kom zelf eens een blik in mijn boekenkast werpen, en tegelijkertijd ook één van de meest intrigerende, misschien ook wel in een top zoveel of zoveel van de mooiste (ik noem geen nummers, daarvoor zijn het er teveel).

Dus.
Wat moet je hier verder nog over zeggen?
Hoe moet je een bespreking als dit afronden?

Niet. Je zegt gewoon “fantastisch”. En daarna doe je er het zwijgen toe.

Edouard Leve Zelfportret

Zelfportret

  • Auteur: Édouard Levé (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Autoportrait (2005)
  • Nederlandse vertaling: Karien Vandenberghe
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 26 september 2024
  • Omvang: 112 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Franse schrijver Édouard Levé

In dit briljante en ontnuchterende zelfportret verbergt Édouard Levé niets voor zijn lezers en schetst hij, min of meer willekeurig, zijn hele leven. Zelfportret is een fysieke, psychologische, seksuele, politieke en filosofische triomf. Naast ‘oprechtheid’ streeft Levé naar een objectiviteit die zo radicaal is dat deze zou kunnen doorgaan voor grofheid, trivialiteit en zelfs banaliteit – de auteur heeft zichzelf blootgelegd. Levés boek lijkt in eerste instantie een autobiografie zonder sentiment, alsof het door een machine is geschreven, totdat we door de opeenstapeling van details en de droge, spottende toon merken dat we ontwapend zijn, geboeid en verrukt door niets minder dan perfecte fictie… die geheel uit feiten is opgebouwd.

Édouard Levé (1 januari 1965, Neuilly-sur-Seine – 15 oktober 2007, Parijs) was een veelzijdige kunstenaar in de traditie van het conceptualisme. Hij debuteerde met Œuvres (2002), dat minutieuze beschrijvingen bevat van 533 niet-verwezenlijkte installatie- en performanceprojecten. Zelfportret verscheen oorspronkelijk in 2005. Zelfmoord, zijn laatste boek, kwam in 2021 uit bij Koppernik.

Bijpassende boeken en informatie

Noëlle Michel – Schaduwen van morgen

Noëlle Michel Schaduwen van morgen recensie en informatie over de inhoud van de Franse roman. Op 15 oktober 2024 verschijnt bij Uitgeverij Tzara de Nederlandse vertaling van de roman Demain les ombres van de uit Frankrijk afkomstige schrijfster Noëlle Michel. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Noëlle Michel Schaduwen van morgen recensie en informatie

  • “Spannend en van erg hoge kwaliteit.” (Le Monde)
  • “Het zet je aan het denken over mens en wetenschap, en over de mensheid in het algemeen.” (Europe 1)

Noëlle Michel Schaduwen van morgen

Schaduwen van morgen

  • Schrijfster: Noëlle Michel (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Demain les ombres (2023)
  • Uitgever: Tzara
  • Verschijnt: 15 oktober 2024
  • Omvang: 320 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Franse schrijfster Noëlle Michel

De neanderthalers zijn terug. En ze  doen alles wat ze vroeger ook deden.  Maar dit keer is het anders.

Een clan is het. Een gemeenschap. Ze jagen en  verzamelen voedsel. Ze worden geboren, ze sterven. Ze leven in tenten van dierenhuiden en maken  schilderingen in grotten. Ze vertellen de legendes over hun goden en godinnen, en dansen rond het vuur als er iets te vieren valt. Hun wereld is een warm, koesterend bos waar ze, naast extreme kou of ziekte, alleen bang hoeven te zijn voor het Beest, dat rondwaart aan de grenzen van hun wereld.

Wat ze niet weten is dat er daarbuiten een heel andere wereld is. Een wereld met steden grijs en grauw van de luchtvervuiling. Een wereld bevolkt door de anderen, door sapiens, die binnenkort hun verre neven, de neanderthalers, zullen ontmoeten.

Noëlle Michel (december 1979) is bio-ingenieur, maar werkt al jaren als vertaler. Ze vertaalde onder meer werk van Hanna Bervoets,
Dirk De Wachter, Jan Brokken, Ewoud Kieft en Sjeng Scheijen
naar het Frans. Ze groeide op in Dijon, maar woont al jaren in Gent. Schaduwen van morgen is haar tweede roman.

Bijpassende boeken en informatie

Neige Sinno – Trieste tijger

Neige Sinno Trieste tijger recensie en informatie over de inhoud van de roman van de Franse schrijfster en winnaar van de Prix Femina en de Prix Goncourt des lycéens. Op 13 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij Prometheus de Nederlandse vertaling van de roman Triste tigre van de uit Frankrijk afkomstige schrijfster Neige Sinno. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Neige Sinno Trieste tijger recensie en informatie

  • “Ik las het boek van Neige Sinno alsof ik met open ogen in een afgrond daalde. De ontstellende eenvoud van een monster met een prettig gezicht dat zich in alle rust beweegt in een gezin, in de samenleving. Iedereen zou Trieste tijger moeten lezen.” (Annie Ernaux)
  • “Het is een autobiografisch récit, waarin de auteur indringend en ontroerend beschrijft hoe ze vanaf haar zevende jarenlang door haar stiefvader werd misbruikt. Trieste tijger zit vol literaire interpretaties en verwijzingen (Carrère, Nabokov, Woolf) en vertelt hoe misbruik een heel leven tekent – intens en schokkend, niet in het minst omdat het zo feitelijk is geschreven.” (NRC)

Neige Sinno Trieste tijger

Trieste tijger

  • Auteur: Neige Sinno (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Triste tigre (2023)
  • Nederlandse vertaling: Martine Woudt
  • Uitgever: Prometheus
  • Verschijnt: 13 september 2024
  • Omvang: 240 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Franse schrijfster Neige Sinno

De heftige, veelgelezen roman uit Frankrijk, winnaar van de Prix Femina en de Prix Goncourt des lycéens.

Tussen haar zevende en haar veertiende werd Neige Sinno regelmatig seksueel misbruikt door haar stiefvader. In 2000 spanden Neige en haar moeder een rechtszaak aan en de man werd veroordeeld tot negen jaar celstraf. Jaren later doet Neige Sinno vernietigend verslag van wat haar is overkomen. Zonder pathos, zonder klagen, probeert ze letterlijk de pin te trekken uit wat ze haar ‘kleine bom’ noemt.

Sinno’s boek is niet alleen het huiveringwekkende verhaal van een kind dat systematisch wordt verkracht door de volwassene die haar had moeten beschermen. Het neemt de lezer ook mee in een gevoelige, intelligente, uiterst oprechte vorm van reflectie, een bekentenisverhaal dat tracht zowel de feiten als de onmogelijke verklaring te vertellen. Is het mogelijk om te beschrijven wat er in de geest van de dader gebeurt en niet alleen het gezichtspunt van het slachtoffer te kiezen? Met een herlezing van onder andere Nabokovs Lolita, het werk van Virginia Woolf en van Toni Morrison tracht Sinno haar verkrachter te begrijpen.

Trieste tijger is een verkenning van zowel de kracht als de onmacht van literatuur. Het is een bekroonde, ontzagwekkende literaire roman van opzienbarende intelligentie.

Neige Sinno (22 mei 1977, Vars, Frankrijk) studeerde en doceerde Amerikaanse literatuur en werkte als vertaler. Na twee boeken die bij kleine uitgeverijen verschenen en nauwelijks werden opgemerkt, brak zij in 2023 door met Trieste tijger. Het werd de op twee na bestverkochte roman van dat jaar in Frankrijk, en het won een veelvoud aan prijzen: de Prix Femina, de prix littéraire du Monde, de prix Les Inrockuptibles, de Prix Blù Jean-Marc Roberts, de Choix Goncourt de la Suisse, de Prix Goncourt des lycéens, en, in Nederland, de Choix Goncourt des Pays-Bas. Neige Sinno woont in Mexico.

Bijpassende boeken en informatie

Mélissa Da Costa – De dagen die komen

Mélissa Da Costa De dagen die komen recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe roman van de Franse schrijfster. Op 22 oktober 2024 verschijnt bij uitgeverij Manteau de Nederlandse vertaling van de roman Les Lendemains van de uit Franrijk afkomstige schrijfster Mélissa Da Costa. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Mélissa Da Costa De dagen die komen recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking, review of recensie verschijnt van De dagen die komen, de roman van de Franse schrijfster Mélissa Da Costa, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Mélissa Da Costa De dagen die komen

De dagen die komen

  • Auteur: Mélissa Da Costa (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Les Lendemains (2020)
  • Uitgever: Manteau
  • Verschijnt: 22 oktober 2024
  • Omvang: 288 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van Mélissa Da Costa

Amande dacht niet dat iemand zoveel pijn kon hebben. Ze trekt zich terug in een afgelegen huis in de Auvergne om haar verdriet ten volle te beleven. De dagen volgen elkaar op en de zon schijnt uitbundig, maar Amande ziet het niet. Toevallig stuit ze op de tuinkalenders van de voormalige eigenaresse van het huis. Met de hulp van de handgeschreven aantekeningen van Madame Hugues gaat Amande aan de slag om de oude, verwaarloosde tuin nieuw leven in te blazen. In de loop van de seizoenen put ze uit dit contact met de aarde de kracht om op te bloeien en zich open te stellen voor unieke ontmoetingen. En elke nieuwe dag wordt weer een belofte voor de toekomst.

In deze moedige en emotionele roman nodigt Mélissa Da Costa ons uit om onze ogen, onze zintuigen en ons hart wijd open te stellen. Een prachtig eerbetoon aan de natuur die ons verzoent met het leven.

Mélissa Da Costa (7 augustus 1990) publiceerde haar eerste roman Tout le blue du ciel in 2019 in eigen beheer. Nadat het boek door Albin Michel werd opgepikt, werd het een megabestseller. Inmiddels heeft ze zes boeken gepubliceerd en meer dan 2 miljoen Franse lezersharten veroverd. In 2023 was ze de bestverkochte auteur in Frankrijk.

Mélissa Da Costa Al het blauw van de hemel recensieMélissa Da Costa (Frankrijk) – Al het blauw van de hemel
Franse roman
Uitgever: Manteau|
Verschenen: 12 maart 2024

Bijpassende boeken

Akira Mizubayashi – Hartenkoning

Akira Mizubayashi Hartenkoning recensie en informatie over de inhoud van de roman van de Japanse schrijver die hij in het Frans schreef. Op 17 september 2024 verschijnt bij uitgeverij Tzara de Nederlandse vertaling van de historische roman Reine de cœur van de uit Japan afkomstige schrijver Akira Mizubayashi.

Akira Mizubayashi Hartenkoning recensie en informatie

  • “Klanken in woorden vatten. Akira Mizubayashi is er een meester in. Zijn roman is een ode aan muziek, een aanklacht tegen de wreedheden die mensen en dingen worden aangedaan.” (De Standaard)

Recensie van Tim Donker

…en dan, daar, iets moois op ergens een pagina en je wil er even een aantekening van maken. En je zoekt in al je schrijfblokken, waarom heb je verdomme vijf schrijfblokken tegelijk in gebruik eigenlijk?, en je zoekt tussen al je losse bladen, waarom trek je al die bladen eruit eigenlijk ja om ook op de achterkant te kunnen schrijven natuurlijk maar waarom laat je dat vervolgens overal maar slingeren?, over al die verschillende boeken gaat het, blaadjes vol, waarom lees je eigenlijk altijd vijftig boeken door elkaar?, en je zoekt en je zoekt en je zoekt en je vindt helemaal niks, nergens iets over Hartenkoningin, over 49 andere boeken wel wat misschien maar over dit boek geen woord, en je komt tot de enige konklusie die je kunt trekken na deze zinloze aksie: je hebt nog geen enkele aantekening gemaakt met betrekking tot Hartenkoningin.

Hum. Ja. Dat kan twee dingen betekenen: ofwel gaat het om een boek dat zo fantasties is dat je alleen maar lezen kunt, ademloos lezen, de woorden van de schrijver te mooi, te gaaf, te uniek, te watdanook om ze te transformeren tot je eigen inkt en bezijden: je hebt er geen tijd voor want je kunt je moet je wil alleen maar lezen. Of (twede mogelijkheid): het boek in kwestie is zo saai, zo bloedeloos, zo nietszeggend dat het geen enkele gedachte, geen enkel gevoel, geen enkele assosjasie bij je oproept. Maar Hartenkoningin is geen van beide! Ergens perfekt in het midden, ergens in een perfekt midden zweeft dit boek van Akira Mizubayashi en dat had in normale omstandigheden moeten betekenen dat je je al vele malen over één van je schrijfblokken (waarom vijf!, Donker, waarom vijf?) had moeten buigen om iets neer te kladden (met één van je duizend pennen die overal en nergens liggen) want het midden geeft genoeg ruimte om je gedachten verschillende kanten op te laten gaan.

En dus verzink je in gepeins. En dus vraag je je af waarom. Wat is het met dit boek, als het niet is omdat het uiterst goed of uiterst slecht is, dat het je weggehouden heeft van schrijven? Een paar dagen geleden nog kwam je op twinkelsentrum een kollega tegen en was de minste aanleiding genoeg om te beginnen over de Japans-Chinese oorlog en over de wreedheid van dat leger van Japan; zoveel had het boek je dus wel beziggehouden. Maar schrijven deed je dan toch geen woord. Je peinst. En je denkt Misschien is het omdat dit boek geen boek is, maar een muziekstuk. Of. Naja. Dit boek is veel, en een van de dingen die het is, is een muziekstuk.

Doch bij nu wilt u vast weten waar het eigenlijk over gaat enzo. Goed. Er is die gast die Jun Mizukami heet. Japanner. Violist. En ergens in 1939 studeert hij in Parijs aan het conservatorium. In Parijs bevindt zich ook de brasserie Chez Fernand. Daar eet Jun graag een hapje. En daar werkt Anna, serveerster, en de nicht van Fernand, de uitbater van de brasserie. Tussen Fernand en Jun en Anna ontstaat al gauw een losse, vriendschappelijke sfeer en tussen die laatste twee ontstaat zelfs liefde. Ja liefde, zegt hij. En zelfs. Maar misschien toch een zeldzaamheid, niet, echte liefde. De wereld staat nooit stil, en volkeren gunnen elkaar het licht in de ogen niet, en dus moet Jun, niet veel later, vertrekken, terug naar Japan, om wegens de Japans-Chinese oorlog te dienen in het leger, het moet nu, het moet snel, Juns ouders maken zich zorgen, er is oorlog, hij mag de laatste boot niet missen, en Jun vertrekt, maar verwekt eerst nog een meisje bij Anna.

In Japan gaat het goed mis. Ik zei dat al tegen mijn kollega. Dat Japanse leger, dat was niet voor weekhartigen. Of voor mensen met een geweten. Of überhaupt verstand. Dat was gewoon gewetenloos gevoelloos hersenloos bevelen opvolgen. Elk bevel van elke bevelhebber kwam rechtstreeks van de keizer, en de keizer was god, daar wou je niet tegenin gaan. Afslachten dus. Onthoofden. Neersabelen. Mannen onschuldigen vrouwen kinderen, maakt niet uit, het waren Chinezen en Chinezen hadden de pech geen Japanner te zijn dus dan verdiende je al geen mededogen. Door en door sadistische bevelhebbers vroegen hun soldaten, onder andere Jun, de meest wreedaardige executies te voltrekken. Allemaal gewoon maar mensen. Maar er werd gezegd dat je ze moest haten. Jun, brave Jun, met zijn goede hart, komt niet ongeschonden uit de oorlog. Zijn tijd als soldaat kostte hem zijn verstand. Geheel van de wereld belandt hij in een hospitaal, in de greep van de verschrikkingen die hij heeft mee gemaakt, raaskallend, alleen, weg zijn Europa, weg is de viool, weg is Anna, weg is de dochter die hij nooit gezien heeft, weg is die vriendelijke oom Fernand, er is alleen nog maar één oneindige nachtmerrie waaruit Jun nooit meer wakker kan worden. Een vriendelijke verpleegster trekt zich zijn lot aan, haalt met kleine beetje tegelijk weer wat mens in Jun naar boven, later is het tijd om te sterven, vroeger of later is het altijd wel een keer tijd om te sterven, maar ook ditmaal vertrekt Jun niet zonder, weer, een kind te verwekken.

En dan breekt het jaar 2007 aan, en leest Mizuné, een begenadigt violiste op aanraden van een man in de Parijse nachtbus een boek dat haar sterk doet denken aan de geschiedenis van haar oma Anna. Ja. Oma Anna, want Mizuné is de dochter van het meisje dat Jun voor zijn vertrek naar Japan bij Anna verwekte. Het boek is van prijswinnend schrijver Otto Takosch, de zoon van Takashi Mizukami en als die achternaam u bekend voorkomt dan peinst u recht en niet krom: Takashi is dan weer een nakomeling van Jun Mizukami en Ayako Amane, de verpleegster in het militair hospitaal waar Jun bijna totaal krankjorum binnen werd gebracht.

Mizuné stuurt een e-mail naar Otto die uitmondt in een ontmoeting. Ze vertelt hem dat ze gelooft dat zijn boek gedeeltelijk over haar oma Anna gaat, er is nog een dagboek van haar oma, er is zoveel in het boek dat op haar terug lijkt te slaan, Otto baseerde zich op een zakboekje van zijn opa Jun, de herkenning, de gesprekken, de etentjes, de wandelingen, een gedeelde liefde voor muziek, hoe het alles, hoe alles een plek, ik moet u niets meer vertellen, nogmaals groeit er liefde van, een huwelijk, een kind, wat maakt het uit dat ze halfnicht en -neef zijn, alles blijft in de familie, en alles is mooi.

Ja het is suikerzoet want dit is een liefdesroman. Ja het is verschrikkelijk want dit is een oorlogsroman. Wat spoortjes mysterie misschien ook, ik zou u niet voor gek verklaren als u met Hartenkoningin een detectiveroman denkt te lezen. Al die dingen is het, maar bovenal, dus, is het een muziekstuk. Het schakelen tussen tijden (2007, 1939), tussen oorlogen (want in die tijd was er in Europa klaarblijkelijk ook een oorlogje gaande ofzo), tussen personages (Anna, Fernand, Jun, Mizuné, Otto), het wisselen in kracht en toonaard: nu eens kabbelend, dan een tintje zoet in de miks, maar ook duister, beklemmend, angstaanjagend (de passage waarin Ayako een eenzaam meisje doorheen een ernstig bombardement probeert te leiden naar een veilige plek om te schuilen en er pas na enige tijd achter komt dat ze alleen nog maar een hand met daaraan een arm vast heeft: heel het meisje is verdwenen, die passage werkte, zo u peinzen kunt, nog lang na in mij), om steeds weer terug te komen bij een zich herhalend thema; het is wat muziek in zich draagt. Een muziekstuk dat ook onbewust door het lichaam gaat. Vandaar, allicht, geen enkele aantekening terwijl het boek allang binnen in mij zat.

Vandaar ook dat Hartenkoningin kan zijn wat het is zonder uitzonderlijk te zijn. Gewoon goed. Maar voor een boek erin slaagt tevens muziekstuk te zijn, is gewoon goed zeker meer dan goed genoeg.

Akira Mizubayashi Hartenkoning

Hartenkoning

  • Auteur: Akira Mizubayashi (Japan)
  • Soort boek: Franstalige Japanse roman
  • Origineel: Reine de cœur (2022)
  • Nederlandse vertaling: Hans E. van Riemsdijk
  • Uitgever: Tzara
  • Verschijnt: 17 september 2024
  • Omvang: 192 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Japanse schrijver Akira Mizubayashi

1939. De Japanse Jun Mizukami studeert aan het Parijse conservatorium en bouwt aan een leven in Europa. Tot het Chinees-Japanse conflict hem dwingt terug te keren naar Japan. Zijn grote liefde, de jonge Anna, blijft achter in Frankrijk. Jaren later ontdekt Mizuné, een jonge Parijse violiste, een roman die haar op vreemde wijze doet denken aan het leven van haar grootouders, Jun en Anna, die ze nooit heeft gekend.

Mizubayashi koppelt grote thema’s ingenieus aan elkaar, zoals het recente verleden van Japan en de wreedheden begaan in naam van de nationale grootsheid en het vermogen van muziek om het beste in mensen naar boven te brengen.

Akira Mizubayashi (5 augustus 1951, Sakata, Japan) is hoogleraar Franse taal- en letterkunde aan de universiteit van Tokio en schrijft in het Frans. Hij publiceert al jaren bij de toonaangevende Franse uitgeverij Gallimard. Zijn vorige roman, Versplinterde ziel, ontving lovende kritieken.

Bijpassende boeken en informatie

Mathieu Belezi – Aarde en zon te lijf

Mathieu Belezi Aarde en zon te lijf recensie en informatie over de roman van de Franse schrijver. Op 3 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij Vleugels de Nederlandse vertaling van Attaquer la terre et le soleil, de novelle uit 2022 waarvoor Mathieu Belezi de Prix Livre Inter 2023 en de prix littéraire Le Monde 2022 ontving. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur, de vertaler en de uitgave.

Mathieu Belezi Aarde en zon te lijf recensie en informatie

Als er in de media de boekbespreking, review of recensie verschijnt van Aarde en zon te lijf, het boek van de Franse schrijver Mathieu Belezi, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Mathieu Belezi Aarde en zon te lijf

Aarde en zon te lijf

  • Auteur: Mathieu Belezi (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Attaquer la terre et le soleil (2022)
  • Nederlandse vertaling: Eva Wissenburg
  • Uitgever: Uitgeverij Vleugels
  • Verschijnt: 3 september 2024
  • Omvang: 128 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Boek bestellen bij Bol >

Flaptekst van de roman over kolonialisme van Mathieu Belezi

Dit is het bijna letterlijk door de mensen zelf opgetekende verhaal van Westerse kolonisatie in de 19e eeuw, in dit geval in Algerije.

‘Die periode was zo gewelddadig,’ zegt Mathieu Belezi in een interview, ‘dat ik niets wilde verzinnen. Ik heb alleen maar geput uit wat is overgeleverd.’

“Ik ken jullie soort, voddenbalen zijn jullie, hyena’s met bloedbeluste tanden die mijn arme soldaten de strot doorbijten terwijl zij speciaal uit Frankrijk zijn gekomen om dit verdomde land van jullie te pacificeren, om alle ongedierte hier op te ruimen, godskolere! en zo bedanken jullie ons!”

Aarde en zon te lijf is in Frankrijk met zo opvallend veel lof ontvangen (Prix du Monde 2022, Prix Livre Inter 2023 en vele nominaties) dat The New York Times een artikel aan het succes heeft gewijd waarin wordt gesuggereerd dat Frankrijk er nu, in 2023, eindelijk klaar voor is dit deel van zijn geschiedenis onder ogen te zien. De personages in Belezi’s novelle houden zichzelf voor dat ze Verlichting brengen in een barbaars land dat douar voor douar moet worden ‘gepacificeerd’. Belezi zegt daar zelf over: ‘in de negentiende eeuw was Europa een gevaar voor de rest van de wereld en daarvoor betalen we nu nog steeds de prijs.’ Hij laat er geen misverstand over bestaan dat hij daarom dit boek wilde schrijven, waarvan onmogelijk weg te kijken valt.

Op naar weer een slachtpartij
Plundering, wij zijn erbij
Ons vuur zal al’ verteren!
We roven leeg
Voor nog een streep
Want wij koloniseren!

In de zomer van 1830 komt een vloot van 670 Franse schepen aan in het Algerijnse Sidi Ferruch. Wat een strafexpeditie heet luidt het begin in van een bloedige kolonisatie. Aanvankelijk stuit het Franse leger op weinig weerstand, maar het gewapende verzet groeit, zeker vanaf 1832 onder leiding van emir Abd el-Kader, een geleerd en geliefd man die een leger van tienduizend guerillastrijders op de been brengt. De Fransen reageren met gewelddadige razzia’s. Volgens bevelhebber Bugeaud zijn ze niet in gevecht met een vijandig leger, maar met een vijandig volk. Het is dus de gehele bevolking die moet worden onderworpen of anders uitgeroeid. Vijftien jaar later geeft Abd el-Kader zich over, maar daarmee verdwijnt de weerstand van de Algerijnse bevolking niet. Ondertussen stelt de Franse regering arme Fransen stukken Algerijnse grond in het vooruitzicht. Er zou hun aan de andere kant van de Middellandse Zee een paradijs wachten. Ze hoeven alleen maar de aarde te bewerken terwijl het koloniale leger de streek dorp voor dorp ‘pacificeert’.

Mathieu Belezi (1953, Limoges) studeerde geografie aan de universiteit van Limoges en gaf les in Louisiana (VS). Hij woonde in Mexico, Nepal, India en op de Griekse en Italiaanse eilanden. In 1999 besloot hij zich aan het schrijven te wijden en hij publiceerde inmiddels meerdere romans en korte verhalen. Sinds 2004 woont hij in het zuiden van Italië. Aarde en zon te lijf is de eerste roman van Belezi in Nederlandse vertaling.

Bijpassende boeken en informatie

Thomas Schlesser – De ogen van Mona

Thomas Schlesser De ogen van Mona recensie en informatie over de inhoud van de roman van de Franse schrijver en kunsthistoricus. Op 10 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij Wereldbibliotheek de Nederlandse vertaling van Les Yeux de Mona de roman van de uit Frankrijk afkomstige schrijver Thomas Schlesser. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver en over de uitgave.

Thomas Schlesser De ogen van Mona recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking, review of recensie verschijnt van De ogen van Mona, de roman van de Franse schrijver Thomas Schlesser, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Thomas Schlesser De ogen van Mona

De ogen van Mona

  • Auteur: Thomas Schlesser (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Les Yeux de Mona (2024)
  • Nederlandse vertaling: Gertrud Maes
  • Uitgever: Wereldbibliotheek
  • Verschijnt: 10 september 2024
  • Omvang: 416 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Franse schrijver Thomas Schlesser

Bij Mona, tien jaar oud, wordt een aandoening geconstateerd die ervoor zorgt dat ze langzaam haar gezichtsvermogen verliest. Haar opa besluit dat ze, voor ze helemaal blind wordt, zo veel mogelijk schoonheid moet zien. Een jaar lang neemt hij haar elke week op woensdagmiddag mee naar een van de grote musea in Parijs om een kunstwerk te bekijken. Opa vertelt iets over de achtergrond, en Mona probeert te ontdekken welke levenslessen ze kan toepassen op haar eigen wereld. Zo bekijken ze werken uit de 15e eeuw tot nu, van kunstenaars als Leonardo Davinci, Frans Hals, Edgar Dégas en Marina Abramovic. Niet alleen komen grootvader en kleindochter steeds dichter tot elkaar, hun gesprekken vormen voor hen allebei een onverwachte inspiratiebron.

De ogen van Mona is een prachtige en ontroerende roman, die je uitnodigt de schoonheid in de wereld met andere ogen te bekijken.

Bijpassende boeken en informatie

Constance Debré – Love me tender

Constance Debré Love me tender recensie en informatie over de inhoud van de Franse roman. Op 17 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij De Geus de Nederlandse vertaling van de roman Love Me Tender uit 2020 van de Franse schrijfster Constance Debré die hiervoor de Prix Les Inrockuptibles ontving. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster , de vertaalster en over de uitgave.

Constance Debré Love me tender recensie en informatie

  • “Ik heb zelden een verslag gelezen waarin de bitterheid en manipulaties van een misgelopen huwelijk, de macht van de staat en een niet-aflatende homofobie en vrouwenhaat zo pijnlijk worden blootgelegd.” (The Guardian)
  • “Voorbestemd om een klassieker in zijn soort te worden.” (Maggie Nelson)
  • “Een van de meest dwingende stemmen die ik in jaren heb gelezen.” (The Observer)

Constance Debré Love me tender

Love me tender

  • Auteur: Constance Debré (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Love Me Tender (20200
  • Nederlandse vertaling: Saskia Taggenbrock
  • Uitgever: De Geus
  • Verschijnt: 17 september 2024
  • Omvang: 160 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 20,99
  • Prix Les Inrockuptibles 2020
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Franse schrijfster Constance Debré

Als Constance haar ex-man vertelt dat ze op vrouwen valt, manipuleert hij hun zoon zodanig dat die beweert zijn moeder niet meer te willen zien. En de rechter gelooft hem.

Love me tender roman van Constance DebréLove Me Tender is een prachtig verslag van onmogelijke offers die van moeders worden gevraagd en een gedurfde roman over verzet, vrijheid en zelfkennis.

Constance Debré (1972, Parijs) was een succesvolle advocaat voor ze schrijver werd. Ze is de dochter van de bekende journalist François Debré en model Maylis Ybarnégaray-Debré, en de kleindochter van oud-pre­mier Michel Debré

Bijpassende boeken en informatie

Marguerite Yourcenar – Het hermetisch zwart

Marguerite Yourcenar Het hermetisch zwart recensie, review en informatie over de inhoud van de Nederlandse vertaling van de Franse roman L’Œuvre au noir die op 8 mei 1968 verscheen. Op deze pagina lees je uitgebreide informatie over de historische roman Het hermetisch zwart van de in Brussel, België geboren schrijfster Marguerite Yourcenar.

Marguerite Yourcenar Het hermetisch zwart recensie, review en informatie

  • “Het hermetisch zwart verkondigt eeuwige wijsheden en biedt troost aan iedereen die sterfelijk is, en bang voor de dood.” (Pieter Steinz, NRC Handelsblad)

Marguerite Yourcenar Het hermetisch zwart

Het hermetisch zwart

  • Auteur: Marguerite Yourcenar (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse historische roman
  • Origineel: L’Œuvre au noir (8 mei 1968)
  • Nederlandse vertaling: Jenny Tuin
  • Uitgever: Athenaeum
  • Omvang: 368 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 21,99 / € 9,99
  • Waardering redactie∗∗∗∗ (uitstekend)
  • Winnaar Prix Femina 1968
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman uit 1968 van Marguerite Yourcenar

In Het hermetisch zwart wordt het tragische lot beschreven van de Marguerite Yourcenar L'Œuvre au noir Franse roman uit 1968zestiende-eeuwse medicus, filosoof en alchemist Zeno. We volgen hem bij zijn studie, op zijn reizen door Europa en het nabije Oosten en in zijn werk als hofarts. Zeno staat als mens van vlees en bloed op het breekpunt tussen middeleeuwen en moderne tijd, tussen religie en een nog nauwelijks te verwoorden atheïsme. Yourcenars roman geeft een intrigerend beeld van een tijdperk dat gekleurd werd door contrasten.

Marguerite Yourcenar (8 juni 1903, Brussel, België – 17 december 1987, Bar Harbor, Maine, Verenigde Staten) was het pseudoniem van Marguerite Cleenewerck de Crayencour (1903-1987). Zij was de eerste vrouw die werd opgenomen in het ‘college van onsterfelijken’, de Académie Française. Haar werk heeft vrijwel alle schrijvers van historische romans beïnvloed.

Bijpassende boeken en informatie

Gaspard Koenig – Humus

Gaspard Koenig Humus recensie en informatie over de inhoud van de meermaals bekroonde Franse roman. Op 3 september 2024 verschijnt bij Uitgeverij Mozaïek de Nederlandse vertaling van de roman Humus van de uit Frankrijk afkomstige schrijver Gaspard Koenig en winnaar van de Prix Interallié 2023 en de Prix Jean Giono. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de auteur, de vertaler en over de uitgave.

Gaspard Koenig Humus recensie en informatie

  • “Goed gedocumenteerd, ambitieus, soms heel grappig, vaak somber en altijd meeslepend en snijdt virtuoos het vraagstuk van ons eigen voortbestaan aan.” (Le Carard enchaîne)
  • “De verrassing van het jaar.” (Le Figaro)

Gaspard Koenig Humus

Humus

  • Auteur: Gaspard Koenig (Frankrijk)
  • Soort boek: Franse roman
  • Origineel: Humus (2023)
  • Nederlandse vertaling: Els van Enckevort
  • Uitgever: Uitgeverij Mozaïek
  • Verschijnt: 3 september 2024
  • Omvang: 384 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook / luisterboek
  • Prijs: € 23,99 / € 10,99 / € 14,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Franse schrijver Gaspard Koenig

Een prijswinnende Franse roman over vriendschap, ambitie een dramatische botsing van idealen en realiteit.

In ‘Humus’ van Gaspard Koenig zetten de twee beste vrienden en studenten landbouwkunde Kevin en Arthur zich in om de klimaatcrisis te lijf te gaan. Kevin is de zoon van landarbeiders en begint een startup voor afvalverwerking met regenwormen. Hij komt terecht in de glamoureuze wereld van machtige techneuten en celebrities. Arthur, een kind van de bourgeoisie, trekt zich terug op een boerderij om zelfvoorzienend te leven, maar stuit daarbij op de realiteit van het plattelandsleven. Geleidelijk radicaliseert hij en trekt hij een groep extremistische jongeren aan. Gaspard Koenig vertelt de paradoxen van onze tijd: sociale mobiliteit en klassenverachting, de belofte van vooruitgang en ecologische opstand, onmogelijke liefde en heroïsche wanhoop.

Gaspard Koenig is geboren op 3 december 1982 in Neuilly-sur-Seine, Frankrijk. Hij is een Franse filosoof, liberaal politicus en auteur van vijf romans. Zijn jongste roman Humus werd bejubeld door recensenten, heeft meerdere grote literaire prijzen gewonnen en verkocht meer dan 120.000 exemplaren in een half jaar.

Bijpassende boeken en informatie